Opa geeft kleinkinderen een heus bos cadeau
Tweeduizend bomen op tienduizend vierkante meter. Zo groot is het bos dat Josse Van Zeebroeck (63) aanplantte. Waarom? ‘Het is een cadeau, voor mijn zes kleinkinderen. Hier groeit letterlijk iets moois. En ik beleef er zelf ook plezier aan.’
Het was een wei langs de spoorweg in Halle. Een stuk grond dat al jarenlang achter de tuin van boerenzoon Josse Van Zeebroeck ligt, maar waarmee hij nooit iets gedaan heeft. Waarom zou hij dat ook gedaan hebben? Van Zeebroeck werkte zeven dagen op zeven in zijn vishandel, en dat veertig jaar lang. Een lap grond van 10.000 vierkante meter onderhouden, dat kon er al die tijd niet echt niet meer bij.
‘Tot drie jaar geleden. Toen vond ik dat ik genoeg gewerkt had. En ik ben zo iemand: als ik stop zeg, dan stop ik ook. Ik verkocht de handel en plots had ik tijd voor andere dingen’, zegt Van Zeebroeck.
Boerenzoon
‘Ik ben een boerenzoon, ik had net zo goed dieren kunnen zetten op die weide. Maar op een dag dacht ik: waarom maak ik er geen bos van? Ik ben een natuurliefhebber, ik kan enorm genieten van de manier waarop de seizoenen veranderen’, zegt Van Zeebroeck.
‘Dat aanvoelen is iets dat ik wil doorgeven aan mijn kleinkinderen. Het leek me bovendien ook het mooiste cadeau dat ik hen kon geven: een echt bos. Een leuke speelplek, zuivere lucht, en over enkele jaren hebben ze er nog houtopbrengst van ook.’
Het idee kreeg vorm. Van Zeebroeck maakte plannen en begon eraan. Niet dat hij meteen massaal bomen begon te planten, wel volgde hij cursussen om het op de juiste manier aan te pakken.
Konijnen verjagen
‘Ook sloot ik me aan bij de Bosgroep, een adviespunt voor mensen die een bos beheren. Zij hebben me in het hele proces begeleid. Financieel kon ik rekenen op subsidies, zodat het ook voor mijn portemonnee haalbaar was.’
In 2016 plantte Van Zeebroeck de eerste vierhonderd bomen, in 2017 volgden er nog eens 1.600.
‘Ik amuseer me te pletter. Ik volg van kortbij de groei op en wandel elke dag door mijn pas aangeplante bos’, vertelt Van Zeebroeck.
‘Er zitten konijnen, ik moet in het oog houden dat ze niet te veel knabbelen aan de jonge planten. En ik maai af en toe het gras tussen de bomen, om die meer groeikansen te geven. Zo heb ik nog wat om handen. En de kleinkinderen, die steken soms een handje toe.’
Verstoppertje
Met zijn zessen zijn ze, die kleinkinderen. Tussen één en elf jaar oud. Er is dus nog wel wat tijd om het bos te laten groeien, vooral voor de kleinste. Nu al dromen ze er samen hardop van om kampen te bouwen en verstoppertje te spelen.
‘Letterlijk en figuurlijk groeit hier iets moois’, zegt Van Zeebroeck. ‘Allicht maak ik het niet meer mee, dat het bos helemaal uitgegroeid is. Maar hier zullen makkelijk vier à vijf generaties van de familie plezier aan beleven.’
‘Het leek me het mooiste cadeau dat ik ze kon geven: een leuke speelplek en zuivere lucht’
JOSSE VAN ZEEBROECK Opa en bosbouwer
‘Hier zullen makkelijk vier of vijf generaties van de familie plezier aan beleven’
JOSSE VAN ZEEBROECK
Opa en bosbouwer