Onderzoek in Soedan geen evidente klus
Het kernkabinet bespreekt vandaag hoe het onderzoek naar de verontrustende getuigenissen van Soedanezen zal verlopen. Dat is geen evidente klus. In elk geval wordt contact opgenomen met de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM). Ons land heeft afspraken met de IOM om teruggekeerde Soedanezen te helpen bij hun reintegratie, als ze met een vrijwillige terugkeer akkoord zijn gegaan. In oktober begeleidde de IOM in Soedan zo drie migranten die vanuit België waren teruggekeerd. Veel wijzer zal de regering waarschijnlijk niet worden. ‘Wij hebben geen enkele melding gekregen over foltering of problemen bij hun terugkeer’, zei de IOM gisteren al aan onze redactie. België heeft de organisatie nooit gevraagd erop toe te zien dat teruggestuurde Soedanezen niet zouden worden mishandeld. De IOM heeft daartoe ook zelf geen initiatief genomen. De onderzoeksdelegatie kan ook proberen om met de getuigen zelf contact op te nemen. Ook dan lijkt de kans op succes klein. Twee Soedanezen die bij het Tahrir Institute for Middle East Policy hebben getuigd, zouden alweer onderweg zijn naar Libië. Als onze overheid er al in slaagt enkele Soedanezen te spreken, is het nog maar de vraag of zij hun verhaal willen herhalen. Nu ze in Soedan terug zijn, vrezen ze voor hun veiligheid en voor represailles van het regime.