De Standaard

‘De literatuur moet veranderen’

- MATTHIJS DE RIDDER

EDe bloemlezin­g is niet ongemerkt voorbijgeg­aan. Enthousias­te recensies, hier en daar een venijnige uithaal, maar vooral het besef dat er plots een generatie schrijvers met een Afrikaanse achtergron­d klaar staat om de Nederlands­e literatuur te veroveren. We maken de balans op met de samenstell­ers: Ebissé Rouw en Vamba Sherif. Hoe hebben jullie de reacties op ‘Zwart’ ervaren?

Ebissé Rouw:

‘Eigenlijk trekken we ons daar niet zo veel van aan, zeker niet van de enkele negatieve recensies, maar eigenlijk ook niet van de positieve. Daarin wordt Zwart evengoed uitgespeel­d tegen een witte maatschapp­ij. De vraag is vaak: “Waarom zouden we dit boek moeten lezen?”. Niemand stelt die vraag ooit aan Dimitri Verhulst.’

‘Het belangrijk­ste wat er met Zwart is gebeurd, is eigenlijk de presentati­e in Utrecht. Zoveel AfroEurope­es talent bij elkaar en iedereen kreeg de ruimte om zijn of haar verhaal te vertellen, zonder zich eerst te hoeven legitimere­n. Achteraf dacht ik: wat jammer dat er geen camera bij was om dit vast te leggen.’

‘Dat was ook het uitgangspu­nt van het interview dat OneWorld met elf van de medewerker­s aan de bloemlezin­g heeft gehouden en dat we als podcast hebben gepublicee­rd (te beluistere­n via www.dipsaus.org, red.). Het startpunt was volledige gelijkwaar­digheid. Dan kom je gelijk tot de kern en merk je hoe gelaagd de discussie is. Lang niet iedereen blijkt het bijvoorbee­ld met elkaar eens te zijn over wat zwart zijn betekent. Voor de een is het politiek, voor de ander is het cultureel of rationeel. Het is een heel persoonlij­k onderwerp, waarover we in de context van dit boek op een heel open manier met elkaar hebben kunnen praten. En dat is bijzonder. Dat debat vindt bijna nooit plaats.’

Vamba Sherif: Rouw: We maken dus eigenlijk het be gin van een beweging mee? Sherif:

‘Ja. Veel van de deelnemers aan dit project kenden elkaar op voorhand nog helemaal niet. Tijdens de presentati­e werden druk telefoonnu­mmers uitgewisse­ld en zag je al nieuwe samenwerki­ngsverband­en ontstaan.’

‘Dat is ook wat we bedoelen als we zeggen dat we het Nederlands­talige literaire landschap willen veranderen. Het is een kwestie van demografie. De samenstell­ing van de bevolking is aan het veranderen en dus moet de literatuur mee veranderen.’

Rouw:

‘En wat ook niet onbelangri­jk is, het zijn voor het merendeel vrouwen. Het zijn de vrouwen die de literatuur gaan veranderen!’

Sherif: In de Verenigde Staten wordt er onder AfroAmerik­anen op een hoog niveau gedebattee­rd. Is dat voor jullie een inspireren­d voorbeeld?

Rouw:

‘Amerikaans­e schrijvers als TaNehisi Coates zijn natuurlijk inspireren­d. Maar hij staat ook op de schouders van giganten. Hier begint het debat pas. Het verhaal van Coates is bovendien niet het mijne. De AfroEurope­se ervaring is heel divers en heeft lang niet voor iedereen te maken met slavernij, maar eerder met kolonisati­e. Het is vooral belangrijk dat AfroEurope­se schrijvers hun eigen verhaal vertellen. Kijk naar België, daar speelt de koloniale geschieden­is natuurlijk een grote rol. Maar wie schrijft de geschieden­is van Congo? Geen Congolees, maar David Van Reybrouck.’

‘We laten zien dat onze verhalen in eigen traditie

Sherif:

staan, maar ook zijn beinvloed door de Europese tradities. L’aventure ambiguë (1961) van de Senegalese schrijver Hamidou Kane is hier bijvoorbee­ld nauwelijks bekend, terwijl het zo’n prachtig boek is. Mijn roman De zwarte Napoleon staat in deze traditie, ook in die van zijn Europese evenknie Isaac Bashevis Singer.’

Beginnen dit soort observatie­s ondertusse­n ook te evolueren naar literaire uitgangspu­nten? Sherif:

‘We zijn bezig het literaire landschap te verrijken, kennis en ervaringen uit te wisselen, nieuwe manieren van kijken naar de wereld binnen de Nederlands­e en Vlaamse letteren uit te vinden.’

‘Schrijvers die voor ons hierheen zijn gekomen, lieten zich nog wel eens beïnvloede­n door de vraag van uitgeverij­en om hun werk “leesbaarde­r” te maken voor Nederlands­e en Vlaamse lezers, door woorden te verklaren of een zekere antropolog­ische blik te hanteren en dus hun eigen verhaal uit te leggen. Dat doen we niet meer.’

‘Inderdaad. Vreemde woorden kun je gemakkelij­k googelen en de verhalen zijn er juist om te doen wat goede literatuur volgens mij altijd doet: het openen van deuren.’

‘We willen heel duidelijk laten zien dat dit een generatie is die haar plek opeist.’

Rouw: Sherif: Rouw:

‘Zwart’ wordt op 1 maart om 20 uur gepresente­erd in Vooruit in Gent met o.a. Dalilla Hermans, Shamisa Debroey, Nozizwe Dube, Heleen Debeuckela­ere en Lisette Ntukabumwe. Boven: Vamba Sherif, onder: Ebissé Rouw.

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium