Waar ligt dat verborgen mijnenveld?
Op de eerste twee handelsdagen van het nieuwe jaar is het leventje op de beurzen zijn gewone gang gegaan, zoals we dat in 2017 gewoon waren. Zowel in Europa als Amerika staan de meeste indexen weeral in de plus. Ook in Brussel veel lachende gezichten op de beursvloer, met de Bel20 die gisteren opnieuw door de grens van 4.000 punten is gegaan.
Het lijkt wel of de optimistische voorspellingen voor 2018 allemaal netjes ingelost zullen worden. Dat de zakenbank Goldman Sachs een dikke maand geleden zonder verpinken 11 procent beurswinst voorspelde voor 2018, na 20 procent winst in 2017, klinkt steeds aannemelijker.
Weinig marktanalisten gaan dezer dagen tegen die stroom in. Er lijken ook weinig redenen om dat te doen. Zo zien de economische grondvesten er stevig uit. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) gaat uit van meer dan 2 procent groei voor de Verenigde Staten en meer dan 1,7 procent voor de twee grootste economiën op het Europese vasteland, Duitsland en Frankrijk.
Toch durft het weekblad The Economist de mooiweerberichten (een beetje) in vraag te stellen. Er is niet zo gek veel ‘ondergegraven munitie’ nodig om de voorspellingen uit koers te sturen en van 2018 een veel minder prachtig jaar te maken dan we nu allemaal denken, luidt het.
Daarbij ziet The Economist drie mogelijke ‘mijnenvelden’: China, het MiddenOosten en de monetaire politiek van de centrale banken.
Om te beginnen: hoe zal de Chinese economie reageren als de overheid in Peking dit jaar echt werk zal maken van strengere kredietregels voor het bedrijfsleven? Hoe zullen de Chinese banken handelen als vele miljarden leningen niet kunnen worden terugbetaald? Voorlopig wijst niets op een bruuske, harde landing maar elke groeivertraging in China kan wereldwijd deining creëren. Nog veel onvoorspelbaarder zijn de geopolitieke risi
co’s in het MiddenOosten: van de oorlogszones in Irak en Syrië, via het oplaaiende conflict tussen Israël en de Palestijnen, tot de interne onrust in Iran. Bij een escalatie dreigen de olieprijzen weer de hoogte in te schieten en dat zou de conjunctuur in de westerse industrielanden pijn kunnen doen. En dan is er nog het risico dat de Amerikaanse eco
nomie en beurs oververhit raken door de grote belastingverlaging voor bedrijven en vermogende Amerikanen door de regeringTrump. De Federal Reserve zal allicht tegengas geven. Nu al zijn drie renteverhogingen gepland, gespreid over het jaar. Als de markten oordelen dat het Fedritme te snel gaat, kan er een correctie komen. Kán. Misschien. Of misschien toch niet? Zoals The
Economist zelf besluit: ‘Als we naar de IMFrapporten kijken, komt alles mooi in orde.’
Weinig analisten durven de mooiweerberichten in vraag te stellen