Wereld Oceanendag
Wereldoceanendag is in 2009 door de Verenigde Naties (VN) opgericht om het belang van oceanen voor de gemeenschap te vieren. Sinds 72% van onze aardbol vergeven is van oceanen, is het een mooi initiatief om eens te bedenken wat oceanen precies toevoegen aan onze aarde. Want dat ze hard nodig zijn, mag een feit wezen. Wat ook niet onbelangrijk is, is dat we nog vrijwel niks weten over de diepste krochten van de zeeen. Ook dat is een belangrijk doel van deze dag. Wereldoceanendag is opgericht door een organisatie genaamd The Ocean Project, die het promoten van oceanen ten doel heeft. De dag is in 2008 erkend door de Verenigde Naties als officiele VN-Dag. De VN hadden wel een eis: De dag moest nu World Oceans Day heten, in plaats van World Ocean Day. The Ocean Project hoopt nog steeds dat de VN de ‘S’ willen droppen. Er zijn 5 oceanen: De Grote of Stille Oceaan, de Atlantische Oceaan en de Indische oceaan. Ook de Zuidelijke Oceaan en de Arctische oceaan, bij beide polen gelegen, horen er bij. Meer dan de helft van de oppervlakte van oceanen is meer dan 3000 meter diep. Het gemiddelde zoutgehalte van oceanen is 3,5%. In alle oceanen ligt dat in ieder geval tussen de 3 en 3,8%. Er leven -naar schatting- 230,000 verschillende levensvormen in de oceanen. De totale bezetting van het water bedraagt 1,3 miljard kubieke liter (l3). De oppervlakte is 361 miljoen vierkante meter. Het diepste punt in de oceaan is de Marianentrog in de Stille Oceaan, het is daar maar liefst 10.923 meter diep. Het totale gewicht van al het water in de oceanen is 1.4 × 1018 ton; dat is ongeveer 0,023% van het totale gewicht van de aarde. De zeeën en oceanen staan bloot aan diverse bedreigingen zoals overbevissing, mijnbouw, vervuiling met vele stoffen en CO2. De vervuiling met plastic leidde tot een plasticsoep. Plastic dat in zee terechtkomt, verzamelt zich voornamelijk in de gyres en in de Arctische zee. Flora en fauna kunnen last ondervinden van dit plastic. De oceanen hebben een deel van alle CO2 die sinds de Industriële Revolutie in de atmosfeer is gekomen, geabsorbeerd. Dit beperkt de opwarming van de aarde, maar leidt tot verzurende oceanen. Een deel van het leven in de oceaan kan niet goed tegen de zuurdere omstandigheden. Koraal verbleekt bijvoorbeeld als gevolg van verzuring. Ook sommige groepen algen en schelpdieren ondervinden negatieve effecten. Door de klimaatverandering warmen de oceanen op.
Door de opwarming van het klimaat en lozingen van afvalwater en meststoffen, breiden gebieden met lage zuurstofconcentraties, dode zones met nog maar weinig leven, zich uit. De fysische en chemische verandering van de oceanen hebben gevolgen voor het leven in de oceanen en bedreigen de soortenrijkdom. De reacties van diersoorten, populaties en hele ecosystemen op deze veranderingen is moeilijk te voorspellen. (Bronnen: www.fijnedag.nl, www.wikipedia.org, www. worldoceansday.org)