Verzoek vrijlating SFB-rappers afgewezen
PARAMARIBO - Rechter Siegline Wijnhard heeft gisteren het verzoek tot de schorsing van de voorlopige hechtenis van de Nederlandse rappers van Strictly Family Business (SFB), Francis Edusie en Jackie Osei, die samen met Kaene Marica worden verdacht van het seksueel misbruiken van een toen vijftienjarig meisje en het verspreiden van een seksfilmpje via social media, afgewezen. Ze motiveerde dat de ernstige bezwaren nog steeds overeind staan. Ze nam mee de verklaring van Kaene Marica die heeft bekend dat hij seks heeft gehad met het slachtoffer. Bovendien is volgens de rechter meer dan een strafbaar feit ten laste gelegd. Ze geeft aan dat het slachtoffer is gehoord en er is volgens haar een filmpje dat in overeenstemming is met wat het slachtoffer heeft verklaard.
Advocaat Maureen Nibte gaf aan dat het slachtoffer heeft aangegeven dat het een en ander heeft plaatsgevonden op 14 april 2015. De verklaring van ene DM is dat hij het meisje heeft gezien op 21 april 2015. Verder nam de raadsvrouw mee dat de manager van het hotel aangeeft dat de verdachten vanaf 12 tot 19 april 2015 te gast waren in het hotel. Als zij afgaat op de verklaring van DM die het slachtoffer op 21 april heeft gezien, waren de verdachten dan reeds lang uit het land vertrokken. Volgens de advocaat staat de verklaring van het meisje op zichzelf. Een oma van het meisje geeft aan dat de datum van 14 april 2015 dat er iets gebeurd is met het kind, niet kan kloppen. Bovendien zou de biologische vader van het meisje reeds in februari 2015 over het filmpje hebben gehoord, terwijl de verdachten in april 2015 in Suriname waren.
Francis Edusie en Jackie Osei ontkennen dat ze seks hebben gehad met het meisje. Marica heeft wel bekend, maar daarbij zou sprake zijn van consensus seksuele handeling. Het meisje was toen 15 jaar en Marica 17 jaar. Het valt raadsman Raoul Lobo op dat anderhalf jaar is gewacht om de verdachten te vervolgen. Hij zegt dat het meisje de namen van een reeks mannen heeft opgegeven. Ook hij vindt inconsistentie in verklaringen. De officier van justitie verzette zich tegen het verzoek. Ze zegt dat het meisje aangeeft dat de seksuele handelingen met haar op 14 april 2015 zijn gepleegd, waarbij volgens de vervolgingsambtenaar blijkt dat de jongemannen in de periode van 12 tot 19 april in Suriname waren. Ze vindt dat de norm is geschonden en de maatschappelijke rechtsorde is geschokt. Volgens haar bestaat er vluchtgevaar. Op 2 februari worden getuigen onder wie het slachtoffer gehoord. Ook zal via de digitale recherche de beelden worden bekeken. De raadslieden Lobo, Nibte en Humphrey Schurman willen de biologische vader van het meisje horen. WJ