Zwangerschap is een gecontroleerde ontsteking
‘N ormale’ dieren leggen eieren, waaruit dan een meer of minder volgroeid jong komt gekropen. Zoogdieren, en in mindere mate de buideldieren, zijn daar een uitzondering op. Een succesvolle uitzondering, dat wel. Maar een klompje ‘vreemde’ cellen, die anders zijn dan onze eigen cellen, dat hoort toch meteen aangevallen en vernietigd te worden door ons immuunsysteem? Waarom gebeurt dat met onze kindjes niet?
Zo’n ontstekingsreactie zie je inderdaad wel bij buideldieren, vertelde evolutiebioloog Arun Chavan (Universiteit Yale) op een congres over vergelijkende biologie in San Francisco, waar zijn verhaal werd op gepikt door de nieuwsredactie van Nature.
Buideldieren produceren een ei, met een schaal, waaruit nog in hun lichaam een jong komt dat zich even vastklampt aan de baarmoederwand, maar al snel nadien uitgestoten wordt. Het nog heel primitieve jong kruipt dan aan de buitenkant van het moederlichaam, in de buidel, naar een tepel. Die tepel doet het werk van onze placenta. Het jong maakt buiten het moederlichaam de maandenlange ontwikkeling door die bij zoogdieren in de baarmoeder gebeurt.
Chavan bestudeerde bij de opossum (Monodelphis domestica, een buideldier) wat er precies gebeurt wanneer het jong uit het ei komt. Meteen schieten bij de moeder een reeks genen in gang die betrokken zijn bij ontsteking, meldde hij in juli in Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS). De plek waar het jong contact maakte met de baarmoeder, raakte ontstoken. Niet onlogisch dat het jong snel uitgestoten werd, anders werd het door zijn eigen moeder gedood. Omgebogen ontsteking Waarom doden zoogdieren hun eigen embryo’s dan niet? Ze hebben geleerd om de onvermijdelijke ontstekingsreactie om te buigen en in hun eigen voordeel aan te wenden, ontdekte Chavan bij zijn verdere onderzoek. ‘De inplanting van het embryo in de baarmoederwand is eigenlijk een gecontroleerde ontstekingsreactie.’ Dat werd al langer vermoed. Bij zoogdieren vonden andere onderzoekers op het moment van de innesteling tekenen van een immuunrespons. Vrouwen die in de periode van de bevruchting ontstekingsremmers nemen, hebben een grotere kans op een miskraam, precies omdat de innesteling van het embryo in de baarmoederwand niet goed is gelukt. Chavan onderzocht de innesteling van het embryo bij drie zoogdieren: het konijn (dat veel jongen tegelijk krijgt en dus ook veel innestelingen moet verwerken), het negenbandgordeldier (dat meestal eeneiige tweelingen of vierlingen krijgt) en de kleine egeltenrek. Die laatste komt enkel op Madagaskar voor en heeft een cloaca. Dat kenmerk deelt hij met vogels, reptielen en amfibieën – allemaal dieren die eieren leggen.
Bij alle drie stelde Chavan een ontsteking vast. Maar er was één groot verschil met de opossum: die produceerde veel interleukine17, een ontstekingsstof, terwijl dat in de baarmoeder van de zoogdieren helemaal niet gebeurde. Cellen in de wand van de baarmoeder bleken de productie van interleukine17 te onderdrukken. Interleukine17 roept normaal witte bloedcellen op om een indringer te komen opeten of hem met chemische munitie te bestoken. ‘Die strijdcellen kun je maar beter stilleggen voor ze het embryo kapotmaken’, zegt Chavan. Minder miskramen
De ontstekingsreactie wordt op die manier bijgestuurd, maar niet helemaal uitgezet. Het blijft de bedoeling dat de baarmoederwand plaatselijk kapotgemaakt wordt, zodat cellen van het embryo er zich tussenin kunnen nestelen en de verbinding leggen voor de latere placenta. De ontsteking die daardoor wordt uitgelokt, stimuleert bijvoorbeeld de groei van nieuwe bloedvaten. Die zijn noodzakelijk om het groeiende embryo te voorzien van steeds meer zuurstof en voedsel, en om zijn afvalstoffen af te voeren.
Blijkbaar hebben de zoogdieren in de evolutie geleerd om te doen wat hun nauwste verwanten, de buideldieren, niet is gelukt: de aanval op een jong in hun lichaam in goede banen te leiden.
Er is nog veel onduidelijk over die bijgestuurde zwangerschapsontsteking. Er zijn aanwijzingen dat later in de zwangerschap weer andere onderdelen van het ontstekingssysteem stilgelegd worden, maar er is nog geen duidelijk beeld van hoe en wat. Chavan en de zijnen hopen dat hun onderzoek op termijn bijdraagt om het aantal miskramen te verlagen en om invitrobevruchtingen succesvoller te maken.
Zoogdieren zoals de mens laten een embryo zich een tijd lang ontwikkelen binnen in het eigen lichaam. Daarvoor maken we creatief gebruik van een ontstekingsreactie. Vrouwen die in de periode van de bevruchting ontstekingsremmers nemen, hebben een grotere kans op een miskraam