De Franse boekhandel redt het wél
De Franse boekenmarkt lijdt minder onder de ontlezing en de digitalisering dan die in veel andere landen. Tot diep in de provincie zijn nog goed gesorteerde onafhankelijke boekwinkels te vinden. Hoe dat kan? Subsidies.
Toen Pascale Delaveau (55) in 2006 aankondigde dat ze haar carrière als rechter zou verruilen voor het onzekere bestaan van boekhandelaar, verklaarde menigeen haar voor gek. Ze had geen ervaring in het boekenvak. In het kasteelstadje Amboise, onder de rook van Tours, waren bovendien al twee zaken die literatuur ver kochten. En Amazon, de vrees van iedere boekhandelaar, bestond destijds ook al. ‘Maar het was altijd mijn droom een boekwinkel te openen’, zegt ze nu. ‘Ik wilde me niet richten op bestsellers, maar op bijzon dere literatuur, op jeugdboeken en op vertaald werk.’
En dat heeft ze gedaan. Vorige maand vierde ze met een dag vol ontmoetingen tussen lezers en schrijvers officieel het tienjarig bestaan van C’est la Faute à Voltaire, zoals ze haar nondescripte winkeltje aan de Rue Nationale gedoopt heeft. De winst is klein, maar haar jaaromzet is ieder jaar toegenomen en ligt nu net boven de twee ton. Dat is relatief weinig (gemiddeld zetten provincieboekhandels jaarlijks zo’n 350.000 euro om), maar ze kan zichzelf en een verkoopsmedewerkster een sala ris uitkeren.
‘Wat ik aanbied is zo anders dan wat Amazon doet’, zegt Delaveau. ‘Ik ken mijn klanten beter dan het algoritme van Amazon ooit zou kunnen, ik kan echte adviezen geven. Dat wordt gewaardeerd.’
Terwijl in veel andere landen de ene na de andere boekhandel de deuren sluit, is in Frankrijk het aantal onafhankelijke boekwinkels volgens gegevens van het Syndicat de la Librairie Française (SLF), de belangenvereniging, opmerkelijk stabiel: ongeveer 3.200. Ieder jaar sluiten 200 à 300 za ken, maar evenzoveel nieuwe worden geopend, zegt SLFvoorzitter Guillaume Husson. Met jaarlijks ruim 70.000 nieuwe Franstalige titels en een uitgeverijenomzet van 4,43 miljard euro in 2016, blijft de Franse boekenmarkt een zeer levensvatbare bedrijfstak.
Dat boekwinkels de strijd met Amazon overleven, is voor een deel te danken aan de hoge mate van bescherming die zij van de Franse overheid krijgen. Onafhankelijke boekwinkels kunnen librairie de référence worden, een kwaliteitskeurmerk dat de boekhandelaar niet alleen collectieve promotie, maar ook belastingvoordelen geeft. En er is subsidie. Bij zowel regiobesturen als bij de landelijke overheid in Parijs kunnen boekwinkels geld aanvragen als ze willen verbouwen, uitbreiden of als nieuwe voorraden nodig zijn. Pluriform en levendig
Bij C’est la Faute à Voltaire (een beroemde kreet uit Victor Hugo’s Les miséra
bles) liggen in de kleurrijke etalage prentenboeken, maar ook de boeken van de
rentrée litteraire, zoals de traditionele Franse seizoenopening genoemd wordt. De Algerijeroman L’art de perdre, waarmee Alice Zeniter de literaire prijs van Le Mon
de won, doet het goed, zegt Delaveau. ‘En vergeet niet La vie secrète des arbres’, voegt haar verkoopster daaraan toe. In totaal heeft de winkel van Delaveau ongeveer 11.000 boeken op voorraad. Van een boek dat goed verkoopt gaan vijftig tot zestig exemplaren over de toonbank.
