OM eist celstraffen tot 12 jaar in zaak aanslag op De Telegraaf
AMSTERDAM - Een aanslag op de persvrijheid en op de democratische rechtsstaat. Dat was volgens het Openbaar Ministerie de aanslag die in juni 2018 werd gepleegd op het gebouw van De Telegraaf. Tegen de 6 verdachten werden dinsdag gevangenisstraffen geëist tussen de 12 en 3,5 jaar. De officieren van justitie vonden dat uit deze aanslag, die op het gebouw van Panorama en Nieuwe Revu 5 dagen eerder en de bedreigingen van individuele journalisten blijkt “dat een vrije pers in een vrije samenleving geen vanzelfsprekendheid is. Hier is een grens ver overschreden.” De hoogste eis van 12 jaar cel was voor Bilal el H., die volgens het OM de criminele organisatie leidde die de aanslag pleegde. Een leidende rol van de andere hoofdverdachte Nabil D. kon niet worden aangetoond, maar wel grote betrokkenheid. Tegen hem werd 9 jaar gevangenisstraf geëeist.
Van de verdachten zelf moest het OM het niet hebben. Ze ontkenden betrokkenheid, of deden er helemaal het zwijgen toe. Desondanks is er volgens het Openbaar Ministerie meer dan genoeg bewijs dat de 6 mannen betrokken waren bij de aanslag met een VW Caddy, waarmee de gevel van het Telegraafgebouw werd geramd. Het voertuig werd daarna in brand gestoken. De vuurzee die ontstond, richtte voor meer dan een miljoen euro schade aan. Dat de verdachten niet op eigen initiatief handelden, staat voor het OM wel vast. Maar de officier van justitie zei dinsdag in de extra beveiligde gerechtsbunker in Amsterdam Osdorp niet te willen speculeren over de vraag ,’’wie de verdachten uit de wind willen houden.”
Dat de aanslag is gepleegd door de georganiseerde misdaad staat volgens hem ,”niet onomstotelijk vast”, hoewel zowel de Telegraaf als Panorama en Nieuwe Revu vlak voor ze doelwit werden meerdere artikelen publiceerden over Ridouan Taghi en zijn misdaadorganisatie. Taghi staat terecht in het megaproces Marengo.
Voordat de aanslagplegers de pui van De Telegraaf ramden, maakten ze de slagboom onklaar. Dat die nacht de zware bloembakken die de gevel beschermen waren verschoven in verband met werkzaamheden, duidt er volgens de officier ook op dat de verdachten de situatie ter plekke goed hadden verkend. Op camerabeelden was te zien hoe de bestuurder uitstapte en de auto waarin jerrycans met benzine stonden aanstak. Daarna maakte hij zich uit de voeten door in een wachtende, eveneens gestolen Audi te stappen. Die vluchtauto werd kort na de aanslag brandend aangetroffen op een parkeerplaats aan de Noordkaperweg.
Volgens het Openbaar Ministerie hadden Bilal el H. (26) en Nabil D. (29) een leidende rol bij de aanslag. De andere 4 verdachten, Samir A. (22), Omar A. (26), Zakaria N. (22) en Abduladim T. (25) vervulden volgens de OvJ echter ook onmisbare rollen. De bewijzen van hun betrokkenheid bestonden vooral uit afgeluisterde telefoongesprekken, in combinatie met beelden van snelweg- en bewakingscamera’s en masten die de telefoons van de verdachten aanstraalden.
Niet alle vragen zijn beantwoord. Het motief blijft ondanks sterke vermoedens een raadsel, aldus de officieren. “De antwoorden zitten in de hoofden van de verdachten. Wel duidelijk is dat de verdachten op zeer grove wijze een signaal wilden afgeven. Ze wilden intimideren en journalisten de mond snoeren. De aanslag was ongekend binnen de Nederlandse rechtsstaat. De verdachten spelen een spel met de rechtbank en de samenleving. Daar gaat minachting vanuit.” Het OM eiste ook gevangenisstraffen variërend van 254 dagen tot 3 jaar cel tegen de leden van de criminele organisatie die zich bezighielden met het helen en stelen van voertuigen die werden ingezet bij het plegen van misdrijven. Uitspraak 28 september.
(De Telegraaf)