Sprintje trekken tijdens Engelse les
Te veel zitten is een maatschappelijke kwaal die al begint in het onderwijs. De eerste initiatieven zijn van start gegaan om daar verandering in te brengen.
BRUSSEL I ‘Me battle you!’ Die nogal krukkige strijdkreet weerklonk gisterenmiddag in de turn zaal van het Atheneum in Boom. Twee groepen pubers waren er verwikkeld in een strijd op het snijvlak van cognitie en conditie. Ze moesten eerst een sprintje trekken met een tennisbal om dan zo snel mogelijk een spelletje Memory met Engelse woorden te vervolledigen.
Ook al deed het bij momenten sterk denken aan een turnles, het was wel degelijk de leerkracht En gels die de bevelen uitdeelde. En die de leerlingen van het derde jaar Lichamelijke Opvoeding/ Sport constant op het hart drukte Engels te praten en de krachtter men – vooral ‘fuck’ – achterwege te laten.
Normaal gezien staat lerares Maaike Van Meenen gewoon voor de klas en niet op haar sokken op de parketvloer van de turnzaal. Maar in het kader van de ‘Mag Dag’ van onderwijstijdschrift Klasse die gisteren plaatsvond, wilde ze experimenteren met een nieuw idee in het onderwijs: dat van bewegend leren.
‘Ik merkte dat deze klasgroep op vrijdagnamiddag moeite had om zich te concentreren. Daarom wilde ik ze eens laten bewegen tij dens het leren. Ik merkte dat ze meteen meer gemotiveerd waren en dat ze zich beter hadden voor bereid.’
Zitten & zwijgen
Urenlang op een stoel zitten om naar een bord staren, is geen uitzondering in ons hedendaagse onderwijs. Sportactiviteiten tij dens de speeltijd en die enkele uurtjes lichamelijke opvoeding remediëren dat maar ten dele. Daarom ook het idee van bewe gend leren, waarbij het bewegen een essentieel onderdeel is van de theorieles.
Dat kan veel vormen aannemen – de turnzaal reserveren zo als in Boom, is een van de meer extreme – maar evengoed bete kent bewegend leren dat leerlin gen zelf afmeten wat twintig me ter is, dat ze naar een hoek van de klas spurten wanneer een leer kracht het goede antwoord voor leest, dat ze met hun lichaam de letters van het alfabet uitbeelden enzovoort.
De hogeschool PXL (in Lim burg) heeft met bewegend leren geëxperimenteerd in verschillende kleuterscholen en is nu bezig met een proefproject in het lager onderwijs. ‘Onze resultaten zijn in boekvorm uitgebracht en we zien dat meer en meer scholen zich hiervoor interesseren. Leerkrachten proberen ook zelf dingen uit’, zegt Wouter Hustinx, het onder zoekshoofd Onderwijsinnovatie.
De resultaten van het onder zoek tonen vooral aan dat kinde ren het fijn vinden om te bewegen en dat hun aandacht voor de leer stof tijdens de oefeningen er niet onder lijdt. ‘Door die prikkels van dat bewegen hebben ze nadien ook meer energie om zich beter te kunnen concentreren op andere taken.’
Chaos
Wat wel opviel in Boom: het is moeilijker vat te krijgen op de groep dan in een klassikale omgeving. Chaos dreigt sneller uit te breken. ‘Dat kan een drempel zijn voor leerkrachten, maar mits goedgekozen activiteiten valt dat wel mee. We merken dat leerlingen achteraf ook rustiger zijn’, zegt Hustinx.
‘De grootste moeilijkheid is dat onze scholen niet aangepast zijn aan bewegen. In de lagere school zijn die klassieke lesbanken nog alomtegenwoordig. En de klas ombouwen voor één activiteit, dat gebeurt niet.’
Professor Bewegingsweten schappen Jan Seghers (KU Leuven) vindt het slim om beweging en theoretische lessen te integreren, zeker om zo het langdurige zitten te doorbreken. ‘En het kan zeker de concentratie bevorderen.’
Hij waarschuwt wel dat het niet de lessen Lichamelijke Opvoeding mag vervangen, daarvoor is de intensiteit van het bewegend leren niet hoog genoeg.
Cinema
En wat met het geheugen? Als de leerlingen in Boom bijvoorbeeld in het Memoryspel de naam van de activiteit ‘Go to the cinema’ koppelen aan een plaatje van een bioscoop, onthouden ze dat dan ook makkelijker? Seghers: ‘Het onderzoek naar de effecten van bewegend leren is nog zeer jong, maar de eerste voorzichtige bewijzen zijn er wel dat het een positief effect heeft op de academische prestaties.’ De turnzaal van het Atheneum Boom. En toch is dit een beeld uit de
‘Door de prikkels van dat bewegen hebben ze nadien ook meer energie om zich beter te kunnen concentreren op andere taken’
WOUTER HUSTINX Onderzoekshoofd onderwijsinnovatie Hogeschool PXL