De Block heeft zich misrekend

Een week nadat Maggie De Block heeft bekendgemaakt dat ze wil snoeien in het personeel voor de dagplaatsen in de kinder en jeugdpsychiatrie, heerst er nog altijd grote onzekerheid in de sector. Wat deze week wél duidelijk is geworden: de financiering van

BRUSSEL I Ze willen niets meer on the record zeggen. De kinder en jeugdpsychiaters en andere verte genwoordigers uit de sector die eerder deze week moord en brand schreeuwden over besparingen op personeel voor de dagplaatsen in de kinder en jeugdpsychiatrie, zijn nu op hun hoede. Minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) vraagt advies aan de Federale Raad voor Ziekenhuis voorzieningen over de kwestie. En dus wil de sector geen extra olie op het vuur gooien.

Of er plaatsen in het gedrang komen doordat De Block de perso neelsnormen terugschroeft, en zo ja hoeveel, is nog altijd onzeker. Een aantal andere zaken is deze week wél duidelijk geworden.

1. De financiering van de kinder en jeugdpsychiatrie is één groot kluwen

De beste illustratie van het hele probleem leverden De Block en Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) dinsdag avond. In Terzake probeerden ze de kwestie uit te leggen. Maar me nig kijker (en menig professional) hoorde het in Keulen donderen. Het ging onder andere over Kbedden (met een grote ‘K’), kbedden (met een kleine ‘k’) en de gesloten enveloppe van de zie kenhuisfinanciering.

De financiering van de dagplaatsen in de kinder en jeugdpsychiatrie is één groot kluwen. Aan één touwtje trekken ontwart de knoop niet, integendeel. Maar precies dat heeft De Block gepro beerd. Ze heeft aangekondigd dat het gedaan moest zijn met de ‘dubbele financiering’ van de dagplaatsen (opvang van kinderen en jongeren die ’s avonds weer naar huis gaan, de ‘kdag’). Daarvoor werd evenveel personeel voorzien als voor volledige plaatsen (24 uur op 24, de ‘Kbedden’).

De financiering van de dagplaatsen halveren klinkt eigenlijk logisch en ergens moet ook het geld vandaan komen voor 141 nieuwe dagplaatsen in de Vlaamse kinder en jeugdpsychiatrie. Maar de zaak zit veel ingewikkelder in elkaar. Op de financiering van de kinder en jeugdpsychiatrie is de voorbije vijftig jaar loodgieterij op z’n Belgisch toegepast. Ziekenhuizen gebruiken bijvoorbeeld vaak middelen die eigenlijk bedoeld zijn voor de voltijdse opvang (‘Kbedden’) om een goede dagopvang (‘kdag’) te voorzien. Zeggen dat de dagopvang het wel met de helft van de middelen van de voltijdse opvang kan doen, is dus kort door de bocht.

Impliciet geeft De Block overigens zelf toe dat de financiering ingewikkelder is dan ze zelf had ingeschat. ‘Er zijn deze week nieuwe elementen opgedoken’, zegt haar woordvoerster Els Cleemput. ‘We waren er ons tot nu toe niet van bewust dat er heel grote verschillen bestaan tussen de ziekenhuizen qua financiering van hun dagplaatsen in de kinder en jeugdpsychiatrie.’

2. Dit heftige debat was nergens voor nodig

De Federale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, een orgaan binnen de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid dat alle stakeholders samenbrengt, had eerder dit jaar al advies uitgebracht over de