Alberto Contador opnieuw verliezer van de dag
Alberto Contador holt achter de feiten aan. Na het tikje in de ploegentijdrit van zaterdag verloor hij nu opnieuw een kleine halve minuut.
BRUSSEL | Nog geen twee volle kilometers zwaar bergop volstonden gisteren om de juiste waardeverhoudingen te kennen onder de grote drie. Alberto Contador verstikte zich op de slotklim in zijn poging om de Movistars te volgen, die met Rubén Fernández, Alejandro Valverde en Nairo Quintana een coup pleegden. “Het was geen goede dag. Ik ben niet tevreden, maar ik geef me nog niet verloren. Het is verre van gedaan.” Dodelijk is het allemaal nog niet voor Contador, met nog negen aankomsten bergop. Maar enkele andere kandidaten voor de top tien mogen nu al een kruis trekken door hun Vuelta-ambities. Dan denken we aan Warren Barguil (opgave wegens luchtwegenin- fectie), Steven Kruijswijk die zichzelf opblies (2’02”, “ik snap er niets van”), Tejay van Garderen (binnen op 7’55”) en Luis Angel ‘Superman’ Lopez, die 12’33” later binnenliep na een val. Van deze laatste Colombiaan van Astana werd verwacht dat hij in deze Vuelta zou doorbreken.
Serry in lange vlucht
De nieuwe leider is Ruben Fernandez van Movistar, een 25-jarige die drie jaar geleden als belofte de Ronde van de Toekomst won. Hij kreeg van de ploeg de vrijgeleide om de bonificatieseconden te plukken. De Belgische held van de dag was Pieter Serry, die mee was in de lange vlucht. De slotklim, met stroken van 29 procent, was er echter te veel aan voor de Oost-Vlaming. Voor de laatste kilometer stond hij stil en hij werd nog overspoeld door dertig renners, onder wie eerste Belg Bart De Clercq (Lotto-Soudal), die geruisloos twaalfde finishte. De dagzege ging naar Alexandre Geniez, een 28-jarige Fransman die vorig jaar negende werd in de Giro. Hij was de enige overblijver van een vlucht met zeven. De tweede Vuelta-ritzege van Geniez was zowat zijn afscheidsgeschenk aan Marc Madiot, voor wie hij vijf seizoenen koerste. Volgend jaar trekt hij naar AG2R-La Mondiale waar hij ploegmaat wordt van de tandem Bakelants-Naesen.