Wie niet bang is, is gezien We leven in een angstcultuur
Museum Dr. Guislain toont eigentijdse installaties en eeuwenoude maskers over angst. Waarom ligt dat thema vandaag zo gevoelig? En kan een expositie ons helpen om onze angst te omarmen?
Volgens de curatoren van Angst zijn vandaag veel kunstenaars bezig met het thema. Dat is logisch, vinden ze: maatschappelijk is er immers van alles aan het veranderen, de ene crisis volgt op de andere. Maar over het hoe en waarom van angst bestaan nog steeds veel vragen: dat is verbazend voor een emotie die de mens altijd al met zich meedroeg.
In het cultuurhistorische luik van de expositie in het Museum Dr. Guislain ligt echter, in een drukke boekenkast, een document dat veel vertelt. De DSM is de index van psychiatrische stoornissen en de derde versie ervan, de DSM3, bevatte in 1980 voor het eerst ‘angst’. Wat tot dan als een symptoom of effect gezien werd, stond vanaf dan op zichzelf.
Eindelijk erkenning voor angst? Het is maar hoe u het bekijkt.
Yoon Hee Lamot, een van de curatoren van de expositie: ‘We hebben dat boek in dezelfde ruimte gelegd als een aantal medische reclames, en dat is een bewuste keuze. Toen angst als aparte categorie opgenomen werd, zorgde dat voor de opkomst van aparte angstremmers. Je ziet dat vanaf dan een aantal ziektes gecreëerd wordt.’
Zo kwam angst, een emotie zo oud als de mensheid zelf, in de 21ste eeuw in een stroomversnelling terecht. ‘Als je niet angstig bent, word je bijna als abnormaal beschouwd’, zei psychiater en fi losoof Damiaan Denys onlangs in
De Volkskrant. Volgens hem zijn we zover dat we angst voelen voor de angst zelf. Of anders gezegd: we leven in een angstcultuur.
Maar zijn we echt bang, of worden we bang gemaakt? In het Museum Dr. Guislain hangt de vraag onzichtbaar boven de tentoonstelling.
Angst en vrees
Damiaan Denys is samen met de Britse socioloog Frank Furedi de theoretische bron achter de expositie. Hun beider gedachtegoed heeft duidelijke raakvlakken. Ze onderscheiden allebei ‘angst’ van ‘vrees’: aan het laatste kan je wat doen, het eerste is een emotie zonder object. ‘Angst gaat niet om de realiteit, maar om fictie’, aldus Denys.
Zowel Furedi als Denys richt zijn pijlen op de instanties die de mensen zouden moeten bevrijden van angst, maar hen daarentegen nog angstiger maken. Wat de mensen nodig hebben, zijn zelfredzaamheid en solidariteit, zegt Furedi in Mo, ‘maar het beleid doet er alles aan om het samenkomen van mensen te ontmoedigen’. Het gevolg is dat we ons niet meer zozeer laten leiden door traditionele verhalen als links en rechts, maar dat we elkaar vinden op basis van gedeelde angsten. Die situatie wordt gestimuleerd door diverse ‘machthebbers’: de wetenschappelijke wereld, de politieke klasse, de economische bazen met hun winstlogica en de media.
Denys voegt er nog de gezondheidszorg aan toe. Er is te veel medicalisering en zelfs psychiatrie, vindt hij. Dat is om controle te kunnen uitoefenen, onder meer door de zorgverzekeraar. Maar voor wat buiten onze controle ligt, daar zijn we bang voor.
Pervers
Patrick Allegaert, artistiek adviseur van het Museum Dr. Guislain, ziet de intensivering van macht overal: ‘Ik vind het een pervers mechanisme. Sommige instanties verspreiden inderdaad angst om zichzelf onmisbaar, en anderen afhankelijk, te maken.’
