LAAT BELGIË ZICH DOOR FRANKRIJK CHANTEREN?
BRUSSEL I ‘Economische compensaties? Economische chantage, ja.’ Die uitspraak in de wandelgangen van de Belgische legertop gooide in volle nieuwjaarsperiode de knuppel in het hoenderhok. De aanleiding was de manier waarop de Fransen ons land proberen te verleiden om voor hun Rafalegevechtsvliegtuig te kiezen als opvolger van de F16 (DS 28 december).
De Fransen voelen zich blijkbaar te goed om deel te nemen aan de officieel uitgeschreven procedure – in tegenstelling tot de Amerikanen (F35) en de Britten (Eurofighter) – en zwaaien bovendien met dubieuze economische compensaties. Dubieus, omdat Parijs zomaar eventjes subtiel ‘la pérennisation de l’activité actuelle’ – het behoud van de Franse projecten in België de komende twintig jaar – laat meetellen als economische compensatie.
Een zinnetje dat door sommigen als een onverholen dreige ment wordt gezien. Verscheidene bedrijven actief in de luchtvaart sector, zoals Sabca, Thales Bel gium en Safran, zijn in handen van Franse bedrijven. Sabca is zelfs een dochter van Dassault, de producent van de Rafale. De acti viteit van die bedrijven zou door de Fransen wel eens fors kunnen worden afgebouwd, als de rege ringMichel niet voor de Franse gevechtsvliegtuigen kiest.
Het verleidde Geert Noels, de oprichter van de vermogens beheerder Econopolis, op
deredactie.be tot de boude uit spraak dat ‘Frankrijk België chan teert alsof het een kolonie is’. Dat schreeuwt om verder onderzoek.
Uitverkoop aan Frankrijk
Of Frankrijk ons land effectief chanteert, weet alleen wie aan de onderhandelingstafel zit. Maar dat onze zuiderburen een flinke hefboom hebben om druk uit te oefenen, staat buiten kijf. Wat ooit begon met de verkoop van de Ge nerale Maatschappij aan Suez eind de jaren tachtig (de voorloper
van Engie, red.) – de start van de Franse machtsgreep in de Belgi sche energiesector – lijkt inmid dels volledig uit de hand gelopen. Niet alleen Petrofina (Total) en Tractebel werden in die periode verfranst, ook Electrabel.
Ook daarbuiten slaagden de Fransen erin om belangrijke posi ties in te nemen in enkele strate gisch belangrijke sectoren. Onze grootste bank, Fortis (BNP Pari bas), is nu al bijna tien jaar Frans. Net als de verzekeraar Royale Belge (Axa) en de financiële holding Cobepa. Om nog maar te zwijgen over de BelgischFranse resthol ding Dexia, het toxische overblijf sel van wat ooit ’s werelds grootste financier van lokale overheden was. Of de voedingssector, met ooit grote Belgische namen als GB (Carrefour) en Quick.
In de meeste gevallen hebben die investeringen de Franse inves teerders geen windeieren gelegd. Electrabel en Tractebel hebben ja renlang de winst van Suez op peil gehouden en de spaardeposito’s van Dexia België hebben lange tijd mee de fatale Franse expansiedrift gefinancierd. Ook Axa en BNP Pa ribas hebben op financieel vlak nog geen spijt van hun lucratieve Belgische overnames.
Spanningen over Dexia
Meer nog, de voordelen van die Franse expansiedrift overstijgen het financiële. Frankrijk kocht zich de voorbije decennia in ons land ook een politieke hefboom, die het op elk moment kan laten wegen in onze relaties. Het meest schrijnende voorbeeld daarvan is Dexia. Want behalve in het vliegtuigdossier dreigen ook daar de Belgische en Franse belangen frontaal te botsen. De Europese Centrale Bank (ECB) zou tegen 2021 de banklicentie van Dexia willen intrekken, omdat de restholding al lang geen bank meer is. Dat is slecht nieuws, want dat betekent dat Dexia daarna wellicht geen beroep meer kan doen op de ECB om zich te financieren. Met alle risico’s van dien voor de Belgische overheidsfinanciën.
Zonder ECBfinanciering bestaat het gevaar dat een groot deel van de resterende miljarden balans van Dexia vroeg of laat bij de Belgische staatsschuld geteld moet worden. Waardoor onze staatsschuld in één klap met 9 tot 15 procent zou stijgen. Een nacht merrie voor premier Michel. Om dat te vermijden willen de Belgen de balans van Dexia sneller afbou wen, ook als dat in de eindafreke ning extra financiële verliezen met zich meebrengt. Maar dat zou dan weer niet naar de zin zijn van de Fransen.
Bluf of niet? Moeilijk te zeggen. Ook Macron heeft er alle belang bij dat Dexia zijn banklicentie be houdt. Ook de Franse president zal ongetwijfeld willen vermijden dat de Franse overheidsschuld tijdens zijn ambtstermijn, die loopt tot 2022, plots fors stijgt doordat zijn land zijn deel van de Dexia balans bij de staatsschuld moet tellen.
