Flappie werd maar langzaam tam
Niemand weet wanneer het konijn voor het eerst tam werd gemaakt. De vasten had er alleszins niets mee te maken.
Het was nochtans een goed verhaal. Volgens de legende waren Franse monniken de eersten die konijnen kweekten. Ze zouden daarmee begonnen zijn in het jaar onzes heren 600, nadat paus Gregorius een edict zou hebben afgegeven waarin stond dat het tijdens de vastentijd geoorloofd was konijn te eten, of in elk geval konijnenfoetussen. De redenering daarachter zou zijn geweest dat foetussen in vruchtwater zwemmen en dus als ‘vis’ gekwalificeerd konden worden. De monniken zouden het gat in de markt hebben gezien en meteen volop konijnen zijn gaan kweken om enigszins convenabel de jaarlijkse, verplicht vleesloze, vasten door te komen.
Alleen klopt het verhaal niet. ‘Het komt niet eens in de buurt van de waarheid’, melden Greger Larson en zijn collega’s van de Oxford University in Trends in Ecology and Evolution. In het vakblad presenteren zij een stamboom van tamme en wilde konijnen, opgesteld op basis van de verschillen en gelijkenissen in hun DNA. Uit de resultaten blijkt dat wilde en tamme konijnen helemaal geen gemeenschappelijke voorouder delen die rond het jaar 600 zou hebben geleefd. En dat zou het geval moeten zijn als rond die tijd de domesticatie begonnen was. Archeologisch onderzoek wijst daarenboven uit dat pas rond de 18de eeuw veranderingen in de skeletstructuur van voor de pot bestemde konijnen zijn opgetreden, die erop wijzen dat de dieren toen niet langer uit het wild afkomstig waren.
Eurekamoment
Het verhaal over de Franse vastenkonijnen zakte als een kaartenhuisje in elkaar.
‘Ik had het nochtans al in wetenschappelijke studies aangehaald, collega’s van mij hadden het geciteerd en het staat overal op internet’, zegt Larson. ‘Er is overigens ook nooit een pauselijk edict over de kwestie geweest. Best gek dat niemand hier ooit echt kritisch naar gekeken heeft.’
Larson denkt dat het te maken heeft met de manier waarop we verhalen vertellen. ‘We hebben moeite met langzame processen die zich over lange perioden afspelen, ook al is dat de manier waarop de meeste evolutieve veranderingen zich voltrekken. Een verhaal blijft veel beter plakken als je er een eurekamoment instopt.’
Hoe ging het dan wel met het ‘temmen’ van het konijn? Volgens historische geschriften waren de Romeinen de eersten die konijnen in hokken hielden om ze vet te mesten, maar echt kweken met de beesten deden ze niet. Archeologische vondsten suggereren dat op het Iberische schiereiland en in het zuidwesten van Frankrijk al tijdens de oude steentijd op konijnen werd gejaagd. In de Middeleeuwen werden konijnen beschouwd als voedsel en over heel Europa verhandeld.
Werk van lange adem
Wanneer we de beesten echt om hun vlees zijn gaan houden en kweken, is nog steeds niet duidelijk. Larson denkt dat waarschijnlijk het cumulatieve effect heeft gespeeld van jagen op konijnen in de steentijd, ze in Romeinse en middeleeuwse hokken houden, ze verhandelen en ze uiteindelijk als huisdieren fokken. ‘Niemand zal op een gegeven moment hebben gezegd: ik ga eens even twee wilde konijnen pakken, ze gevangenzetten in een kooi en jongen doen krijgen, en voilà: het beest is getemd’, zegt Larson. ‘Het zal een werk van lange adem zijn geweest, dat gepaard ging met toevalligheden en veel vallen en opstaan.’
‘Niemand zal op een gegeven moment hebben gezegd: ik ga eens even twee wilde konijnen pakken, ze in een kooi zetten en jongen doen krijgen’ GREGER LARSON Oxford University