Repliek in kort geding uitstel verkiezingen
PARAMARIBO – De vertegenwoordiger van Stichting Centre for Public Affairs Suriname, Anand Biharie, heeft gisteren zijn repliek ingediend in het kort geding dat de stichting heeft aangespannen tegen de Staat met de vordering dat de verkiezingen van 25 mei 2020 wordt uitgesteld.
Hij voert aan dat de bewering van de Staat dat die haar verantwoordelijkheid tot uitstel van de verkiezingen zal nemen, indien de omstandigheden dat rechtvaardigen, getuigt van een verminderd besef van de ernst van de situatie.
Volgens Biharie betekent dit het onvermogen in te schatten, dat nu al kan worden voorzien dat het houden van de verkiezingen op 25 mei 2020 moet worden uitgesteld. “Nu al behoort gedaagde vanwege het voorstaan van mitigerend beleidshandelingen, omdat dit beter is dan adapterend beleidshandelingen uit te voeren, een beslissing tot uitstel van de verkiezingen aan alle politieke partijen voor te leggen en een adapterend beleid te ontwikkelen voor het houden van de verkiezingen op een nader te bepalen datum.” Hij vindt dat op een dusdanige wijze het onvermijdelijke risico lopen op besmetting van de kiezers tot een minimum wordt beperkt en dat het zal worden afgestemd op de beschikbare behandelcapaciteiten van het zorgsysteem. Biharie merkt op dat de rechtsvordering is gebaseerd op het te verkrijgen oordeel dat gedaagde door zijn handelingen in strijd handelt met de zorgplicht waartoe hij gehouden is.
“Met het nalaten thans tijdig en adequaat beleid te hebben geformuleerd en tot uitvoering te doen geschieden gericht op het mitigeren en waar nodig adapterend handelen ter bescherming van het leven, en het nalaten van het leveren van de vereiste volksgezondheidszorg, veroorzaakt gedaagde een voorzienbaar ernstige aantasting van het leven. Het is aldus een ongerechtvaardigde aantasting van het in acht te nemen beschermd belang van de burger in Suriname dat niet verenigbaar is met de ieder verbindende bepalingen. De voorzienbare inbreuken op de fundamentele grondrechten behelzen de aantasting van de beschermde belangen; daardoor is het gerechtvaardigd dat verzoekster een beroep doet op rechtsbescherming.
Ten overvloede, verzoekster heeft niet gevorderd dat de rechter bepaalt wat de politiek moet doen, welnee, er is rechtsbescherming gevorderd.”
WJ