Delaveau ontving bij opening van de zaak in 2006 een startsubsidie voor de voorraad, vertelt ze tijdens haar lunch in de plaatselijke brasserie. Tien tot twintig procent van het aanbod – de precieze aantallen herinnert ze zich niet meer – is betaald door het Centre National du Livre (CNL), dat van het ministerie van Cultuur de verantwoordelijkheid heeft gekregen om de Franse boekenmarkt pluriform en levendig te houden. Later kreeg ze nog eens geld toen ze een computersysteem in de winkel wilde installeren. Jaarlijks keert het CNL in heel Frankrijk totaal zo’n 30 miljoen euro aan subsidies uit. ‘En dat geld hoef je niet terug te betalen’, glimlacht Delaveau.
Zijn die subsidies tegenwoordig onmisbaar voor onafhankelijke boekwinkels? ‘Als de overheidsbijdrage zou stoppen, dan komt er heus niet meteen een sluitingsgolf’, verzekert Guillaume Husson van SLF. ‘Maar de winstmarges van boekhandelaars zijn pathetisch. De meeste mensen zijn blij als ze na betaling van salarissen, belastingen en andere kosten één procent van hun omzet overhouden. Dat is te weinig om van te investeren, als dat nodig is.’ Daarvoor zijn de subsidies dus.
De subsidies voor het boekenvak zijn ‘ui teraard een politieke keuze’, zegt Delaveau. ‘Maar een heel juiste.’ Een boekhandel heeft in een samenleving ‘bijna een publie ke taak’, vindt ze – en zo denken meer Fransen erover. ‘Ik leerde in de rechterlijke macht hoe belangrijk woorden kunnen zijn. Als boekhandelaar wil ik mensen met die woorden in contact brengen.’ En wat dat geld betreft: ‘Het hangt van je omzet af of je het echt nodig hebt, maar je bent gek als je er geen gebruik van maakt.’
Maar het is natuurlijk niet louter aan subsidies te danken dat de Franse boekenmarkt het zo goed blijft doen. Dat is ook een cultureel fenomeen. Weinig westerse landen waar boeken in zulk hoog aanzien staan als in Frankrijk. Niet het minst in de politiek. Vaste boekenprijs
President Emmanuel Macron laat geen kans onbenut om zijn belezenheid uit te venten. Op het officiële portret dat nu in overheidsgebouwen hangt, poseert hij met een stapeltje boeken (Gide, Stendhal en – verplicht nummer – de oorlogsmemoires van De Gaulle). Hij schreef ooit een (ongepubliceerde) roman over Mexico en lijkt met zijn vrouw Brigitte, voormalig theaterdocent, in louter literaire citaten en verwijzingen te communiceren.
Ook zijn collega’s zijn begaan met literatuur. De premier Édouard Philippe schreef politieke thrillers en publiceerde onlangs het onbeschaamd elitaire boek Des hommes
qui lisent, over niets anders dan zijn liefde voor het boek. Minister van Financiën Bruno Le Maire, kenner van de Duitse literatuur, bracht bij topuitgeverij Gallimard naast politieke dagboeken een roman uit. En de nieuwe minister van Cultuur is Françoise Nyssen, die met haar vader de be
langrijke uitgeverij Actes Sud (Éric Vuillard, Jérôme Ferrari, Kamel Daoud, maar ook Stieg Larsson, David Van Reybrouck en Paul Auster) groot maakte.
Directe overheidssteun voor de boekenmarkt begon in de jaren 80 met François Mitterrands cultuurminister Jack Lang. Frankrijk werd wereldwijd voorloper bij het instellen van een vaste boekenprijs. ‘Destijds zeiden veel mensen dat zoiets in tijden van vrijhandel niet mogelijk was, dat de Europese Unie zich ertegen zou verzetten’, herinnert boekhandelaar Delaveau zich. Inmiddels hebben vrijwel alle EUlan den een vaste boekenprijs. ‘Ik denk dat veel boekhandels hadden moeten sluiten als de prijzen losgelaten waren.’
Maar de diepgewortelde Franse leescultuur is misschien nog wel belangrijker voor het bloeien van de boekenmarkt. 2017, zegt voorzitter Vincent Monadé van subsidiever strekker CNL, was weliswaar een relatief zwak jaar. (‘Zie je altijd als er verkiezingen zijn: mensen wachten op wat komen gaat.’) En ook in Frankrijk wordt volgens hem, vooral op scholen, minder gelezen dan vroeger. (‘Ik heb mijn hoop gevestigd op de nieuwe minister om die traditie te herstellen.’) ‘Maar in het algemeen gaat het vergeleken met de wereld rondom ons inderdaad niet slecht’, erkent hij.
Zijn verklaring? ‘De Fransen willen begrijpen hoe de wereld werkt en daarvoor vertrouwen ze reguliere media niet meer. Dus lezen ze nonfictie.’ Maar de ruime meerderheid van de verkochte boeken is li teratuur, fictie. Hoe zit dat? ‘Fransen hebben ook de behoefte om even elders te zijn, om te ontsnappen aan het alledaagse’, zegt Monadé. ‘Dat postapocalyptische literatuur de laatste tijd zo’n succes is, lijkt me veelzeggend.’
En hij prijst de libraires. ‘We hebben ook gewoon hele goede boekhandelaars, overal in het land. Ze organiseren ontmoetingen met schrijvers en andere activiteiten. Daar moeten ze het van hebben. Het is een strijd, maar de lokale boekwinkel is die aan het winnen.’ De onafhankelijke boekwinkel is in Frankrijk nog altijd de belang rijkste plaats voor de verkoop van boeken, niet het internet, de supermarkt of multimediaketens als Fnac. Gehecht aan papier
Ereaders zijn in Frankrijk nog niet echt concurrentie voor het papieren boek. Slechts drie procent van de verkochte boeken in Frankrijk is digitaal. ‘Fransen zijn echt gehecht aan het papieren boek in hun woonkamer’, denkt Monadé. Dat beaamt Delaveau. ‘Toen ik mijn zaak begon dacht ik dat digitale boeken mijn grootste probleem zouden zijn, maar nu merk ik daar nog niets van. Misschien verandert dat als een generatie die is opgegroeid met de tablet ook boeken gaat lezen.’
Wat dan wel het probleem is? Toch Amazon, geeft iedere boekhandelaar, ook Pascale Delaveau, schoorvoetend toe. Een in 2014 onder president François Hollande ingestelde wet die Amazon verbiedt om boeken gratis te versturen, heeft geen enkel effect: sindsdien vraagt Amazon 1 eurocent voor de bezorgkosten.
Guilllaume Husson, van de belangenvereniging voor boekhandelaars, spreekt van ‘oneerlijke concurrentie’ zolang Amazon niet de volgens de Europese Commissie 250 miljoen euro aan achterstallige belastingen betaalt. Hij vindt het in dat verband ‘schandalig’ dat Macron onlangs een nieuwe distributiehal van Amazon heeft bezocht.
Maar ondertussen heeft zijn organisatie al wel maatregelen genomen om de strijd met Amazon ook online aan te gaan: op librairiesindependantes.com kun je sinds vorige maand nagaan welke Franse boekwinkel een bepaald boek op voorraad heeft en het vervolgens laten wegleggen of het (tegen betaling van maximale porto) laten opsturen. Een vergelijkbare site uit Parijs werkt al enige jaren naar grote tevredenheid van de gebruikers. Het is volgens Monadé ‘een mythe’ dat je bij Amazon alles kunt krijgen. ‘Een goede lokale boekhandel heeft soms echt een beter aanbod met regionale uitgaven.’
Dat lijkt Pascale Delaveau in Amboise ‘wat al te optimistisch’. Voor de nieuwe boekensite heeft ze zich nog niet aangemeld. ‘Ik hoop dat mijn klanten het spel blijven meespelen’, zegt ze. ‘En als ze dat niet doen, dan sta ik voor de keuze of ik voor een hogere omzet misschien toch grote bestellers moet gaan verkopen. Maar zover is het hier gelukkig nog lang niet.’