De Standaard

Niets in de mouwen

- Ruins PETER VANTYGHEM I can feel you creep Rich in symbols (vpb) (pdb) (tzh) Just for us Taurus Quartet Between two shores (ndl) Symphonieo­rchester des BR o.l.v. Bernard Haitink

COUNTRY FIRST AID KIT

‘I don’t know what it is that makes me run’, zingen Johanna en Klara Söderberg, de stemmen van de Zweedse band First Aid Kit, in ‘ Rebel hear t’: een van de beste songs van hun derde album. Z o helder en direc t appelleert hun melancholi­sche samenzang dat we al sinds 20 14, het jaar van hun doorbraak, geneigd waren hen ‘ de Abba van de folk’ te noemen.

Producer Tucker Martine heeft de sound nu met goed volk van REM, Wilco en M idlake omgebogen naar ‘alt countr y’: een ritmesec tie, orgel en retrogitar­en, eens wat blazers of stri jkers. Alles moet duidelijk organisch klinken, met niets in de mouwen.

Die aanpak versterkt de classic touch van deze overwegend trage songs, die vooral handelen over Klara’s recente relatiepro­blemen. Dit album is een mooie songc yclus zonder inzinking , maar ook zonder echte opwinding . In een song als ‘M y wild sweet love’ verwacht je van zo ’n jong duo nu ne t minder maturiteit en wat meer ongecontro­leerde emotie. WORLD TUNEYARDS

In 2009 was T uneyards een bom. Het brute eclec tisme van Merrill Garbus sloeg een brug van de W esterse grootstad naar het Afrikaanse platteland, en van de elektronis­che toekomst naar een tribaal verleden. Bi jna tien jaar later is de aanpak bek end, en zijn spankracht af hankelijk van ver fijning, vondsten en he t thema. Wat dat laatste be treft, slaat de zangeres vanuit he t intieme leven een brug naar maatschapp­eli jke vragen rond ras, privac y en depressie. M uzikaal is dit vierde album een ophitsende cocktail van soepele basli jnen, knetterend­e percussie, klassieke stijlkenme­rken en Garbus’ zang , die zweef t tussen manische gospel en soulvolle chant. De stilistisc­he mix is een verbluffen­d vuurwerk van elec tro, disco, blues en Pygmeeëntr­adities, maar erg druk. Op den duur roomt dat het effect af: Garbus’ radicale k euzes zijn ook minimalist­isch en lijken te vaak een collage van ideeën, die nie t de tijd kregen tot een boek et uit te bloeien. Niettemin: érg uitdagend. JAZZ CHET DOXAS

Een kruising tussen indierock en jazz, zou zoie ts bestaan? Chet Doxas serveert hier toch ie ts wat er voor kan doorgaan. De Canadese saxofonist verkaste van M ontréal naar New York, vertoefde er uren in he t Moma en het Whitney Museum, en lie t zich inspireren door Basquiat, Mapplethor­pe en Haring. Het resultaat is deze gulp muziek vol elektrisch­e gitaren en synthesize­rs. Opener ‘ While you were sleeping ’ is overdonder­end en doe t u naar adem happen. ‘ Starcrossi­ngs’ heeft spacy synths met een discokant en een slot dat zelfs aan Philip Glass doe t denken. ‘ I haven’t seen color’ mondt uit in een vurige saxsolo. ‘ Orchard’ heeft een pakkende pianosolo van J ohn Escreet en in ‘ H ot ones’ speelt trompe ttist (en mentor) Dave Douglas mee. H et sterke slotnummer ‘ We made a lie toge ther’ baadt in een donk ere, melancholi­sche sfeer. Wie fan is van de elektrisch­e jazz van Donny McCaslin (bekend van Bowie’s Blackstar) zal aan deze Doxas veel plezier bele ven. POP FRANCIS & THE LIGHTS

‘ If there was no god and nothing to do, I could be faithful to you ’, zingt Francis Farewell Starlite op zi jn vierde album. H et is niet de enige kle verige gedachte waarmee hi j zijn worsteling met de liefde uitstor t. Maar de Amerikaans­e pianist en producer , die vorig jaar een hitje scoorde met Justin Vernon van Bon I ver en ook Kanye, Drake en C hance the Rapper in zi jn adresboekj­e mocht bijschrijv­en, komt ermee weg . Soms doet een zwiepende synth aan P rince denken, of hoor je een snik P eter Gabriel. Maar Starlite houdt vooral zijn voet goed op he t rempedaal, zijn droefgeest­ige electrosou­l klooft hij af tot hi j enkel de fijnste stukjes vlees overhoudt. I n ‘Faithful’ is dat een blote piano die hi j geleend heef t van een singersong­writer uit de se venties, ‘ Scream so loud ’ heeft genoeg aan wat dwarse elektronis­che perc ussie en een lik Autotune. Luid schreeuwen doe t deze alternatie­ve r&b ne t niet, en dat maakt ze zo (h)eerlijk. KLASSIEK JANÁCEK & SCHUBERT: STRIJKKWAR­TETTEN

De titel, Horizon funèbre, hoefde niet eens. De zwar te kraaien en gif blauwe onweersluc­ht boven Van Goghs korenveld zeggen genoeg. Het zijn dan ook nie t de vroli jkste strijkkwar­tetten die op deze plaat aan elkaar gespiegeld worden. In zijn laatste kwartet tast Schuber t alle registers tussen rouw en rauw af . Alleen al he t originele, lugubere openingsak­koord – majeur dat verschrikt tot mineur – maakt de sprong naar he t honderd jaar later geschre ven tweede kwartet van Janácek heel plausibel. Ook daar wrangheid en ontstelten­is onder he t oppervlak. Door beide klassieker­s samen aan te pakk en, mikt he t jonge, Belgische Taurus Quartet hoog. In Schubert primeert alert en intens samenspel, maar sleuren duisternis en spanningso­pbouw ook lichte toe tsen en ironie mee in hun val. In Janácek zweten de spelers dan weer elk e noot uit me t de juiste mix van broeierigh­eid, m ysterie en har tstocht. Sterk eerste deel van wat een intrigeren­d duoalbum beloof t te worden. SONGWRITER GLEN HANSARD

Na passages als straatmuzi­kant, frontman van rockband T he Frames en Oscarwinna­ar voor de muziek bi j Once, verdiept Glen Hansard zich op zi jn derde soloplaat in blues en Americana. Daarbij mikt de I er voluit op Springstee­n, maar landt hi j met grommelend­e stem en aanzwellen­de blazers bij Joe Cocker.

Hansard omschrijft zijn rusteloze ziel in contrast met de vrouw die hem aan he t haardvuur wil kluisteren: haar ‘ smile wide as a country mile ’ is nie t voldoende om ‘ the wild yearning inside me ’ te stillen. Daar mogen nog zoveel rammelende gitaarsolo’s en lang uitgesponn­en k opersectie­s over gekieperd worden: van zo ’n platitudes komen niemands haren overeind. ‘ Wheels on fire’ probeert er nog tempo in te jagen, maar be wijst met zijn ‘ we will overcome’ refrein dat protestmuz­iek stilaan terug in winterslaa­p mag. ‘ You’re talking, talking, but you ’re not really saying anything ’, sneert Hansard daar. Helaas: hetzelfde geldt voor hem. KLASSIEK BRUCKNER: SYMFONIE NR. 6

Verwonderi­ng is de motor van he t recenseren. Enkele maanden geleden plaatsten we kanttekeni­ngen bij een Brucknersy­mfonie door he t orkest van de Beierse radio. I n Brussel zwaaide Mariss Jansons grootse lijnen en heroïsche apotheosen uit, maar vergat ook pauzes, transities en overgangen mee te in zi jn verhaal te be trekken.

Wat Jansons met deze ploeg nie t lukte, daarin slaagt Bernard Haitink voortreffe­lijk. Zijn lezing van Bruckners meest atypische, want roekeloze symfonie straalt van spanning en e xtase. Luister hoe hi j het repetitiev­e ritme van de eerste be weging aanblaast en oppookt tot een alternatie ve Boléro. Hoe hij die hartverwar­mende strijkers van he t langzame deel breed laat stromen maar toch alle ritmische finesses in het vizier houdt. H oe hij de beats van dat aar tsgevaarli­jke scherzo laat opbrek en tegen jachttafer­elen. Haitinks rijk geschakeer­de finale hebben we zomaar drie keer na elkaar opnieuw beluisterd. Een aanwinst voor de Brucknerma­rkt.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium