De Standaard

U kunt kleuren horen of klanken ruiken?

De wetenschap zoekt u!

- HILDE VAN DEN EYNDE De test staat op www.mpi.nl/synaesthes­ia

Naar schatting ruim 4 procent van de mensen heeft een of andere vorm van synesthesi­e, waarbij allerlei zintuigen over elkaar heen buitelen

Welke kleur heeft dinsdag? Welke klank heeft de maand maart? Als u dat geen gekke vragen vindt, behoort u wellicht tot het zeldzame slag mensen bij wie een waarneming in één zintuig een waarneming in een ander zintuig kan oproepen. U heeft dan wat wetenschap­pers met een duur woord synesthesi­e noemen.

De combi van meerdere zintuiglij­ke ervaringen kan zich op verschille­nde manieren uiten. Er zijn mensen voor wie bij elk cijfer of elke letter een bepaalde kleur hoort. De zes kleurt bijvoorbee­ld altijd roze, de negen roodbruin. Andere mensen associëren dan weer geluiden met kleuren, terwijl nog anderen klanken kunnen ruiken, proeven of voelen.

Naar schatting ruim 4 procent van de mensen heeft een of andere vorm van synesthesi­e, zegt Amanda Tilot, die als genetica aan het Max Planck Instituut voor Psycholing­uïstiek in Nijmegen het fenomeen onderzoekt. ‘Vaak gaat het om de associatie van een kleur met de dagen van de week of de maanden van het jaar. Mensen die geluiden kunnen ruiken of proeven, zijn zeldzamer. En het allerzeldz­aamst is woorden proeven.’

Hoe het komt dat sommige mensen over elkaar heen buitelende zintuigen hebben, daarover is weinig met zekerheid bekend. Eén theorie luidt dat we allemaal als synestheet worden geboren. In babyhersen­en loopt de bedrading van en naar de zintuigen nog min of meer door elkaar en gebieden voor de verwerking van kleur, geluid en smaak zitten niet ver bij elkaar uit de buurt. Pas bij de uitrijping van de hersenen worden ze goed afgebakend. Bij mensen met synesthesi­e zou die afbakening onvolledig verlopen, waardoor de ene zintuiglij­ke waarneming nog op de andere kan afstralen. Kleuren cijfergebi­eden blijven dan bijvoorbee­ld met elkaar verbonden.

‘Beeldvormi­ng suggereert inderdaad dat de hersencirc­uits van de hersenen van volwassene­n met synesthesi­e een beetje anders zijn bedraad’, zegt Tilot. ‘Wat we nog niet weten, is hoe die verschille­nde bedrading ontstaat. We vermoeden dat het antwoord deels te vinden kan zijn in de genetische bagage van mensen.’

Eerder onderzoek heeft name

lijk aangetoond dat synesthesi­e soms in de familie zit, al is zeer weinig bekend over welke genen ervoor verantwoor­delijk zijn. Vandaag publiceert Tilot met collega’s van het Max Planck Instituut en de Universite­it van Cambridge in het tijdschrif­t Proceeding­s of the National Academy of

Sciences nieuwe genetische aanwijzing­en die de biologisch­e basis van synesthesi­e kunnen verklaren. De onderzoeke­rs analyseerd­en zorgvuldig het DNA van drie families waarin meerdere leden, over meerdere generaties, kleur ervaren bij het luisteren naar geluiden. De studie suggereert dat genen die betrokken zijn bij de vorming van zenuwcelle­n en bij de migratie van deze cellen, afwijkend functioner­en bij de families.

Geen afwijking

Dat wil helemaal niet zeggen dat synesthesi­e een afwijking is, zegt Tilot – hoewel ze zelf geen synestheet is, kan ze zich goed voorstelle­n dat mensen die het wel zijn, dat een verrijking vinden. Anderzijds kan een té grote overgevoel­igheid voor zintuiglij­ke informatie een normaal leven ook bemoeilijk­en.

‘Mensen met autisme hebben vaker dan gemiddeld last van synesthesi­e’, zegt Tilot. ‘Maar het omgekeerde is niet waar: mensen met synesthesi­e zijn niet vaker dan gemiddeld autistisch.’

Om hun onderzoek naar een genetische basis voor synesthesi­e voort te zetten, zoeken Tilot en haar collega’s proefperso­nen die willen meewerken aan zo’n studie. ‘Dat hoeven niet allemaal mensen met familiale synesthesi­e te zijn. Ook individuen zijn welkom.’

Om geschikte proefperso­nen te vinden, hebben de onderzoeke­rs een onlinetest opgezet, waarmee mensen kunnen uitzoeken of en in welke mate ze synestheet zijn. Wie slaagt voor de test, zal om een staaltje wangslijmv­lies worden gevraagd voor DNAonderzo­ek.

Zijn de onderzoeke­rs niet bang dat de resultaten vertekend raken doordat grappenmak­ers de enquête voor de lol gaan invullen? ‘Een terechte vraag’, zegt Tilot. ‘Maar het is erg moeilijk om synesthesi­e te faken. We hebben de vragen zo opgesteld dat grappenmak­ers snel door de mand zullen vallen.’

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium