Zonder lockdown blijft zelfbeheersing nodig
Je zal zien dat net wanneer we midden in een pandemie zitten, Nederland plots in een tropisch paradijs verandert. De afgelopen weken is het weer steeds mooier geworden, waardoor enkel op het balkon zonnen niet meer genoeg is. Het verbaast me dan ook niet dat steeds meer mensen – ondanks de coronamaatregelen – de drukte opzoeken. De stranden liggen vol met halfnaakte lijven in zwembroeken en bikini’s, men slentert doelloos door winkelstraten en in parken stijgt de rook van de bbq’s weer op. Ook op Instagram zie ik vrienden het goede leven oppikken. Alsof het virus magisch is verdwenen omdat zij de buik vol hebben van quarantaine en de anderhalvemetersamenleving.
Als zelfbenoemde coronapolitieagent kijk ik met lichte ergernis naar deze ontwikkelingen (overigens mede veroorzaakt door onduidelijke communicatie van de overheid). Het aantal geïnfecteerden en sterfgevallen is de afgelopen maand weliswaar gedaald, maar dat betekent niet dat de crisis achter de rug is. Integendeel, volgens virologen is de kans op een heftigere tweede golf groter als we ons niet aan de beperkingen houden. Wat weer tot meer geïnfecteerden en sterfgevallen kan leiden, vooral omdat het Nederlands beleid niet zozeer gericht is op indammen van het virus, zoals bijvoorbeeld in Duitsland.
Kortom, het coronavirus is nog springlevend, loert om elke hoek en schuilt op elke schouder waar je nietsvermoedend je hoofd op legt. In de media klinken ook waarschuwingen. ‘Vandaag was het te druk, voorzorgsmaatregelen dreigen’, kopte de NOS tijdens het weekend na Hemelvaart.
Ik snap de behoefte aan gezelligheid, om weer aangeraakt te worden en te genieten
Sommige Nederlanders voelen zich door de coronamaatregelen in hun grondrechten aangetast. De afgelopen maanden protesteerden enkelen van hen tegen de semi-lockdown in Den Haag en Utrecht. En anderen gaan zelfs zo ver dat ze boa’s mishandelen voor het doen van hun werk.
We offeren inderdaad een deel van onze vrijheid op, maar dat doen we niet om de overheid of een multinational te behagen. Maar voor de veiligheid van onszelf en onze naasten. Zelfs de Raad van State erkent dat de beperkingen daarom gerechtvaardigd zijn.
Ik snap de behoefte aan gezelligheid, om weer aangeraakt te worden en te genieten van de dingen die het leven leefbaar maken. Ook bij mezelf signaleer ik een nonchalantere houding ten opzichte van een maand geleden. Maar er was in Nederland geen ingrijpende lockdown zoals in andere landen, en we mogen nu langzaam de draad weer oppikken. Toch zijn we zo geprivilegieerd dat onze gewoontes een beetje aanpassen – om ouderen en anderen met een fragiele gezondheid te beschermen – als een immense beperking voelt.
Eerder schreef ik al in NRC dat het gebrek aan begrip voor of uitvoering van de coronamaatregelen mij deed denken aan de publieke debatten rondom sociale verandering met betrekking tot bijvoorbeeld racisme, seksisme en het klimaat. Het accepteren van verandering blijkt ook in coronatijd moeilijk, omdat acceptatie vaak betekent dat we ons systeem en gedrag fundamenteel zouden moeten veranderen.
Er wordt gezegd dat de ongelijkheid in de samenleving door de coronacrisis nog zichtbaarder is geworden. Volgens sommigen zou dat wereldwijd tot monumentale veranderingen (moeten) leiden. Maar als ik om me heen kijk, geeft wat ik zie nog weinig hoop.
Het kan alleen als we beseffen dat de veranderingen door de coronacrisis niet tijdelijk zijn. En dat we vooral ook zelf in de hand hebben hoe goed we uit deze crisis komen. Wat hopelijk beter is dan hoe we erin zijn gerold.