Catalaanse koorts slaat over naar Brazilië
Zaterdag hielden drie ZuidBraziliaanse staten een officieus referendum over onafhankelijkheid. Staat Brazilië voor een Balkanscenario?
BRUSSEL I Brazilië is de geopolitieke kolos van ZuidAmerika, een land bijna dubbel zo groot als heel Europa. Het verkeert al enkele jaren in een hevige politieke malaise door aanhoudende corruptieschandalen en een pijnlijke recessie. Daar ziet de Zuidelijke Beweging, een separatistische groep actief in de staten Parana, Santa Catarina en Rio Grande do Sul, nu een kans in.
Eerstewereldland
De Zuidelijke Beweging preekt al jaren dat hun staten te veel belasting betalen aan de federale regering zonder dat daar genoeg investeringen of zeggenschap tegenover staan. Dat idee gaat terug tot de jaren negentig, toen de separatistische leider Irton Marx een ‘onafhankelijke Republiek van de Pampas’ probeerde uit te roepen.
Met het referendum van zaterdag spiegelt de groep zich nu expliciet aan Catalonië. Leiders hopen de onafhankelijkheid volgend jaar op tafel te leggen, ‘net als de Catalanen’. Typisch Braziliaans is dan weer het idee dat ‘een onafhankelijk Zuiden veel meer potentieel zou hebben als een eerstewereldland’, zoals Anidria Rocha, een van de leiders van de beweging, het verwoordt.
Op zich lijkt de afscheuring kansloos. De Braziliaanse grondwet verbiedt de eenzijdige afscheiding van staten. Bovendien daagden er bij een eerder referendum in 2016 maar 617.534 mensen op – nog geen 5 procent van een bevolking van 29 miljoen mensen. Dat referendum haalde zelfs het vooropgestelde doel (1 miljoen kiezers) niet. Zondagavond waren de uitslagen van de nieuwe stembusgang nog niet bekend.
Rijk en blank
Toch is de Zuidelijke Beweging verre van irrelevant. De drie provincies zijn veel rijker en blanker dan de rest van Brazilië. Terwijl de bevolking in het noorden en het centrum afstamt van Afrikanen en Indianen, werden staten als Santa Catarina vooral bevolkt door Duitse en Italiaanse migranten. In het welvarende zuiden beschouwen sommigen de geldtransfers naar het straatarme noorden als verspilling. Daar zit volgens veel waarnemers ook een racistisch kantje aan.
‘Dit is niet meer dan een dagdroom van fascisten’, stelt historicus Fernando Horta (Universiteit Brasilia) op de website Bra
zilwire. Angela Milanese, advocaat uit Santa Catarina, is kritisch voor de uitgangspunten van de beweging. ‘Ze geloven dat het Zuiden beter is dan de andere staten. Het is een dwaze beweging, gebaseerd op vooroordelen, racisme en xenofobie.’
Nu de Braziliaanse politieke wereld meer dan ooit te kijk staat met al haar corruptie, wint de beweging veld. Zoals een kiezer in het Zuiden aan de onlinekrant
Redacao Bonde zei: ‘De politieke chaos is niet meer te herstellen. We willen af van Brasilia.’
Het ontgaat waarnemers niet dat de Zuidelijke Beweging haar pr goed verzorgt. Leider Celso Deucher noemt zichzelf een ‘liberale kapitalist’, die een minimale staat naar het voorbeeld van Zwitserland wil. Historicus Horta: ‘Het is een terugslag tegen de globalisering. Economen beweren vaak dat kleinere staten flexibeler kunnen omgaan met crisis dan grote federaties. En ook Brazilië ontsnapt niet aan rechtse bewegingen die “de ander” de crisis verwijten.’
Terwijl de Brazilianen in het Noorden afstammen van Afrikanen en Indianen, werden zuidelijke staten vooral bevolkt door Duitse en Italiaanse migranten