Rusland test hoe hecht de banden in het Westen zijn
Het stilzwijgen van Trump over de mogelijke Russische betrokkenheid spreekt boekdelen
Met de vergiftiging van Sergei Skripal en zijn dochter tast Rusland opnieuw de grenzen af, schrijft GABY HINSLIFF. Het zal ongetwijfeld lessen trekken uit de reactie van GrootBrittannië en zijn bondgenoten.
Met zulke vrienden is het niet te verwonderen dat GrootBrittannië vijanden heeft. Nog maar twee jaar geleden zou het ondenkbaar geweest zijn dat het Witte Huis op zo’n manier reageerde op wat eigenlijk een aanval met chemische wapens op Britse bodem is: nukkig vermijden iemand met de vinger te wijzen. Maar zover is het deze week dus gekomen. De voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Rex Tillerson, deed zijn best om de leegte van de oppertwitteraar op te vullen door Rusland te beschuldigen van ‘schandalig gedrag’. Maar het stilzwijgen van Donald Trump zelf over de mogelijke Russische betrokkenheid spreekt boekdelen, als je bedenkt hoe hij tekeer gegaan zou zijn als IS ervan verdacht zou worden een dodelijk zenuwgas te verspreiden in een Engels marktstadje.
Spoor van broodkruimels
En daar ligt dus het probleem. Het spoor van broodkruimels dat achtergelaten werd door de aanvallers van Sergei en Julia Skripal – een gif dat zo zeldzaam is en zulke specifieke kenmerken heeft dat het altijd naar Moskou zou leiden – lijkt steeds meer op het chemische equivalent van die brutale uitstapjes die Russische gevechtsvliegtuigen af en toe in het Britse luchtruim maken. Daarmee tasten ze de verdediging van de vijand af. Ze steken iets op uit zijn reactie en passen hun strategie daaraan aan. En als de Russen deze keer meer de politieke vastberadenheid van het Westen wilden testen dan het militaire vermogen, dan hebben ze nu een antwoord. Hoever kunnen ze het drijven? Verder dan de historische bondgenoten van de VS zich willen voorstellen, zo lijkt het.
In dat verband lijkt de discussie over de parlementaire reactie van Jeremy Corbyn op deze crisis, en of die al dan niet onbezonnen was, zo goed als futiel. Het was verstandiger geweest als een vriendelijk en minder prominent lid van het Lagerhuis een vraag had gesteld over het Russische geld dat de ronde doet bij de partij van de Tories, zodat Corbyn zich meer als een politicus kon gedragen. Het was zeker verstandiger geweest de opruiende suggestie dat Theresa May zich op de een of andere manier heeft laten omkopen voor zich te houden, tot duidelijk was geworden welke actie ze van plan is te ondernemen. Zoiets suggereren en tegelijkertijd aanvoeren dat ze vooral te veel bruggen met Rusland aan het opblazen is, zoals Corbyn leek te zeggen, houdt niet veel steek. Maar Corbyn of de andere parlementsleden van Labour in het algemeen zijn niet de grootste hindernis om tot een
doeltreffende en eensgezinde reactie te komen. Was het maar zo eenvoudig.
Haviken
De Russen hebben na hun optreden in Syrië al ontdekt dat er zo goed als geen grens is die ze daar niet kunnen overschrijden, dat er geen oorlogsmisdaad is die zo verfoeilijk is dat het Westen die niet stilletjes door de vingers ziet, om te vermijden dat het bij een oorlog betrokken wordt die nooit goed kan aflopen. Ze hebben uit Oekraïne geleerd dat het allemaal niet zo vlot loopt bij de Navo en uit het geknoei met de Amerikaanse verkiezingen dat de sociale media niet alleen een zegen zijn voor informatieoorlogsvoering, maar ook dat westerse democratieën niet volledig onwrikbaar zijn als ze hun integriteit verdedigen. Ze hebben ontdekt dat een bezoedelde overwinning nog te verkiezen valt boven een ne derlaag. En nu beginnen ze al onze andere onderlinge banden op de proef te stellen, omdat die hen zouden kunnen hinderen bij hun ambities, zowel relaties die ooit uniek waren als historische bondgenootschappen binnen de Europese Unie.
Ze zullen zonder twijfel als haviken speuren naar tekens die erop wijzen dat de Brexit de solidariteit tussen GrootBrittannië, Frankrijk en Duitsland aangetast heeft, of dat de EU zich nu meer richt op interne dreigingen, in plaats van die van buitenaf.