Begroting in evenwicht nabij
De Belgische overheidsfinanciën gaan er plots spectaculair op vooruit. In het derde kwartaal van 2017 bedroeg het tekort nog maar 0,2 procent.
Het begrotingsevenwicht komt sneller in zicht dan verwacht. In het derde kwartaal van 2017 gaven de Belgische overheden maar iets meer uit dan ze ontvingen, wat het begrotingstekort op 0,2 procent van het bbp bracht. Als de trend doorzet, lijkt de doelstelling om deze regeerperiode nog een jaar in evenwicht af te sluiten, niet langer onhaalbaar.
De onverwachte verbetering van het tekort heeft vooral met dalende uitgaven te maken. Die liepen sneller terug dan de ontvangsten stegen. Onder meer de rentelasten lagen duidelijk lager, maar ook overige uitgaven liepen terug. De cijfers moeten wel voorzichtig geïnterpreteerd worden. Het gaat om kwartaalgegevens, die sterker beïnvloed worden door onvoorspelbare factoren dan de jaarcijfers. Toch gaat de trend onmiskenbaar in de goede richting. Ook in de eerste twee kwartalen lag het tekort telkens lager dan 1 procent.
De positieve ontwikkeling is deels toe te schrijven aan de sterke economische conjunctuur. Gisteren bleek nog dat het aantal vacatures op een recordniveau ligt. Bedrijven werven volop aan en het aantal werklozen loopt terug. Dat betekent dat de overheid minder hoeft uit te geven aan uitkeringen en meer ontvangt in de vorm van belastingen en sociale bijdragen. Ook de maatregelen van de regering hebben geholpen om de overheidsfinanciën te saneren, zegt Peter Vanden Houte, de hoofdeconoom van ING België. ‘Er is structureel een betere situatie gecreëerd.’
Toch houdt hij een lichte slag om de arm. Het is niet onmogelijk dat de ontvangsten meevallers bevatten door bijvoorbeeld vervroegde voorafbetalingen. ‘Maar zelfs dan kun je niet ontkennen dat de trend in de positieve richting beweegt. Dat contrasteert met de alarmbellen van een paar maanden geleden, toen het leek alsof de regering niet genoeg deed om de overheidsfinanciën te saneren.’ Ook de Gentse hoogleraar Gert Peersman is enthousiast. ‘Dit is zeker goed nieuws, en beter dan verwacht.’
Een kanttekening is wel dat de Europese Commissie vooral kijkt naar het structurele begrotingstekort, waarbij conjuncturele en eenmalige invloeden uitgezuiverd worden. Het begrotingscijfer wordt nu positief beïnvloed door de conjunctuur.
Het kabinet van minister van Begroting Sophie Wilmès (MR) denkt dat het tekort voor 2017 wat beter zal uitvallen dan de officieel verwachte 1,2 procent. Maar voor zekerheid daarover is het wachten op de finale cijfers voor het afgelopen jaar.
Positieve trend heeft vooral met dalende uitgaven te maken: bedrijven werven aan en aantal werklozen loopt terug
De cijfers over de overheidsfinanciën in het derde kwartaal, die de Nationale Bank gisteren verspreidde, klonken de regeringsleden als muziek in de oren. ‘Een tekort gedeeld door drie: realisatie van ons werk’, tweette begrotingsminister Sophie Wilmès (MR). ‘We werken en hervormen verder’, verzekerde minister van Financiën Johan Van Overtveldt (NVA) op hetzelfde medium. Zijn boodschap ging vergezeld van een emoji in de vorm van een opgestoken duim.
Nog geen halfjaar nadat NVAvoorzitter Bart De Wever liet weten niet langer vast te houden aan een begrotingsevenwicht in 2019, blijkt dat deze regeringsdoelstelling wellicht toch binnen bereik komt. De cijfers bewegen onmiskenbaar in de juiste richting. Het begrotingstekort, dat in 2016 nog 2,5 procent bedroeg, zou nu lager dan 1,2 procent kunnen uitkomen. Het cijfer voor het derde kwartaal bedroeg maar 0,2 procent, bleek uit cijfers die de Nationale Bank gisteren bekendmaakte. Voor het tweede kwartaal was het 0,8 procent, voor het eerste 0,6 procent.
De plotse verbetering heeft alles te maken met de conjunctuur. De groei is beter dan verwacht, de arbeidsmarkt verbetert snel en de bedrijven maken veel winst. Dat alles maakt dat de overheid meer ontvangsten heeft dan verwacht, en minder inkomsten. Toch moeten we de cijfers van de Nationale Bank voorzichtig interpreteren, zegt Peter Vanden Houte, de hoofdeconoom van ING België. ‘Het is gevaarlijk om je blind te staren op een kortermijncijfer. Van kwartaal tot kwartaal kunnen de tekorten relatief sterk schommelen. Maar de trend is onmiskenbaar positief.’
Wel is het moeilijk om het cyclische effect te onderscheiden van de structurele verbetering, zegt Vanden Houte. De Europese Commissie heeft dat onderscheid ingevoerd omdat het in een recessie ongewenst is om hard te bezuinigen. Nu speelt dat effect in omgekeerde richting: door de goede conjunctuur wordt het structurele tekort hoger dan het nietstructurele.
Ook de Gentse hoogleraar Gert Peersman stipt aan dat het onderscheid tussen structurele en conjuncturele verbeteringen nog gemaakt moet worden. ‘Maar dit is een mooi cijfer. Het is zeker goed nieuws, en beter dan verwacht.’
Hij brengt wel in herinnering dat volgend jaar nog een deel van de taxshift gefinancierd moet worden. Ook de Europese Commissie en de Nationale Bank houden er rekening mee dat 2018 mee om die reden een lastig begrotingsjaar zal worden. Ze denken dat het tekort dit en volgend jaar hoger zal zijn dan in 2017. De overheidsontvangsten zullen immers beïnvloed worden door de verlagingen van de personenbelasting en de lagere socialezekerheidsbijdragen. Het is afwachten in hoeverre die negatieve effecten gecompenseerd kunnen worden door de positieve gevolgen van de hoogconjunctuur. ‘Of een overschot haalbaar is, valt moeilijk te voorspellen’, zegt Vanden Houte. ‘Maar het gaat in de goede richting.’
Hij benadrukt wel dat het nemen van structurele maatregelen minstens zo belangrijk is als het bereiken van een begrotingsevenwicht. ‘Vooral de pensioenhervorming is veel belangrijker dan de pure cijfers. Dat is immers een hervorming die een langetermijneffect heeft op de overheidsfinanciën. Beslissingen over bijvoorbeeld de zware beroepen zijn belangrijk voor de structurele gezondmaking en de houdbaarheid op lange termijn van de overheidsfinanciën’.
De plotse verbetering van de overheidsfinanciën heeft alles te maken met de conjunctuur