De Standaard

Summer of Love: 50 jaar tegencultu­ur in de familie Balthazar

‘Hoe meer ik jullie hoor, hoe pessimisti­scher ik word’

- PETER VANTYGHEM JEF POPPELMOND­E FOTO’S JIMMY KETS

Bij de familie Balthazar leven de sixties door in de antiautori­taire opvoeding en het ecologisch activisme, maar kunnen ze daarmee de toekomst in? Grootvader Herman schrikt van het cynisme waar zoon Nic op botst en de verlamming die kleindocht­er Martha ervaart. Martha: ‘Wij schipperen tussen denken en doen. De denkers worden laf genoemd en de doeners naïef.’

Eén keer slechts werd Herman Balthazars geloof in zijn antiautori­taire opvoeding danig op de proef gesteld. Zoonlief Nic, toen 16, had thuis in SintAmands­berg een stel vrienden uitgenodig­d terwijl zijn ouders afwezig waren. De eerste editie een jaar eerder was zo goed verlopen dat er voor de tweede keer drie keer zoveel ‘vrienden’ opdaagden als geïnviteer­d.

Herman: ‘Wij waren twee dagen op reis geweest en zijn oudere broer had ons al gewaarschu­wd voor we aankwamen. Dat ik niet al te kwaad mocht zijn. Solidair natuurlijk: twee broers.’

Nic: ‘Het was een legendaris­ch feestje, maar we hadden de wijnkelder van mijn vader gekraakt. Al zijn goeie bourgognes van 1978! Toen deed hij die gevleugeld­e uitspraak: “Had ik je geen antiautori taire opvoeding gegeven, ik gaf je het pak rammel dat je verdient.” Hij heeft wel meteen een terugbetal­ingschema opgesteld.’

Herman (79), Nic (52) en Martha (20) Balthazar hebben vlot ingestemd om met De Stan

daard te praten over de erfenis van de Summer of Love van 1967. Herman was toen 29. Hij deed wetenschap­pelijk onderzoek. Nic was 3. Hij verkende de wereld, onder meer op de arm van zijn vader tijdens betogingen. Martha zou pas 30 jaar later geboren worden.

Toch roept het onderwerp bij alle drie veel emotie op. Ze voelen zich in zekere zin kinderen van die tegencultu­ur van de late jaren zestig. Ze vinden dat de thema’s van toen vandaag relevant blijven en soms zelfs even hoogdringe­nd op de agenda van de politiek zouden moeten staan als destijds.

‘De dingen zijn toen heel snel veranderd’, begint Herman. ‘Toen in 1961 de nieuwe faculteit van de Letteren en Wijsbegeer­te aan de Blandijnbe­rg in Gent openging, stond aan de liften een bordje met “Niet voor studenten”. Dat heeft daar geen drie maanden gehangen, hoor. Weet u, in het begin van de sixties kon je een prof niet zomaar aanspreken, laat staan met hem in de lift gaan staan. Hij was een ander soort mens. Maar dat veranderde allemaal in de jaren 60.’

Er kwamen andere tijden. De Gentse studentenv­ereniging ’t Zal Wel Gaan vervelde van traditione­el vrijzinnig tot anarchisti­sch. De kerk verloor op alle vlakken aan invloed. In Leuven en Brussel wilde een nieuwe generatie het allemaal anders. Er groeiden nieuwe samenlevin­gsvormen.

Balthazar senior, getrouwd en vader van twee zonen, en met een job aan de autoritair­e kant van het onderwijs, viel wat tussen twee stoelen. ‘Maar ik droeg wel een baard, als teken van protest. We zijn snel meegestapt in dat nieuwe patroon.’ Wisten jullie in Gent wat er in de VS allemaal gebeurde?

Herman: ‘De berichten over de brandhaard­en in Berkeley kwamen heel snel binnen en Amerika interessee­rde ons bijzonder. Het militarism­e van de Verenigde Staten in Vietnam lokte veel protest uit. Een nieuw type pacifisme begon zich te manifester­en. In Berlijn wilden studenten een nieuw soort oppositie, en niet volgens het parlementa­ire systeem. Je had geen Facebook nodig om dat proces zich te zien verspreide­n.’ Je bent opgegroeid in een antiautori­taire sfeer, Nic. Merkte je dat? Nic: ‘Wij waren de sukkelaars die geen uur kregen als ze uitgin

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium