‘Toestand van mensenrechten is niet verbeterd’
BRUSSEL I Is de toestand van de mensenrechten in Soedan de jongste maanden verbeterd? Jan Kooy, woordvoerder Europa voor Human Rights Watch (HRW), schiet in een luide lach als hij de vraag hoort. Maar voor alle zekerheid verwijst hij door naar Jehanne Henry, de Soedanexperte van de mensenrechtenorganisatie. In het jongste jaarrapport omschrijft HRW de mensenrechtensituatie er in 2016 als ‘afgrijselijk, met voortdurende aanvallen op burgers door regeringstroepen’ in verschillende regio’s. ‘Er is re
pressie van groepen uit de civiele samenleving en van onafhankelijke media, terwijl activisten, studenten en betogers op grote schaal wille
keurig opgesloten worden.’ ‘We hebben de jongste maanden geen verbetering gezien van de mensenrechtensituatie’, zegt Henry vanuit New York. ‘Er wordt minder ge
vochten. Maar de troepen die het meeste misbruiken plegen, de Rapid Support Forces, maken nu deel uit van de grenswacht en houden zich direct met migratie bezig.’ Die troepenmacht werd in 2013 opgericht om gewapende rebellen in Soedan te verslaan en maakte zich in Darfour schuldig aan het platbranden van dorpen en het doden van burgers. ‘Het is moeilijk te weten te komen hoe die Rapid Support Forces zich gedragen aan de grens met Libië – het is een afgelegen en woestijnachtig gebied. Maar hun reputatie is uitzonderlijk slecht’, aldus Henry. Amnesty International heeft in 2016 getuigenissen onderzocht van Soedanezen die verklaarden dat ze na een gedwongen terugkeer uit Jordanië gearresteerd, mishandeld en gefolterd werden. ‘Er heerst een diepgewortelde cultuur van straffeloosheid onder de veiligheidsdiensten’, aldus Amnesty.