Maar haast lijkt Parijs niet te hebben. Macron gaat er volgens sommige bronnen van uit dat met de ECB onderhandeld kan wor den. Dat is ook de visie van Alfred Bouckaert, de extopman van Bel fius en de Franse verzekerings reus Axa, die zowel de Belgische politiek als de Franse salons zeer goed kent. ‘Het zou niet de eerste keer zijn dat een regeling met de ECB getroffen wordt om de Franse en de Belgische belangen te vrij waren’, zegt hij, de schouders op halend.
Verkeerde wapen
Maar de financiële impact van het afschaffen van de banklicentie door de ECB is voor Parijs veel minder groot dan voor de rege ringMichel. De Franse begroting is immers een veelvoud van de Belgische. ‘Frankrijk is zes keer groter dan België’, knikt Karel De Boeck, oudceo van Dexia en erva ringsdeskundige. ‘Het Franse be lang in Dexia is ook kleiner dan het onze (33 tegen meer dan 60
procent, red), en de Fransen garanderen veel minder kredieten en verplichtingen.’ Waarmee De Boeck de stelling van Geert Noels onderschrijft dat Frankrijk het verdwijnen van de banklicentie voor Dexia veel makkelijker kan verteren dan ons land.
Maar Dirk Bruneel, voormalig directielid van Dexia Bank België, gelooft niet dat Frankrijk het zover zal drijven. ‘Als Frankrijk ons pijn wil doen, dan is Dexia het ver keerde wapen. Macron heeft er absoluut geen belang bij om de banklicentie te laten aflopen. Ik geloof nooit dat hij dat risico zal lopen’, veegt hij dat argument resoluut van tafel. ‘Daarvoor is de politieke situatie in Frankrijk gewoon te gevaarlijk.’
In de energiesector hebben de Fransen ook nog altijd een enorme hefboom op Michel & co. Als alleen al naar de klassieke productie wordt gekeken – zonder groene energie – is bijna 90 procent nog in Franse handen. Met de groene energie erbij gaat het over ruim driekwart van de energieproductie. Vooral Engie neemt met zijn kerncentrales nog een grote hap uit de energieproductie in ons land. En Luminus, in handen van het Franse EDF, exploiteert verscheidene elektriciteitscentrales op aardgas en ook is zeer actief in groene energie.
Energiepact
Maar dat aandeel neemt sowieso af bij de sluiting van de kerncentrales. Die zijn samen goed voor ruim 40 procent van de totale energieproductie. Daar valt dus een gigantisch gat dat ingevuld kan worden door nieuwe producenten. Algemeen wordt verwacht dat het aandeel van de Fransen dan kleiner wordt.
‘Ik denk dat op dat moment onze energieproductie veel internationaler gaat worden en dat is geen slechte zaak’, zegt Bert Wollants, de energiespecialist van NVA. ‘Vooral internationale consortia zijn geïnteresseerd in energieproductie offshore. En de kans is groot dat de twee groepen die nu al een vergunning hebben voor de bouw van een gascentrale – een consortium van een Zwitserse ontwikkelingsmaatschappij en Siemens én Eneco – die centrales ook gaan bouwen.’
‘Het belang van een productieaandeel in een bepaald land wordt de komende jaren bovendien een stuk minder belangrijk’, zegt de Gentse professor energiebeleid Johan Albrecht. ‘We gaan de komende tijd veel gemakkelijker energie kunnen invoeren uit Nederland, maar ook uit Duitsland en GrootBrittannië.’
Op lange termijn wordt de Franse energiehefboom dus een stuk kleiner. Maar op korte termijn bestaat wél het risico dat ons land opnieuw in een zwakke positie met de Fransen aan tafel moet gaan. En dat omdat zonder Energiepact ons land mogelijk halsoverkop moet kiezen voor een verlenging van de kerncentrales.
De activiteit van grote Franse luchtvaartbedrijven in ons land zou wel eens fors kunnen worden afgebouwd als de regeringMichel niet voor de Franse gevechts vliegtuigen kiest
Een slechte zaak, vinden ener giespecialisten in koor. ‘België heeft altijd al door een gebrek aan poli tieke duidelijkheid zwak gestaan tegenover de grote bedrijven’, zucht Ronnie Belmans, ceo van Energy Ville. Wollants is het daar helemaal mee eens. ‘We moeten weg van het kortetermijndenken. We moeten nu beslissingen nemen voor de ko mende twintig jaar, anders moeten we opnieuw onderhandelen met het mes op de keel.’
Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. De NVA blijft pleiten voor een verlenging van twee kerncen trales, terwijl er onder de andere partijen consensus heerst om alle kerncentrales te sluiten in 2025. En laat net de NVA bij monde van minister van Defensie Steven Vande put de Fransen zo snel mogelijk buitenspel willen zetten in de strijd voor de opvolger van onze F16’s. En dat met het formele argument dat de Fransen de officiële procedure niet gevolgd hebben.
