Werkloze moet extra motivatie tonen
Werkgevers denken dat langdurig werklozen een gebrek aan motivatie vertonen. Dat stelt doctoraal onderzoekster Eva Van Belle van de Universiteit Gent vast.
BRUSSEL I Dat je het als langdurig werkloze moeilijker hebt op de arbeidsmarkt, is geen geheim. Maar waarom is dat zo? Dat wilden Eva Van Belle en haar team onderzoekers graag weten. Want op zich is er geen enkele reden waarom een langdurig werkloze niet de perfecte kandidaat voor een vacature kan zijn. In veel gevallen is de langdurige werkloosheid te wijten aan factoren die losstaan van de inherente capaciteiten van een sollicitant.
‘Daar zal wel iets mee zijn’
‘Werkgevers denken bij een langdurig werkloze al snel: daar zal wel iets mee zijn’, zegt Eva Van Belle. ‘Dat verschijnsel is bekend, en er is ook al veel onderzoek naar gedaan. Maar waarop die veronderstelling gebaseerd is, weten we niet. Daarom hebben we dit onderzoek uitgevoerd.’
De belangrijkste eigenschap die werkgevers aan een langdurig werkloze toekennen, is een gebrek aan motivatie. Dat leidt het onderzoeksteam af uit een statistische analyse van een experiment waarbij 219 personeelsverantwoordelijken elk vijf fictieve profielen beoordeelden. De profielen verschilden van elkaar qua geslacht, opleidingsniveau, werkervaring, sociale activiteiten en werkloosheidsduur. De personeelsverantwoordelijken gaven aan of ze de sollicitant zouden uitnodigen voor een gesprek, en beoordeelden hen op acht kenmerken, waaronder motivatie. Via een econometrisch model konden de onderzoekers het effect van de werkloosheidsduur eruit filteren.
De neiging om de kandidaten aan te nemen, was duidelijk omgekeerd evenredig met de lengte van de werkloosheid. Iemand die na drie jaar werkloosheid solliciteerde, kreeg van de personeelsverantwoordelijken een waardering die maar half zo hoog lag als iemand die nog maar twee maanden naar werk zocht.
Rationeel kuddegedrag
Uit de antwoorden bleek dat de personeelsverantwoordelijken vermoedden dat de werklozen onvoldoende gemotiveerd waren. Een andere, minder belangrijke verklaring was de veronderstelling dat andere werkgevers de sollicitant al hadden afgewezen.
Een verschijnsel dat de onderzoekers als ‘rational herding’ omschrijven: rationeel kuddegedrag. ‘Andere werkgevers waren er blijkbaar al achter gekomen dat deze kandidaten onvoldoende productief zouden zijn. Zodoende was het weinig rationeel hen uit te nodigen voor een jobgesprek’, legt professor Stijn Baert uit, die lid was van het onderzoeksteam. Twee minder belangrijke verklaringen waren de veronderstelling dat de kandidaat een aantal competenties zou hebben verloren, of minder makkelijk te trainen zou zijn.
Wat doe je eraan?
Hoe moet je als langdurig werkloze nu omgaan met dit fenomeen? Daar is moeilijk een sluitend antwoord op te geven, zegt Eva Van Belle. ‘Wel staat vast dat het heel belangrijk is om als kandidaat je motivatie te onderstrepen, zeker als je werkloos bent. Dat kan je bijvoorbeeld doen door uit te leggen waarom je werkloos bent. Als dat is omdat je voor een ziek familielid moest zorgen, kan dat misschien positief overkomen’.
Het benadrukken van vrijwilligerswerk is in elk geval onvoldoende om het negatieve stigma van werkloosheid te compenseren, zo blijkt. Werkgevers zijn vooral geïnteresseerd in de reden waarom de kandidaat bij dit bedrijf wil werken, en niet waarom hij of zij in het algemeen aan de slag wil blijven. ‘Het gaat om werkmotivatie en niet om algemene sociale motivatie.’ In veel gevallen is de langdurige werkloosheid te wijten aan factoren die losstaan van de inherente capaciteiten van een sollicitant