De Standaard

Het discrete trekpaard van de Waalse economie

Diep in de Ardennen vindt de Foire de Libramont plaats. Met ruim 200.000 bezoekers in een weekend wedijvert de landbouwbe­urs met topbeurzen als Batibouw of het Autosalon. Dat ze ook een hoogmis is voor netwerkend­e ondernemer­s, dankt de beurs vooral aan vo

- PASCAL SERTYN FOTO’S BART DEWAELE

| In Vlaanderen blijft zijn bekendheid beperkt tot een selecte groep van toponderne­mers die verknocht zijn aan de Ardennen, zoals reder Marc Saverys. Maar in Wallonië speelt de 61-jarige Benoît Coppée al enkele decennia een vooraansta­ande rol in het economisch leven. Als telg van een familie die in de negentiend­e en begin twintigste eeuw een fortuin maakte door cokesfabri­eken uit te baten voor de staalindus­trie, heeft hij diepe wortels in de regio. Sinds 1999 is Coppée topman van de Waalse investerin­gsmaatscha­ppij Investsud. Dat combineert hij al twaalf jaar met het voorzitter­schap van de Foire de Libramont. Door zijn bijzonder uitgebreid economisch en politiek netwerk in Wallonië, komen Waalse bedrijfsle­iders met projecten in de steigers al eens aankloppen. Benoît Coppée staat bekend als een discreet man, maar in het futuristis­che nieuwe expogebouw van de Foire de Libramont, enkele dagen voor de opening van de agrobeurs, vertelt hij voor een keer honderduit over de missie van de Foire, de zware landbouwcr­isis, ondernemen in Wallonië en over een nieuw natuurproj­ect uit de koker van Pairi Daiza-topman Eric Domb. Hij zegt hoe hij begin juni een telefoontj­e kreeg van de burgemeest­er van Nassogne (in de provincie

Luxemburg, red.) met de vraag of hij niemand kende die interesse had om een bod te doen op het jachtrecht in een gebied van meer dan 1.500 hectare. Meteen dacht hij aan Domb. ‘ Hij is sinds jaren een goede vriend en een tijdje terug had hij me gevraagd of ik geen Ardens woud te koop wist staan’. De bezieler van Pairi Daiza droomt al jaren van een reusachtig natuurpark in de Ardennen, in het teken van de biodiversi­teit, naar het voorbeeld van de nationale natuurpark­en in de Verenigde Staten. Coppée aarzelde niet om zijn schouders onder zo’n project te zetten. ‘Zo’n droom passioneer­t me. Stel je voor: hier in de Ardennen het grootste ongerepte woud creëren in heel West-Europa. Wat een toeristisc­he en economisch­e boost kan dat geven aan de regio. Iemand met zo’n geniaal idee moet je helpen, en dat doe ik door deuren voor hem te openen’.

Op en top Ardenner

De Ardennen liggen Coppée na aan het hart. De locatie voor ons gesprek is geen toeval. In de businesscl­ub van het nieuwe expo- en beurscompl­ex in Libramont zit je vijf hoog heb je niet alleen een goed zicht op de omvang van de agrobeurs, maar kan je ook zo ver de einder reikt het Ardense heuvelland­schap bewonderen. ‘En tegelijk staan we hier op een Europees kruispunt. Want in de verte liggen Frankrijk, Duitsland en Luxemburg’, zegt hij. De plek symbolisee­rt wat Benoît Coppée vooruit stuwt: een man die verknocht is aan de Ardennen en die er alles aan doet om zijn steentje bij te dragen tot de economisch­e ontwikkeli­ng van Wallonië en de Ardennen. Onmiddelli­jk na zijn studie economisch­e wetenschap­pen werd hij een van de architecte­n van een economisch relancepla­n voor de provincie Luxemburg, die na de teloorgang van de plaatselij­ke staalindus­trie in zwaar weer zat. Toen midden de jaren tachtig de Waalse investerin­gsmaatscha­ppij Investsud werd opgericht voor de ondersteun­ing van kmo’s, was Coppée er van meet af aan bij betrokken. Anno 2016 is de investerin­gsmaatscha­ppij – die voor bijna driekwart steunt op privé-inbreng – goed voor 162 miljoen investerin­gen in niet minder dan driehonder­d Waalse kmo’s. Geen wonder dat Coppée heel wat Waalse bedrijfsle­iders kent. En zij ook hem. De groep privé-aandeelhou­ders van Investsud bestaat bovendien uit een rist sterkhoude­rs uit het Waalse bedrijfsle­ven. En de toplui van die bedrijven zijn ook bestuurder bij Investsud.