Paradoxaal genoeg geeft diezelf de NVA door het blokkeren van het Energiepact diezelfde Fransen ex tra wapens in handen. ‘Ik denk niet dat iemand het dossier van de kern energie nog zal ontwapenen voor 2019’, liet NVAvoorzitter Bart De Wever pas nog verstaan.
‘Hij heeft een analyse gemaakt van de politieke verhoudingen, maar dat wil niet zeggen dat wij niet liever vandaag dan morgen tot een akkoord willen komen, als het goed is.’ zegt Wollants. ‘Trouwens, als in 2019 beslist zou worden om twee kerncentrales langer open te houden, is er nog veel tijd om te on derhandelen met de Fransen.’
Politiekeconomische verstrengeling
Of Frankrijk bovenstaande dos siers politiek aan elkaar koppelt in een poging om België te chanteren, zoals de critici beweren, is moeilijk te achterhalen. ‘Dat weet ik niet. Maar ik weet wel dat de Franse di plomatie een geoliede machine is, met 400 tot 500 jaar ervaring en een talent om dossiers perfect met elkaar te coördineren’, zegt erva ringsdeskundige Karel De Boeck. Bruneel zit op dezelfde lijn. ‘Van echte chantage heb ik geen weet. Maar de Franse politici zijn wél kampioenen in strategisch plan nen. Ze denken minstens twee stap pen vooruit.’
Toeval is dat niet. De verstrengeling tussen economie en de politiek wordt in Frankrijk als heel gewoon beschouwd. Naar het voorbeeld van de befaamde Ecole Nationale d’Ad ministration (ENA), de elitaire kweekvijver van leiders voor het Franse bedrijfsleven én de politiek. Waartoe dat kan leiden, bleek nog tijdens de bankencrisis van 2008.
Zo zou de toenmalige voorzitter van BNP Paribas, Michel Pébereau, mee hebben beslist over het lot van een van zijn rechtstreekse concurrenten: Dexia. Dat suggereert althans een spraakmakende foto die tijdens de bankencrisis in het populaire weekblad Paris Match werd gepubliceerd. Op de foto – die later mysterieus verdween – staat een vermoeide Christine Lagarde, omringd door de hoogste ambtenaren van de Franse ministeries van Binnenlandse en Buitenlandse Zaken, te overleggen met diezelfde Pébereau, die met zijn rug naar de cameralens staat. Samen zijn ze volop aan het vergaderen over een reddingsplan voor de BelgischFranse bankgroep Dexia.
Naïeve kinderen
Net die nachtelijke onderhandeling is volgens Bruneel een typisch voorbeeld van de Franse cultuur van staatsinterventie en strategische langetermijnplanning. ‘In ruil voor een noodkapitaalinjectie van amper 1 miljard euro meer dan België, kreeg Frankrijk door een late tussenkomst van Sarkozy toen een blokkeringsminderheid in Dexia en slaagde hij erin om de Belgische ceo, Axel Miller, te laten ontslaan. Een kleine prijs om de enorme Franse belangen in het dossier te vrijwaren. Want het echte miljardenprobleem zat in Frankrijk, bij de Franse dochter Dexia Crédit Local. Niet in België.’ De Belgische politici lieten zich volgens Bruneel toen vangen als naïeve kinderen. ‘Terwijl Parijs decennia vooruitdacht, waren onze politici als kruideniers vooral bezig met het samenschrapen van wat extra centen voor de volgende begroting.’
Kortom, het zou niet de eerste keer zijn dat de sluwe Fransen ons land economisch een hak proberen te zetten. Maar België afschilderen als een Franse kolonie? ‘Ons land en Frankrijk delen te veel commerciële belangen om elkaar blind de duvel aan te doen’, klinkt het in Fransgezinde ondernemerskringen. Zo heeft België bijvoorbeeld nog altijd een minderheidsbelang van 7,8 procent in de Franse bankreus BNP Paribas en lopen er onderhandelingen over een transnationale kanaalverbinding tussen de Seine en De Schelde en een treinverbinding tussen Bergen en Valenciennes.
Grote politieke affiniteit
Veel meer dan economische belangen speelt volgens sommigen vandaag een grote politieke affiniteit. Premier Charles Michel ziet in de Franse president Emmanuel Macron de drijvende kracht in Europa om de Europese Unie een nieuw elan te geven. Michel voelt zichzelf met generatiegenoten als Mark Rutte (Nederland) en Xavier Bettel (Luxemburg) geroepen om daar samen met de Franse president werk van te maken.
Er is overigens altijd een sterke band geweest tussen de Franstalige partijen in ons land en het Elysée, in het bijzonder met de regeringspartij MR.
‘Non’ zeggen tegen een goede vriend met twee lange sterke armen, is nooit eenvoudig. Maar feit blijft dat de Fransen buiten de officiële procedure met een ‘politieke’ offerte hun Rafale proberen te slijten en het daardoor mistig blijft wat ze precies te bieden hebben. Die aparte – volgens sommigen arrogante – aanpak van de Franse regering maakt het voor Michel mogelijk net makkelijker om de Rafale beleefd te weigeren.
De verstrengeling tussen economie en de politiek wordt in Frankrijk als heel gewoon beschouwd