Nu de Wereldgezondheidsorganisatie gameverslaving als ziekte erkent, is het officieel: de wereld maakt zich zorgen over ons schermgebruik. Alleen wijzelf doen er nog lacherig over. ‘Het is als vroeger met de auto: er moesten eerst ongelukken gebeuren voor
‘Gisteren belde ons een radeloze moeder op’, vertelt Kelly Cathelijn, preventiemede werker bij De Sleutel. ‘Haar zoon is twintig jaar en gameverslaafd. Ze wist dat onze hulpverlening fo cust op mensen met een drugsver slaving, maar ze heeft alle andere gespecialiseerde trajecten al door lopen. Niets helpt. Ze is ten einde raad.’
Zo’n twee procent van onze jon geren is gameverslaafd en een op de tien gamet problematisch veel. Dat is verontrustend. Maar ondanks de groeiende bezorgdheid over nieuwe verslavingen, is er veel scepsis over. Die weerklinkt vooral in het gemak waarmee we onszelf vandaag een verslaving opspelden: workaholic, shopver slaafd, suikerverslaafd … We zijn het allemaal ooit een paar secon den geweest. ‘Ondanks de ernst ervan, dreigt verslaving banaal te worden’, zegt Tom Evenepoel van De Druglijn. ‘Iedereen beweert verslaafd te zijn aan wat dan ook. Hetzelfde zie je gebeuren als ie mand eens een mindere periode heeft, dan klinkt het dat hij een depressie of burnout heeft. Ter wijl een depressie of een burnout nog wel iets anders is dan je een tijdje slecht in je vel voelen.’
Die wegwuifhouding komt om dat verslaving, depressie en burn out wetenschappelijk moeilijk af te bakenen zijn. Er bestaat geen speekseltest voor, het valt niet op een scan te omcirkelen: we moe ten het afleiden uit een lijst met aanhoudende symptomen.
Net daarom is het belangrijk dat de Wereldgezondheidsorgani satie gameverslaving erkent als ziekte, klinkt het zowel bij De Sleutel als bij De Druglijn. En dat zegt ook Marijs Geirnaert van de Vereniging voor Alcohol en ande re Drugsproblemen (VAD): ‘De er kenning betekent dat er meer on derzoek komt naar gameversla ving en dat we nu duidelijker kun nen bepalen wanneer je een ge passioneerde gamer bent, een problematische gamer of een verslaafde gamer. Zo moet je toch een jaar dwangmatig gamen voor je mag spreken van een verslaving. Er moeten duidelijke signalen zijn zoals het verwaarlozen van jezelf, je hobby’s, je werk of studies, en als je het dag en nachtritme ne geert en je geen drie volwaardige maaltijden per dag haalt.’
Een evenmin te negeren sig naal kwam er gisteren in de vorm van een open brief van twee aan deelhouders van het technologie bedrijf Apple. Ze willen dat de ma ker van de iPhone software ont wikkelt die het smartphonege bruik van kinderen aan banden kan leggen. En er is onderzoek nodig naar het effect op de mentale gezondheid, luidt het.
In Frankrijk wachten ze trou wens niet op Apple. Daar zijn smartphones op school al verbo den. ‘Verbieden is niet altijd de oplossing’, zegt Frieda Matthys, psychiater en voorzitter van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie (VVP). ‘Kinderen en jongeren moeten leren dat niet alles van zelfsprekend is. Dat het niet normaal is om zoveel uren te gamen of op sociale media te zitten. Zoiets heet opvoeding.’
Maar dat de volwassenen die voor die opvoeding instaan worstelen met al deze schermen, is duidelijk. De Sleutel doet op scholen al jaren aan preventie rond drugs en ze merken hoe ze almaar vaker aangesproken worden door leerkrachten over games en smartphones. ‘Dezelfde vragen krijgen we van ouders’, zegt Kelly Cathelijn. ‘Welk gamegedrag is normaal? Hoe herken je een beginnende verslaving? Tenslotte hebben ouders er als kind zelf nooit mee gespeeld, dus twijfelen ze waar ze in hun opvoeding de grens moeten trekken.’
De Sleutel start daarom in februari met een proefproject rond schermverslaving in enkele scholen in Eeklo en Gent, zowel voor leerkrachten als leerlingen. Cathelijn: ‘Drugs, games en sociale media hebben met elkaar gemeen dat ze je goed doen voelen: je liket, klikt, spuit. Bij drugs gaat het via een middel dat je inneemt, bij games en sociale media via de foto’s en berichten die je ziet. Ze activeren dezelfde beloningscentra in je hersenen, je krijgt dezelfde shot dopamine en je komt in een gelijkaardige roes terecht. In die zin zijn sociale media, games en smartphones erop gebouwd om ons verslaafd te maken. Want je wil steeds meer.’
Niet dat het geruststelt, maar verslavingen zijn van alle tijden, enkel de middelen waaraan we verslaafd zijn veranderen. Opium, cocabladeren, alcohol: het zijn geen uitvindingen van de 21ste eeuw.
Nochtans leeft de indruk dat we er almaar gevoeliger voor worden. ‘Hoe groter het aanbod en de