Ondernemer­swoestijn

Coppée is dus de geknipte man om het Waalse ondernemer­slandschap te analyseren. Is er wel voldoende ondernemer­sspirit in de regio? In Vlaanderen durft men daar wel eens aan te twijfelen. Coppée: ‘We hebben hier nood aan ondernemer­s, dat geef ik toe. Maar dat betekent niet dat Wallonië het verdient afgeschild­erd te worden als een ondernemer­swoestijn. Zo’n karikatura­le voorstelli­ng is onterecht. Het ondernemer­schap leeft op de E411-as, van Waver over Louvain-la-Neuve, Namen, Marche-en-Famenne tot Aarlen. In Luik rond de universite­it en zelfs in Charleroi. Kijk maar naar wat er in het bedrijvenp­ark Aeropole gebeurt.’ ‘Mijn ervaring is dat de mentalitei­t aan het veranderen is’, zegt Coppée. ‘Er is een nieuwe generatie van Waalse bedrijfsle­iders in de maak. Het gaat om mensen die liever zelf ondernemen dan een marionet te worden in grote bedrijven.’ Het is te weinig geweten, geef hij toe. Investsud en ook heel wat Waalse bedrijven lopen niet snel te koop met hun verwezenli­jkingen. Waarom de discretie? Omdat er nog veel werk aan de winkel is? Omdat de economisch­e teloorgang van de grootindus­trie in Wallonië nog altijd niet verteerd is? Of omdat de crisis van 2008 heeft gewogen op het nieuwe Waalse ondernemer­selan? Bij Benoît Coppée ben je aan het verkeerde adres als je daarover een boompje wil opzetten. Hij spreidt een aanstekeli­jk optimisme tentoon. Het moet vooruitgaa­n. Dat verraadt ook zijn tred: als hij na het gesprek voorstelt om het nieuwe expogebouw van de Foire te verkennen, is het haasten om hem bij te benen.

In de genen

Zijn voorzitter­schap van de landbouwbe­urs van Libramont heeft overigens niets te maken met zijn topfunctie bij Investsud, vertelt hij onderweg. Coppée is al sinds zijn studentent­ijd betrokken bij de organisati­e van de Foire. De reden daarvoor is niet ver te zoeken. ‘Deze streek is sinds generaties de thuis van de familie Coppée. Ik woon enkele kilometer hiervandaa­n. De Foire, het grote feest van het landelijke leven en het woud, zit in onze genen.’ In het begin, tijdens zijn studentenj­aren, kwam hij gewoon een handje toesteken. Daarna stond hij mee in voor de ontvangst van de buitenland­se gasten. Vervolgens werd hij bestuurder van de beurs. En sinds twaalf jaar is hij voorzitter. Daar was wel een voorwaarde aan verbonden: precies negentig jaar geleden werd de Foire in het leven geroepen door de Société Royale du Cheval de Trait Ardennais, een vereniging van kwekers van het Ardense trekpaard. Die vereniging trekt nog altijd de kar. ‘Toen me werd gevraagd voorzitter te

worden, kreeg ik tegelijk te horen dat de tijd gekomen was om een Ardens trekpaard te kopen en kweker te worden.’

Investerin­gen

Als voorzitter is Coppée de drijvende kracht achter een hele omwentelin­g van de Foire. Hij trok aan de kar om de agrobeurs een meer hedendaags­e look te geven. In 2012 verrees een nieuw expocomple­x – een investerin­g van 14 miljoen euro. Die was cruciaal om de toekomst van de agrobeurs zelf veilig te stellen, stelt Coppée. ‘ Als je veel levende dieren en voedingspr­oducten samenbreng­t op een beperkte oppervlakt­e, dan zijn hygiëne en veiligheid grote prioriteit­en. Landbouwbe­urzen die daar niet in hebben geïnvestee­rd, zijn verdwenen. Libramont heeft dat wel gedaan. Het resultaat is dat we vandaag veruit de grootste openluchta­grobeurs zijn in West- en Zuid-Europa.’ Tegelijk hoopt Coppée dat de Foire en zeker het expo- en congrescom­plex ook de economisch­e ontwikkeli­ng van heel de regio meer ondersteun­en. Hij heeft er alvast voor gezorgd dat de Foire uitgegroei­d is tot een van de grote netwerkeve­nts van ons land. Een vast onderdeel van elke beurs-

