Recordgroei en -tekort voor Britse economie
AMSTERDAM - Een lichtpuntje voor het Verenigd Koninkrijk: in het derde kwartaal groeide de economie met 16%, een record. De groei maakte de krimp van de eerste golf van het coronavirus niet helemaal goed.
In de maanden april, mei en juni kromp het bruto binnenlands product met 18%. Ook het komende kwartaal wordt er een krimp verwacht, zeker nu het land op slot is gegaan vanwege de nieuwe en zeer besmettelijke mutatie van het coronavirus. Ook lopen de Brexit-gesprekken nog steeds moeizaam. Eind van het jaar houdt de overgangsperiode op, en maakt het Verenigd Koninkrijk geen deel meer uit van de interne markt. Economen vrezen dat dit de economie gaat schaden.
Het Britse overheidstekort is de acht maanden van het boekjaar opgelopen tot een record in vredestijd van zo’n £241 miljard pond. Dat is omgerekend bijna €265 miljard en toont een deel van de financiële schade van de coronacrisis. Het bedrag ligt drie keer hoger dan het vorige record, sinds het tekort op de huidige manier geregisteerd wordt.
De Britten gaven miljarden uit aan steun voor bedrijven en huishoudens om door de crisis te komen. Volgens de Britse minister van Financiën Rishi Sunak was het verstandig dat de overheid £280 miljard uitgaf om banen en bedrijven overeind te houden. „Maar zodra de economie gaat herstellen, moeten we ervoor zorgen dat de overheidsfinanciën weer houdbaarder worden.” Dat zal nog wel even duren, want kenners wijzen erop dat de economie mogelijk in een recessie terechtkomt. Dat maakt het herstel van het huishoudboekje niet makkelijker. In november alleen al gaf de Britse overheid bijna £32 miljard meer uit dan dat er via belastingen binnenkwam.
(De Telegraaf)