Appelspeculaastaart

Ingrediënten:

1 middelgroot ei

2 eetlepels koek- en speculaaskruiden

250 gram witte basterdsuiker 400 gram zelfrijzend bakmeel ½ theelepel zout

250 gram ongezouten roomboter (koud)

150 gram amandelspijs (pakje 150 gram)

7 appels (of een andere friszure appel)

2 theelepels kaneel

2 eetelepels abrikozenjam

Bereiden:

Splits het ei, bewaar de dooier. Doe het eiwit, bakmeel, 200 g suiker, koek- en speculaaskruiden en het zout in een kom. Snijd met 2 messen de boter erdoor totdat een kruimelig deeg ontstaat. Kneed met koele handen snel tot een deegbal. Druk plat, verpak in vershoudfolie en leg 1 uur in de koelkast. Verwarm de oven voor op

175 °C. Vet de springvorm in met wat boter. Bestuif het werkblad, de deegroller en deegbal met bakmeel. Rol 2/3 van het deeg uit tot een plak van 1 cm dik. Steek er met de springvorm een cirkel uit en leg die op de bodem van de vorm. Bekleed de randen met de rest van de uitgerolde plak.

Verkruimel de amandelspijs en meng de helft van de eidooier erdoor. Verdeel over de bodem. Schil de appels en snijd ze in kwarten en verwijder het klokhuis. Snijd de kwarten in stukjes, doe ze in een kom en meng de kaneel en de rest van de suiker erdoor. Leg op de amandelspijs. Rol de rest van het deeg uit. Snijd in repen van 2 cm breed en leg die in een ruitpatroon op de vulling. Bestrijk met de rest van de eidooier.

Bak de taart iets onder het midden van de oven in circa 1 uur goudbruin en gaar. Bestrijk de taart uit de oven direct met de abrikozenjam. Laat afkoelen in de vorm.

(allerhande/ah/nl)