Onderzoek: grote hoeveelheid algenschuim werd surfers fataal
SCHEVENINGEN - Het surfdrama in Scheveningen op maandagavond 11 mei is veroorzaakt door een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Dit bleek uit de allereerste onderzoeksresultaten die de gemeente Den Haag gisterochtend heeft gepubliceerd. Met name de dikke laag schuim ontstaan in de dagen voor het noodlottige ongeval dat aan vijf surfers het leven kostte, heeft een rol gespeeld alsmede het draaien van de wind op de bewuste avond.
Er wordt gewerkt aan een alarmeringsysteem om in de toekomst beter te waarschuwen voor de schuimlagen.
Uit het onderzoek blijkt dat de schuimalg rond eind april een sterke voorjaarsbloei kende. In het weekeinde voor het ongeluk was er weinig wind waardoor de algen zich aan de oppervlakte konden verzamelen. “In de loop van 10 mei 2020 begon de wind toe te nemen, waardoor de golven steeds hoger werden en de algenresten waarschijnlijk werden opgeklopt tot schuim. De krachtige tot harde wind op 10 mei 2020 kwam uit het noordnoordoosten (een ongebruikelijke combinatie in deze tijd van het jaar), waardoor het schuim van een groot zeeoppervlak naar de Nederlandse kust werd gedreven en zich daar in een strook langs het strand concentreerde en daar door de branding verder werd opgeklopt”, aldus een samenvatting van het onderzoek. De onderzoekers stellen dat het aannemelijk is dat op 11 mei 2020 dit proces van schuimvorming en schuimophoping door de sterke noordnoordoostelijke wind zich voortzette en dat het schuim zich ophoopte tegen obstakels die dwars op de kust in zee steken (zoals havenpieren). “In de vroege avond van 11 mei 2020 (rond 18:30 uur) draaide de wind iets meer naar het noorden, waardoor de hoek tussen de windrichting en het in zee stekende deel van het Noordelijk Havenhoofd minder dan 90 graden werd” zo wordt een deel van het rapport samengevat.
Diverse betrokken organisaties zoals de KNRM, KNMI, brandweer, politie en de Kustwacht hebben bijgedragen. Het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) heeft op eigen initiatief de gebeurtenissen geanalyseerd. De surfers die op eigen kracht uit het zeewater hebben kunnen komen, zijn benaderd met de vraag of zij een bijdrage willen leveren aan het vervolgonderzoek naar het ongeval. Daarnaast zal ook de Haagse Vrijwillige Reddingsbrigade (HVRB) deel nemen en de ‘Holland Surfing Association’ en drie particuliere deskundigen op het gebied van surfen en de zee.
Het drama voltrok zich op maandagavond 11 mei onder barre omstandigheden. Meerdere groepen surfers en zwemmers met bodyboards gingen nog even de zee in waarna het vrij snel gruwelijk mis ging. Enkelen wisten zich zelf te redden. De toegesnelde KNRM kon een vriend van de slachtoffers uit de zee halen, waarna die met onderkoelingsverschijnselen naar het ziekenhuis ging. De vrienden Joost (30) en Sander (38) werden diezelfde avond nog uit de dikke schuimlaag gehaald, maar waren al overleden. In de vroege dinsdagochtend werd het lichaam van Pim (24) uit de zee gehaald en niet veel later dat van de Delftse student Max (22). Pas donderdagochtend 4 juni vonden twee surfers de 23-jarige Mathijs tussen de rotsblokken bij het Noordelijk Havenhoofd. Ondanks vele zoekacties was het pas bij heel laag water dat hij en zijn surfplank gevonden werden. Bij Scheveningen reageerden surfliefhebbers en bewoners van de badplaats opgelucht dat de vijfde ‘vis’ nu ook was gevonden. “Het moet voor de nabestaanden heel belangrijk zijn dat ze nu echt afscheid kunnen nemen. Ik heb alle zoekacties gevolgd en ben echt blij dat het nu zover is”, aldus een inwoonster van de badplaats.
Op de rotsblokken van het Noordelijk Havenhoofd zijn daags na het drama vijf witte vissen op een zwarte achtergrond geplaatst ter nagedachtenis aan de slachtoffers van het grootste surfdrama wereldwijd. Voor de vrienden Joost en Sander werd in de strandtent The Shore van waaruit ze zelf surflessen gaven een ceremonie gehouden. Als de coronamaatregelen verder versoepelen wil de surfgemeenschap nog een paddle out (een speciale ceremonie in het water) houden voor alle omgekomen jongemannen.
(De Telegraaf)