Deze regering kijkt wel naar de toekomst

VINCENT VAN QUICKENBORNE verdedigt de pensioenhervorming van de regeringMichel. De richting is duidelijk: allemaal langer werken voor een eerlijker en hoger pensioen.

Guy Tegenbos stelde in zijn column dat de regering een knoeiboel heeft gemaakt van de pensioenhervorming (DS 7 maart). De pensioencommissie van Frank Vandenbroucke maakte volgens de gewaardeerde columnist een goede blauwdruk, waarvoor een draagvlak moest worden gezocht bij de sociale partners en de bevolking, om die dan om te zetten in een brede hervorming.

Klopt dit beeld? Volgens mij niet. We leven in een democratie, geen technocratie. Het rapport van de pensioencommissie is een belangrijk werkstuk. Maar na consultatie en breed overleg is het aan de politiek om te beslissen. Maar wat zien we? De socialistische overheidsvakbond kant zich tegen élke hervorming die raakt aan verworven pensioenrechten van hun ambtenarenachterban. Nochtans hebben zij de hoogste pensioenen, gemiddeld 2.600 euro bruto per maand.

Werknemers moeten het gemiddeld met 1.100 euro stellen en hun pensioen kan netto zelfs nooit hoger klimmen dan 1.700 euro. Bij de zelfstandigen bedraagt het gemiddelde amper 900 euro. In de discussie over de zware beroepen hetzelfde liedje: vandaag bestaan systemen van vervroegde uittreding zo goed als alleen bij bepaalde ambtenaren. Treinbestuurders kunnen nog steeds met pensioen gaan op 55. Een kleine groep militairen op 46. Alsof er geen werknemers zijn met zware taken. Leg dat eens uit aan de bouwvakker of verpleegster. Ik betwijfel dus of we in dit ongemeen sterk gesyndiceerde land met de vakbonden tot een hervorming kunnen komen die echt rekening houdt met het algemene, en niet het particuliere belang.

Tegenbos hangt ook een beeld op van een regering die alleen wat ‘sleutelt’ in de marge. Het tegendeel is waar. De richting is duidelijk: allemaal wat langer werken voor een eerlijker en hoger pensioen. Ik laat de feiten voor zich spreken. De meerkosten van de vergrijzing werden door deze regering gehalveerd ten opzichte van ongewijzigd beleid. De gemiddelde pensioenleeftijd is licht gestegen, we werken dus allemaal wat langer. Stelsels van vervroegd pensioen doven uit. De minimumpensioenen van werknemers én zelfstandigen werden gelijkgesteld en opgetrokken tot boven de 1.200 euro.

Studiejaren afkopen

Ook ambtenaren moeten voortaan betalen om hun studiejaren af te kopen, zoals de werknemers en de zelfstandigen. Dat is overigens een van de hervormingen die maken dat de drie stelsels naar elkaar toegroeien. Wie met pensioen is en minstens 65 jaar oud is, mag onbeperkt bijverdienen boven op het pensioen. Zoals al aangehaald, zullen ook werknemers in de privésector voortaan vervroegd kunnen stoppen als ze zware taken hebben uitgeoefend.

Tegenbos heeft wel overschot van gelijk wanneer hij stelt dat de pensioenen hervormen vooral in het belang is van onze jongeren. In de eerste plaats zijn zij het die écht langer zullen moeten werken. Voor hun pensioen, maar dus ook om de soms onverdedigbare privileges van sommigen te betalen. Het is dan toch cynisch dat het uitgerekend die laatsten zijn die staken, betogen en een eerlijker pensioensysteem in de weg staan. Want daar wil de regering naartoe. Alles kan beter, zeker ook het pensioenbeleid. Maar de pensioenhervormingen van de regeringMichel zijn wel stuk voor stuk in het belang van onze jongeren.

De socialistische overheidsvakbond kant zich tegen élke hervorming

VINCENT VAN QUICKENBORNE Burgemeester van Kortrijk en Kamerlid (Open VLD).