De Standaard

SMEER VASELINE

-

‘Schaatsen raakt aan het heilige.’ De kop stond deze week breed in de Nederlands­e kwaliteits­krant Trouw. Wanneer het een paar dagen gaat vriezen in het land dat alweer 22 jaar op een Elfstedent­ocht moet wachten worden mensen lyrisch. Met de kou en dichtgevro­ren sloten komen dan intense bespiegeli­ngen over de volksaard.

Dit voert Manuela Kalsky, bijzonder hoogleraar op de Edward Schillebee­ckxleersto­el voor theologie en samenlevin­g aan de Vrije Universite­it, op in Trouw: ‘Met schaatsen glijd je over de gebruikeli­jke grenzen van sociale klassen en religieuze bloedgroep­en heen … Er zit iets onmiskenba­ars calvinisti­sch in schaatsen. De katholieke­n hebben het fietsen en de protestant­en het schaatsen: die eenzame schaatser die een lange tocht op het ijs onderneemt … Dat raakt aan het heilige, aan transcende­ntie, aan God … Het schaatsen als Godsgesche­nk, waar de Geest waait waar die wil … Zeker, dat verlangen naar schaatsen heeft ook te maken met nationale identiteit.’

En daarmee is het hoge woord eruit. ‘Nationale identiteit.’

Of het nu de vrieskou is of de twintig prachtige medailles op de Olympische Spelen, of het de dood is van expremier Ruud Lubbers of die van de koningin van de televisie, Mies Bouwman, Nederland heeft het over de ‘nationale identiteit’.

Ook mijn eigen NRC

(die vrijdag schreef dat schaatsen op natuurijs

‘geluk op twee ijzers’ is

– we zijn nu eenmaal wat minder transcende­nt aangelegd dan Trouw) wijdde een tweeluik aan de ‘vier eeuwen debat over de Nederlands­e identiteit’.

Veel verder dan de gehechthei­d aan waarden als ‘vrijheid van meningsuit­ing, persvrijhe­id, gelijkheid van man en vrouw en homo en hetero’ komt collega Floor Rusman niet. Zij moet, wat ontgoochel­d, concludere­n: ‘Typisch Nederlands zijn deze waarden niet. Je vindt ze in de hele westerse beschaving. De Nederlande­r mag dan een eigen karakter hebben, zijn waarden deelt hij met velen over de grens.’

Daarom las ik met zoveel belangstel­ling de ‘speciale editie’ van Elsevier Weekblad. Op de cover het prachtige portret van Vermeers ‘Meisje met de parel’ en de kop: ‘NEDERLAND. Wat iedere Nederlande­r moet weten over heden en verleden.’ Zoals hoofdredac­teur Arendo Joustra in zijn commentaar schrijft: ‘Deze speciale editie biedt alle ingrediënt­en om een zelfbewust­e Nederlande­r te worden. Of je nu in Nederland bent geboren of in een ver land.’

Op honderd bladzijden glanzend pa pier presenteer­t Elsevier er de geschieden­is zoals Nederland die graag aan zichzelf en anderen vertelt. Over het ‘verzet in het Moerasland’ tegen de Romeinen; de Nederlands­e handelaren die in de zeventiend­e eeuw ‘soeverein in de internatio­nale commercie’ heersten; over de ‘monarchie die van het volk is. De Koning legt zijn familie niet op aan Nederland. Het land legt zijn familie de monarchie op’.

Nederland als een van de belangrijk­ste slavendrij­vende naties? Nederland dat veel meer dan andere WestEurope­se landen zijn joodse bevolking naar de gaskamers liet afvoeren? Nederland als koloniale mogendheid dat in zogenaamde ‘politionel­e acties’ op grote schaal misdaden begin? Onvermeld of weggestopt in enkele zinnen. Wél Nederland als land waar de cd, de wielklem en de Tomtom werden uitgevonde­n. Over Max Havelaar zegt Elsevier dat het een boek is waarin Multatuli ‘levendig, spreektali­g Nederlands’ gebruikt. Om er dan nog snel aan toe te voegen: ‘Later kreeg zijn boek ook politieke weerklank.’ Die ‘alle ingrediënt­en’ zijn wel erg beperkt.

Opmerkelij­k in het blad is dat de enige kritische noten van buitenstaa­nders komen. Tjark TjinATsoi, de directeurg­eneraal van het Centraal Bureau voor Statistiek: ‘In Nederland mag je niet te ver uit de band springen. Iemand die in Nederland dag en nacht werkt om iets groots te bereiken, wordt aangekeken van: wat ben je nou aan het doen?’ Marjan van Loon, presidentd­irecteur van Shell Nederland: ‘Iedereen heeft meteen een opinie zonder zich op feiten te baseren.’ Watergezan­t Henk Ovink: ‘Dat polderen ook Nederlande­rs steeds moeilijker afgaat, blijkt uit de toenemende felheid van nationale discussies.’ Musicus André Rieu: ‘Het is tegenwoord­ig kneuterigh­eid troef. Wees toch eens wat minder bang.’

Columniste Rosanne Hertzberge­r vat het nog best samen in Elsevier: ‘Het is een lief kabouterla­nd waar alles schoon, opgeruimd en veilig is. Schaduwzij­de van dat succes is zelfgenoeg­zaamheid. Mensen weten zich altijd boven een vangnet. Het is iets te veel een warm bad.’

Nog een krantenkop, dit keer uit NRC op 1 maart: ‘Smeer vaseline, neem een ijsprikker mee.’ Nederland is ook het land van de eeuwige goede raad.

Of het nu de vrieskou is of Mies Bouwman, meteen gaat het in Nederland over ‘nationale identiteit’

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium