Euthanasie bij psychisch lijden kleurt vrouwelijk
Uit de eerste grondige analyse van euthanasie bij psychisch lijden blijkt dat driekwart van de aanvragen vanwege depressie door vrouwen wordt gedaan. Artsen moeten duidelijker richtlijnen en advies krijgen, vinden onderzoekers.
BRUSSEL I Van 2002 tot en met 2013 stierven in België 179 mensen door euthanasie wegens psychisch lijden. Stemmingsstoornissen – zoals depressie – leiden het vaakst tot zo’n euthanasievraag. Liefst driekwart van die aanvragen vanwege depressie werd gedaan door vrouwen. Ook dementie scoort vrij hoog. Het is geen psychiatrische stoornis, maar ze werd tot 2013 door de Federale Evaluatiecommissie wel in hetzelfde vakje ondergebracht.
Het betreft alles bijeen maar een klein deel van alle euthanasiegevallen, maar sinds 2008 gaat het aantal wel in stijgende lijn: van 0,0 procent in de eerste twee jaar dat euthanasie wettelijk was toegestaan, over 0,5 procent in de volgende jaren naar ruim 3 procent.
Hugo Claus
De knik situeert zich niet toevallig in het overlijdensjaar van de schrijver Hugo Claus, die op 19 maart 2008 afscheid van de wereld nam met behulp van euthanasie. Hij verkoos niet de hele lijdensweg van een voortschrijdende dementie te ondergaan.
Wetenschappers van de EndofLife Careonderzoeksgroep van de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit Gent vonden het hoog tijd om euthanasie bij psychisch lijden aan een grondigere analyse te onderwerpen. Ze vroegen alle dossiers op die aan de Federale Evaluatiecommissie werden gerapporteerd. Hun verslag werd gepubliceerd op de website van BMC Psychiatry.
‘Alle gevallen werden aanvaard door de Federale Evaluatiecommissie en voldoen dus aan de Belgische wet ter zake’, zegt professor Luc Deliëns, die het team leidt. ‘Toch zagen we verschillen in de toepassing.’
Zo blijkt dat artsen in 8 tot 27 procent van de gevallen de inschatting maken dat de patiënt terminaal is, waardoor er slechts twee artsen moeten oordelen en geen psychiater als derde arts. Bovendien is de tweede arts vaak een huisarts, en dus geen specialist.
Hoe komt dat? Is de patiënt al fel fysiek verzwakt door zijn psychiatrische aandoening? Wordt de wet misschien breed geïnterpreteerd, of vreest de arts dat de patiënt anders zelf uit het leven zal stappen? Het toont aan dat eu thanasie bij psychisch lijden complex is. Is de patiënt competent genoeg om zo’n onomkeerbare beslissing te nemen? Is de doodswens geen symptoom van de ziekte?
Klinische guidelines
Het zijn vragen die ook tegenstanders van euthanasie bij psychisch lijden opwerpen. Maar de wetenschappers trekken een andere conclusie. Zij erkennen dat psychisch lijden ondraaglijk en ongeneeslijk kan zijn. Omdat het om een kwetsbare doelgroep gaat, moet er bijzonder zorgvuldig met die euthanasievragen omgesprongen worden. Zij pleiten voor de invoering van klinische guidelines, zoals in Nederland, en voor advies door multidisciplinaire teams.
‘Euthanasie bij fysiek lijden is nu algemeen aanvaard’, zegt Deliens. ‘De situatie bij psychisch lijden is toch nog anders: patiënten voeren de druk op, artsen hebben nog een inhaalbeweging te maken. Guidelines die de zaak objectiveren, kunnen daarbij helpen.’
‘Patiënten voeren de druk op, artsen hebben nog een inhaalbeweging te maken’ LUC DELIËNS
BRUSSEL I Het aantal mensen dat om euthanasie vraagt bij psychisch lijden neemt langzaam maar zeker toe. Vrouwen zijn in de meerderheid, zeker als het om depressies gaat, blijkt uit de analyse van de officieel gerapporteerde euthanasiegevallen door de EndofLife Careonderzoeksgroep.
Ook ouderen hebben de weg naar euthanasie bij psychisch lijden gevonden: bijna 40 procent van de aanvragen als gevolg van een depressie komt van 80plussers (zie grafiek). Over het algemeen is professor Luc Deliëns, die de onderzoeksgroep leidt, daar niet ongerust over: ‘In de beginjaren vroegen bijna uitsluitend jongere mensen, of toch uit de middenleeftijd, naar euthanasie. Nu zien we dat ook ouderen de vraag durven te stellen.’
Ouderen zijn – na het verlies van hun levenspartner – vaker alleenstaand en leven ook meer sociaal geïsoleerd. Ze hebben bovendien ook meer last van allerlei ouderdomskwalen. Al die dingen kunnen aanleiding geven tot depressieve gevoelens. ‘Het is daarom goed om na te gaan of dit iets van tijdelijke aard is, of het een situatie is die behandelbaar is’, zegt Deliëns.
Omdat de inschatting van psychisch lijden sowieso complex is, stelt de onderzoeksgroep voor om guidelines voor artsen uit te vaardigen. Deliëns is ook voorstander van multidisciplinaire teams die de vraag helpen uitklaren. ‘Voor kinderen heeft de wetgever zulke teams verplicht. Mij lijken aanvragen van mensen die psychisch lijden niet minder complex.’
Nu al blijkt dat in zowat de helft van de gevallen extra consulten plaatsvinden, buiten het wettelijk verplicht kader om. Soms klopt men daarvoor aan bij de palliatieve zorgarts. ‘Een goede zaak’, vindt Deliëns. ‘Want palliatieve teams hebben veel ervaring met afscheid nemen en kunnen advies verlenen over het belang van een heldere communicatie met de familie.’
Geweigerd
Ten slotte betreurt hij het dat de federale evaluatiecommissie alleen de uitgevoerde gevallen van euthanasie registreert: ‘Zo komen we niets te weten over het aantal aanvragen dat geweigerd of door de patiënt zelf ingetrokken wordt. Mensen kunnen van mening veranderen. Maar als een euthanasieaanvraag voor psychisch lijden geweigerd wordt, willen we toch weten waarom: voldoet de aanvraag niet aan de voorwaarden of gaat het om een weigering van de arts? Guidelines zouden kunnen bijdragen tot meer rechtszekerheid: zo wordt de patiënt minder afhankelijk van een subjectief oordeel.’
‘Een multidisciplinair team om de aanvraag mee uit te klaren, is aangewezen’ LUC DELIËNS EndofLife Care