Voor vervalsers ligt er een aanzet van een verhaal klaar dat ze naar believen kunnen aanvullen
Bij een röntgenscan van Portret van een meisje uit 1917 blijkt er onder de oppervlaktelaag nog een andere vrouw schuil te gaan. Het gaat om Beatrice Hastings, zegt de curator van Tate aan The Guardian.
Hastings, een vrijgevochten Britse schrijfster, was de voormalige geliefde en muze van Modigliani. Het vermoeden bestaat dat de schilder haar na een stormachtige relatie van twee jaar wegschilderde uit zijn bestaan.
Tate omschrijft de twee als een ‘verwilderd en rebels koppel’. Modigliani leefde ‘in een roes van absint, wijn en hasj’ en ‘danste op tafels en schreeuwde Italiaanse verzen uit.’ Een tijdgenoot zette Hastings neer als ‘een hysterica die van negen uur ’s morgens al beschonken was’. Het koppel dronk samen, beminde vurig en maakte hartstochtelijk ruzie.
Modigliani, een Italiaanse jood, kwam in 1906 op zijn 22 in het Parijse kunstenaarsmilieu terecht. Hij had een korte, doch zeer vruchtbare carrière die abrupt ophield toen hij op zijn 35ste overleed aan tbc. Tijdens zijn leven verkocht hij amper werk en toen hij in 1917 eindelijk een solotentoonstelling kreeg, werd ze stopgezet omdat ze te veel naakt bevatte. In de winter van 19181919 verkocht de wanhopige kunstenaar zijn volledige atelierinboedel voor een Links: ‘Portret van een meisje’, Rechts: het onderliggende schilderij van Beatrice Hastings.
belachelijke honderd pond.
Het is geen geheim dat er veel vervalsingen van Modigliani circuleren. Dat bleek nog vorige zomer, toen in Genua een tentoonstelling voortijdig stopgezet werd. Van 21 werken, zowat een derde van de expositie, was er een vermoeden dat het om vervalsingen ging. Daarom wordt Modigliani’s werk met hoge prioriteit onderzocht. Tate Modern, waar nog tot 2 april een expo loopt, heeft diverse stukken naar het labo gebracht. Frankrijk, dat 27 schilderijen en drie
beelden van Modigliani in overheidsbezit heeft, start dit jaar een onderzoeksprogramma.
Modigliani is een dankbaar doelwit voor vervalsers. Die zijn aangetrokken door de immense winstmarges die er te rapen zijn. De voorbije jaren slaat Modigliani goed aan op de kunstmarkt. Eind 2014 haalde zijn beeld Tête 70 miljoen dollar in New York. Een jaar later haalde zijn Portrait de Paulette Jourdain 42,8 miljoen dollar, twee keer zoveel als geschat. Diezelfde maand ging zijn Nu couché door het dak. Het was het tiende kunstwerk dat ooit een bedrag met negen cijfers haalde.
Daarnaast is er de stijl, die vervalsers een haalbare kaart vinden. Modigliani werkt met vrij eenvoudige en overzichtelijke composities. Vaak zijn er open vlakken vrijgelaten met weinig detaillering. Soms is zijn werk vergeleken met de Cycladische kunst van enkele millennia voor Christus, met zijn ovale gelaten, grote neuzen en weinig gezichtsexpressie. Het ziet er eenvoudig uit en daarom aanlokkelijk om te proberen.
Nieuw naslagwerk
Dat Modigliani jong en arm stierf, zonder veel geëxposeerd en verkocht te hebben, is een natte droom voor vervalsers. Het ontbreekt aan documentatie en verkoopbewijzen. De kunstenaar had bij zijn overlijden geen galerist die kon toezien op zijn nalatenschap. Er was de mythe van een productief artiest en voor de rest een zwart gat om naar hartenlust in te duiken. Voor handige vervalsers ligt er een aanzet van een verhaal dat ze naar believen kunnen aanvullen.
Dat er onenigheid is onder wetenschappers speelt hen in de kaart. Pas na de Tweede Wereldoorlog is het onderzoek naar het werk van Modigliani goed en wel opgestart. Hoewel er eerst geen houvast was, zijn er inmiddels zes naslagwerken die claimen een overzicht te bieden van het verzameld werk. Dat van 1958, met een update in 1970, wordt als de Bijbel beschouwd. Ook daarvan wordt aangenomen dat het ondertussen gedateerd is. Een nieuwe editie die in de maak is, kondigt aan dat er 78 extra werken in zullen staan.