Die gezondheidszorg bijvoorbeeld, zegt Allegaert: ‘De Nederlandse psychiater Gerrit Glas laat zien hoe in de jaren 60 beslist werd om de psychofarmaca, de geneesmiddelen voor het geestelijk welzijn, niet langer met filosofische begrippen maar wetenschappelijk te bekijken. Dat leidde tot specialisatie: een bepaalde medicatie voor paniekstoornis mag niet gebruikt worden voor algemene angst.’
‘Daarin voel je zowel de te grote ambities van de wetenschappen als van de farmaceutische industrie die erachter zit’, aldus Allegaert. ‘Met dat begrippenkader komen we er niet. We hebben nood aan een breder, overkoepelend psychosociaal kader om te kunnen spreken en werken.’
Misschien is het geen toeval dat in de jongste editie van de Freiheitsindex, een jaarlijkse bevraging naar vrijheidsgevoel in Duitsland, slechts één op de tien Duitsers vertrouwen bleek te hebben in de wetenschappen? Furedi: ‘Veel academici vergroten de angst voor een bepaalde dreiging door als expert veel stellingen te ondersteunen met “zogezegd wetenschappelijke kennis”. Zij verlenen autoriteit aan angsten die anders eenvoudig te beheersen zouden zijn.’
Iets meer vertrouwen hebben Duitsers in de media: één op de drie denkt daarmee te kunnen leven. Maar ook dat is niet veel, en vooral Denys hamert erop dat media een monopolie op kennis verworven hebben, en daar te mercantiel mee omgaan. ‘Vandaag hebben de cijfers plaatsgemaakt voor de beleving. Door daarop te focussen maken media ons bang’, aldus Denys.
Monopolie
Sommige kunstenaars in de expositie benadrukken hoe media ons manipuleren. We zien hoe eender welk beeld bewerkt kan worden tot iets dat levensbedreigend lijkt, een muurcamera herinnert ons eraan hoe we vrijheid inruilen voor veiligheid, en we krijgen zelfs de orwelliaanse keuze voorgeschoteld om elkaar te controleren.
Dagelijks botsen we ook op overinformatie en onbeperkte keuzemogelijkheden. ‘Velen hebben het idee dat een perfect leven mogelijk is,’ zegt Yoon Hee Lamot, ‘maar dat we door het overaanbod verkeerde keuzes kunnen maken, maakt ons bang. Vroeger
‘Het is een pervers mechanisme. Sommige instanties verspreiden angst om zichzelf onmisbaar, en anderen afhankelijk, te maken’ PATRICK ALLEGAERT Artistiek adviseur Museum Dr. Guislain
lag alles in de hand van God, of we dachten dat ons geluk of ongeluk afhing van krachten die we niet beheersten. Nu zijn we blij met ons individualisme en onze verantwoordelijkheid, maar in de diepte beangstigt dat.’
Zombiefilms
Wat te doen? In de expositie verwijst opvallend veel kunst van vroeger en nu naar horror. Logisch, want het idee is dat die de angst wegneemt. Al die waterduivels, die Krampusfiguur, die voodoopoppen en die beeldjes van SintServaas waren vroeger even grote angstremmers als zombieseries vandaag.
Lamot: ‘Ik denk ook dat mensen beter met bepaalde zaken kunnen omgaan wanneer ze geweldgames spelen of naar zombiefilms kijken. Het is interessant hoe die zombies steeds de actuele collectieve angsten van de Amerikanen weerspiegelen. Ik zie even graag een Scandinavische krimi, dat is een ontsnapping. Charlotte Lybeer laat in de expositie subculturen zien die de complexiteit van de samenleving ontvluchten door kunstmatige oorlog te gaan spelen. Die gecontroleerde angst hebben we nodig om ermee te leren omgaan. Of gewoon omdat we ze aangenaam vinden.’
‘Veel auteurs vinden dat je ook het positieve van angst moet zien’, zegt Yoon Hee Lamot. ‘Angst is noodzakelijk, anders word je opgegeten. Dat zit vaak al in kleine dingen, zoals een eerste keer een lezing durven te geven.’