Arbeidsinspectie zelf geplaagd met onprettige werkomstandigheden
PARAMARIBO - In De Nationale Assemblee hebben parlementariërs in commissieverband een lans gebroken voor de dienst Arbeidsinspectie. Deze dienst is bij decreet geregeld, maar zal conform internationale afspraken tot wet verheven worden. In commissieverband zijn de onprettige werkomstandigheden van de Arbeidsinspectie onder een vergrootglas geplaatst. De dienst is onderbezet, kijkt aan tegen vergrijzing en heeft geen adequate huisvesting.
Suriname telt ongeveer 41.000 geregistreerde bedrijven die door 54 arbeidsinspecteurs gecontroleerd moeten worden. Volgens Silvana Afonsoewa (NDP), voorzitter van de Commissie van Rapporteurs, zal de Arbeidsinspectie over vier jaar met 24 procent minder personeel zitten. “Over tien jaren gaat 48 procent vertrekken, als wij niet aanvullen”, stelt Afonsoewa.
Zij wijst erop dat de Arbeidsinspectie zich niet alleen bezighoudt met de werkomstandigheden bij ondernemingen, maar ook let op zaken zoals seksueel molest en mensenhandel. Des temeer reden om de dienst goed uit te rusten. Zij merkt op dat de arbeidsinspecteurs niet eens goed zijn uitgerust om zich van de hen toegewezen taken te kwijten. “Hoe serieus word je genomen door een bedrijf dat je moet inspecteren en controleren?”
Commissielid Dew Sharman (VHP) kan zich terugvinden in de door Afonsoewa aangekaarte vraagstukken. Hij vraagt zich af in hoeverre de Arbeidsinspectie in staat is om het gehele grondgebied te controleren gezien de onderbezetting en beperkte tools. Ook vraagt hij zich af hoe de inspectie te werk gaat bij staatsbedrijven. “Als het zo is, dan is het zo dat de overheid de overheid inspecteert. Ik vraag mij af of dit wel een gezonde zaak is.” Minister Soewarto Moestadja van Arbeid onderkent dat de dienst Arbeidsinspectie onvoldoende aandacht heeft gekregen door de jaren heen. Er is momenteel een gebouw opgezet om deze afdeling te huisvesten, maar het wachten is op de aansluiting van nutsvoorzieningen. Wat de opleiding van nog meer inspecteurs betreft, zegt hij dat er een duurzaam beleid in de maak is. Tijdens de begrotingsbehandeling zal hij daar dieper op ingaan.