Geen finale, toch brons
Staak het speuren. ’s Werelds meest chaotische sport is het shorttrack. Waar anders kan een team dat niet eens de finale reed alsnog brons pakken en kan een deelneemster in zes olympische races telkens ofwel crashen ofwel uitgesloten worden?
De grootste pechvogel van ZuidKorea en ver daarbuiten moet Elise Christie zijn. Haar olympische droom eindigde gisteren in tranen, pijn en teleurstelling. Ondanks de duidelijke hinder van een gehavende enkel was de 27jarige Schotse schaatsster als tweede geëindigd in haar reeks van de 1000 meter. De jury had evenwel twee gevaarlijke manoeuvres geconstateerd, waardoor ze uitgesloten werd. Christie had die enkelschade eerder op de dag opgelopen, toen ze al in de eerste bocht onderuit werd gekegeld door een Hongaarse rivale. Het reglement bepaalt dat zo’n vroege crash tot een herstart moet leiden. Daarin finishte ze mooi tweede. Tot de jury dus toesloeg. Al voor de zesde opeenvolgende keer strandde haar olympische race in een valpartij of een diskwalificatie.
Zo ongelukkig Christie oogde, zo blij was het Nederlandse kwartet. De Hollandse meisjes kreeg via de gekst denkbare achterpoort alsnog een bronzen medaille toegeschoven. Jorien ter Mors en co. draaiden hun rondjes in de Bfinale, hopend op een vijfde plaats. Ze wonnen die wedstrijd ook, met een wereldrecord erbovenop. Tot het bericht kwam dat in de Afinale twee van de vier teams gediskwalificeerd werden. En zo sprong Oranje van vijf naar drie. Only in het shorttrack.