Nairo Quintana mist historische kans (bis)
COLOMBIAAN KAN NIET SCOREN OP ZIJN DROOMPARCOURS
Mijn gele droom bestaat nog steeds. Er liggen nog heel veel jaren en kansen voor mij’, is de uitleg van de Movistar-kopman. Strijdvaardig. Maar ook geloofwaardig? Op de eerste rustdag kondigde hij een offensief aan op de Ventoux. Het werd niets. Op de tweede rustdag een offensief in de Alpen. Het wordt voorlopig ook niks. Hij praat dan wel ondernemend, hij acteert voorlopig als een ondernemer zonder startkapitaal. ‘Ik hoop dat mijn lichaam goed zal herstellen voor de komende etappes en dat ik nog mooie dingen kan tonen. Tot in Parijs kan er nog veel gebeuren’, zegt het nummer vier in de stand. Tot in Parijs kan er inderdaad nog veel gebeuren, voor de ereplaatsen. Hoogstens wordt Quintana in Parijs voor de derde keer tweede. Dat is één keer meer dan Andy Schleck en evenveel als Raymond – de eeuwige tweede – Poulidor.
Wind vreet energie
Niet dat we Quintana willen neerschrijven als een net-niet-renner. Dit jaar won hij al de rondes van Romandië, Catalonië en de Route du Sud. Het grote probleem van de klimmer uit Boyacá is dat hij voor het tweede jaar op rij de zege in de Tour laat liggen op zijn droomparcours. Twee Tours op rij met veel cols in de derde week en amper vlakke tijdritkilometers. Vraag maar aan Tony Martin hoe teleurgesteld die over die laatste innovatie denkt. Vorig jaar werd hem de tweede plek nog vergeven door zijn nummer op Alpe d’Huez en gaf hij toen toe in het begin ziek te zijn geweest. Dit jaar is dat nummer er vooralsnog niet en er is nog geen enkel bericht van ziekte meegedeeld als mogelijke reden van zijn slappe vertoon. En niet alleen het parcours speelt in zijn kaart. Terwijl Alejandro Valverde vorig jaar nog een dubieuze helpersrol vertolkte, rijdt hij zich dit jaar wel leeg voor Quintana. Waar ging het dan fout? Dat de ritten te veel bergen tellen, is geen geldig excuus. Want volgens Lucien Van Impe kunnen er voor een pure klimmer niet genoeg bergen liggen in een rit. Het was ook warm, maar dat is het in Colombia ook. Het liep fout bij de dolgedraaide windmeters in ZuidFrankrijk. De felle mistral en de tramontana zorgden ervoor dat Quintana al helemaal uitgeput de bergen aanvatte. En net hier schuilt zijn beperking. Enkel bergop is hij een kei. Komen er kasseien of waaiers aan te pas, tast hij in de reserven. Energie die hij te kort komt om het verschil te maken. De winnaar van de Tour is niet de beste klimmer, maar de meest complete klimmer. Ook de concurrentie staat niet stil. Met Sergio Henao en vooral Esteban Chaves staan er nog twee kandidaten klaar die hopen de eerste Zuid-Amerikaanse Tourwinnaar te worden.
Bezinning
Maar niet alleen Quintana heeft een probleem. Ook de Tourorganisatie, tenminste als ze af wil van de Britse hegemonie. Dat ze tweemaal op rij een parcours voor de klimmers maakte, is geen toeval. De Tour wil geen renner die domineert en liefst elk jaar een andere winnaar. Maar meer nog lonkt de Tourorganisatie net als de Spaanse ontdekkingsreizigers aan het einde van de vijftiende eeuw naar het Zuid-Amerikaanse geld en goud. Met een Colombiaanse Tourwinnaar kunnen ze een nieuwe markt aanboren. Vorig jaar was er al sprake dat ASO binnen een paar jaar een na-Tourcriterium in Costa Rica wilde houden. Kan de Tourorganisatie het zich veroorloven voor een derde keer op rij een parcours op maat van Quintana te maken? Ja. De Tour is zo machtig, dat ze naar niets of niemand omkijkt. De vraag luidt: brengt het op? Misschien moet het anders. En is het recept om Froome te willen verslaan nog een betere tijdrijder dan hij te zoeken die in de cols Indurain-gewijs probeert aan te klampen. Sinds een ingenieur van Airbus de tijdritfietsen van FDJ onder handen nam, vliegt Thibaut Pinot in het werk tegen de klok. Of wat gezegd van Tom Dumoulin. Zowel Quintana als de Tourorganisatie zijn toe aan bezinning.
Quintana praat dan wel ondernemend, voorlopig acteert hij als een ondernemer zonder startkapitaal