De computer beslist op welke school uw kind komt

Inschrijven voor de school via de computer: het is misschien wel democratisch, maar ‘bitter’ voor wie niet zijn favoriete school toegewezen krijgt.

BRUSSEL I In Gent en Antwerpen bepaalt een algoritme voortaan op welke secundaire school je als twaalfjarige terechtkomt. Het systeem wordt vanaf dit jaar van kracht, als reactie op het weerkerende, maar vooral gênante fenomeen van kamperende ouders. Opvallend: wie dicht bij zijn school van voorkeur leeft, maakt niet automatisch meer kans om toegelaten te worden dan iemand die verder woont. Kunnen wel een lichte vorm van voorkeur genieten: leerlingen met een Gokprofiel – Gok staat voor gelijke onderwijskansen– of met zusjes of broertjes in de beoogde instelling.

Beide grootsteden anticiperen daarmee op een golf van nieuwe leerlingen in het secundair onderwijs in de komende jaren, dezelfde golf die het voorbije decennium capaciteitsproblemen veroorzaakte in het basisonderwijs. Maar of die manier van werken niet tot frustratie zal leiden?

In Leuven bestaat het systeem al langer. De stad werkte tot vijf jaar geleden met een belsysteem, waarbij ouders soms vrienden en familie inschakelden om tijdig op de centrale binnen te raken. Daarna kwam het digitale verhaal, en dat maakte het voor iedereen mogelijk om rustig de voorkeuren op te geven. Het blinde lot beslist vervolgens wie zich waar mag inschrijven.

Ter volledigheid: voorlopig maakt alleen het vrije net (in casu de katholieke scholen) gebruik van het systeem. Schepen van Onderwijs Mohamed Ridouani (SP.A) ijvert ervoor om ook het provinciaal en het gemeenschaps onderwijs te betrekken, al ligt dat niet in zijn handen.

De cijfers lijken aan te geven dat de verdeling voor een groot deel van de leerlingen goed werkt. ‘Bijna negentig procent komt op de school van zijn eerste of tweede keuze terecht’, weet Ridouani.

Maar wat met de resterende tien procent? ‘Dat gaat makkelijk om honderd scholieren uit de regio’, zegt de schepen. ‘En die vinden het natuurlijk bitter.’ Zeker als blijkt dat een ‘ander’ met de plek ging lopen, zoals vorig jaar gebeurde. ‘Iemand uit Leuven kon niet in zijn favoriete school in de binnenstad, terwijl het wel lukte voor een jongere uit Vilvoorde. Dat krijg ik moeilijk uitgelegd aan de ouders’, zegt Ridouani, die erop wijst dat twee op de drie leerlingen in Leuven van buiten Leuven afkomstig zijn.

Kansarme gezinnen

Jan Leenaerts, directeur van de Sancta Mariabasisschool, toont zich principieel voorstander van het elektronische aanmeldingssysteem. ‘Ik vind het een meerwaarde. Omdat het kansen biedt aan kinderen uit kansarme gezinnen. En ja, soms laten ouders ons weten dat wij niet hun eerste keuze waren, maar dat komt altijd goed. Uiteindelijk wil elke school het beste voor de leerlingen.’

‘Iemand uit Leuven kon niet in zijn favoriete school in de binnenstad, terwijl het wel lukte voor een jongere uit Vilvoorde. Dat krijg ik moeilijk uitgelegd’ MOHAMED RIDOUANI (SP.A) Schepen van Onderwijs