SPILZUCHT EN SPAARZAAMHEID
In het Westen wordt de scheiding tussen kerk en staat als vanzelfsprekend beschouwd. Maar we vergeten vaak dat lang niet alle westerse landen afstand hebben gedaan van het concept staatsgodsdienst. GrootBrittannië is een vanzelfsprekend voorbeeld, maar ook het progressieve Noorwegen had tot niet zo lang geleden een staatsgodsdienst: het lutheranisme. Pas in 2012 werd de Noorse grondwet veranderd. De Noorse samenleving is nog steeds doordesemd van de lutherse principes als soberheid en in getogenheid, en een hoog arbeidsethos.
Het moet haast wel dat die lutherse traditie een rol speelt in de bewonderenswaardige discipline waarmee de Noren hun oliefonds beheren. In plaats van de inkomsten uit de olievelden te verkwanselen aan nutteloze prestigeprojecten, een verkwistende overheid of andere consumptieve uitgaven, sparen ze het op. Daardoor hebben ze nu een spaarpot met de fabelachtige omvang van meer dan 800 miljard euro, 163.000 euro per Noor. Hoe groter het fonds wordt, hoe sterker het aangroeit, want Thomas Piketty’s regel dat kapitaal historisch gezien beter rendeert dan arbeid, lijkt hier ontegensprekelijk van toepassing.
Hoe het lutheranisme het Noorse denken heeft beïnvloed, wordt schitterend getoond in de film Babette’s Feast uit 1987. De film speelt zich weliswaar af in Denemarken, maar het verhaal waarop het gebaseerd is, werd door auteur Isak Dinesen in Noorwegen gesitueerd. De film toont twee vrome zusters die ervoor gekozen hebben om zich de aardse genoegens grotendeels te ontzeggen, totdat op een dag hun Franse huishoudster voorstelt een gigantisch en overvloedig feestmaal te bereiden. De zusters gaan schoorvoetend akkoord. Ze weten niet dat de Française de lotto heeft gewonnen en de volledige opbrengst er in één keer wil doorjagen met het copieuze maal. Een mooie metafoor voor de tegenstelling tussen de katholieke moraal, waarin genot en zelfs zonde geoorloofd zijn, zolang je achteraf maar spijt betuigt, en de meer rigide lutherse opvatting dat aardse geneugten altijd ondergeschikt zijn aan morele rechtschapenheid en geestelijke verdieping. Als de Fransen toevallig olie hadden ontdekt voor de kust van Bretag ne, zouden ze de opbrengsten dan ook zo scrupuleus hebben opgespaard als de Noren?
Over de band tussen religie en economie is veel nagedacht. De Duitse socioloog Max Weber bracht de protestantse ethiek in verband met het ontstaan van het kapitalisme. De rechtlijnigheid van politici als Margrethe Vestager en Wolfgang Schäuble is beter te begrijpen als je weet dat beiden afkomstig zijn uit een luthers nest. Sommigen denken zelfs dat religie de verklaring is voor het verschil in ontwikkeling tussen Noord en Zuid
De Noorse samenleving is nog steeds doordesemd van lutherse principes
Amerika. In de VS gaven protestante Britten de nieuwe natie vorm, terwijl dat in LatijnsAmerika de katholieke Spanjaarden en Portugezen waren. De VS werden de meest kapitalistische democratie ter wereld, terwijl in LatijnsAmerika dictaturen en wanbeleid welig tierden.
Hoe zou de wereld eruit gezien hebben als Luther zijn 95 stellingen niet op de deur van de slotkerk in Wittenberg gespijkerd zou hebben? Zou de spilzucht het dan gewonnen hebben van de spaarzaamheid?