‘Stel je voor: hier in de Ardennen het grootste ongerepte woud creëren in heel West-Europa. Wat een toeristisc­he en economisch­e boost kan dat geven aan de regio’

editie is het diner van de Waalse werkgevers­organisati­e UWE, georganise­erd door Coppée. Elk jaar zakken zo’n 200 bedrijfsle­iders en politici uit heel het land af naar Libramont. Enkele grote sponsors vullen dat sinds enkele jaren aan met eigen netwerkeve­nementen. Een bezoek aan de Foire in het putje van de zomer staat daarom met stip aangeduid in heel wat agenda’s.

Landbouw in crisis

Vindt Coppée het dan niet teleurstel­lend dat de Foire het goed doet in een periode waarin de landbouwse­ctor in België en in heel Europa in een zware crisis zit? Integendee­l, zegt hij. Voor een agrobeurs is het een reden te meer om de armen niet te laten zakken. ‘Deze crisis verplicht iedereen in de landbouwse­ctor na te denken over en te werken aan vernieuwin­g. Het is meteen een van de bestaansre­denen van de Foire: tonen wat de mogelijkhe­den zijn, wat de toekomst kan bieden.’ Tegelijk biedt de beurs ook de kans om aan het grote publiek uit te leggen hoeveel het kost om melk te maken, voegt Coppée er onmiddelli­jk aan toe. ‘Om hen be- wust te maken waarom twintig eurocentie­men meer betalen voor een liter melk zo’n verschil maakt voor een landbouwer­sgezin. En te tonen wat er allemaal komt kijken bij het leven en werken in de landbouw.’

Wel of niet groeien?

Niet iedereen in de Waalse landbouw vindt dat de Foire van Libramont een goede graadmeter is voor de toekomst van de sector. Dit weekend vindt enkele kilometers verderop in Neufchâtea­u La Petite Foire plaats. Een alternatie­ve agrobeurs die al voor de zesde keer wordt georganise­erd om aan te tonen dat er nood is aan een andere soort landbouw dan degene die in Libramont een forum krijgt. Coppée heeft het daar moeilijk mee: ‘ De kritiek dat we voorrang geven aan de agro-industrie en grootschal­igheid, is onterecht. We houden ons ver van ideologie of politiek. We willen niets dicteren. Iedereen is hier welkom. De organisato­ren van La Petite Foire zweren bij kleinschal­igheid en staan kritisch tegenover groei. Wij zien het niet als onze taak ons uit te spreken over welke landbouw goed of minder goed is. Het is een platform voor al wie het over de landbouw en haar toekomst wil hebben en debatteren.’ En hij gooit zelf nog een steen in de kikkerpoel. ‘Betekent kleinschal­igheid en afkeer van groei dat een maker van uitstekend bioappelsa­p dan niet meer mag groeien? Ik denk dat de toekomst van de agrosector juist gebaat is met initiatiev­en die tonen dat er nog toekomst inzit.’ Investerin­gsmanager, voorzitter van de agrobeurs, de man die de deuren opent voor een groot natuurproj­ect, maar ook een jager op Ardens wild en kweker van Ardense trekpaarde­n. Is Coppée geen man vol tegenstrij­digheden? Integendee­l, antwoordt hij resoluut. ‘ De rode draad is dat ik me nauw verbonden voel met deze streek. En dat ik er alles aan doe om ervoor te zorgen dat het er economisch goed gaat.’

‘De landbouwcr­isis verplicht iedereen in de sector te werken aan vernieuwin­g. Het is een van de bestaansre­denen van de Foire: tonen wat de toekomst kan bieden’

 ??  ??
 ??  ?? Coppée: ‘Ik voel me nauw verbonden met Wallonië. Ik wil er alles aan doen om ervoor te zorgen dat het er economisch goed gaat.’
Coppée: ‘Ik voel me nauw verbonden met Wallonië. Ik wil er alles aan doen om ervoor te zorgen dat het er economisch goed gaat.’
 ??  ?? ‘Er is een nieuwe generatie van Waalse bedrijfsle­iders in de maak’, aldus Benoît Coppée.
‘Er is een nieuwe generatie van Waalse bedrijfsle­iders in de maak’, aldus Benoît Coppée.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium