De Standaard

‘Ik was een Chinees kindje’

Een eigen biografie is niet langer het privilege van wereldleid­ers en filmsterre­n. Al 150 mensen lieten bij Zorgbedrij­f Antwerpen hun levensverh­aal opschrijve­n. ‘Eindelijk erkenning, zwart op wit.’

- © Katrijn Van Giel

daarna nog meer. ‘Na de oorlog waren mijn ouders enorm opgelucht, we konden eindelijk terug naar huis’, zegt Tercalavre­s. ‘We kwamen aan in België, maar dat was hún thuis. Mijn thuis was China. Het was een cultuursho­ck. Ineens moest ik naar school tussen kinderen met houten blokken (klompen, red.) en schorten aan. Kinderen die mij zeiden dat ik uit een apenland van spleetogen kwam.’

Laurel en Hardy

Ze paste niet in België, waar je rot van de regen, vertelt ze. ‘Ik hoorde er niet bij. Ik kon niet lezen of schrijven. Tenminste, niet in het Nederlands. Ik zat uren te gapen naar het schoolbord en wat de leraar daarop schreef. Het was Chinees voor mij, figuurlijk dan. En het ergste van al: de andere kinderen geloofden me niet. Ze zeiden dat er iets nieuws was: CocaCola. Ik vertelde dat ik dat al jaren dronk. Of dat ik die nieuwste film van Laurel en Hardy al had gezien, in de cinema in China. Maar dat kon niet waar zijn. Ze noemden me een fantaste. Vanaf dan heb ik gezwegen.’

Er kwam ook geen erkenning voor het leed in het jappenkamp. ‘In België was er enkel aandacht voor de concentrat­iekampen waar joden waren vergast. Wat er aan de andere kant van de wereld was ge beurd, daar leerde je niet over op school. En bij mijn ouders moest ik niet komen aankloppen met vragen en verdriet. Zij waren te getraumati­seerd en wilden alleen maar vergeten. Ik kon aan niemand kwijt wat ik voelde of dacht.’

Nu, 70 jaar later, kan ze dit eindelijk wél, in haar eigen boek. ‘Niet dat mijn kinderen de verhalen over China nog nooit gehoord hebben. Ik heb hen al vaker verteld over de bewakers met hun bajonetten en angstaanja­gende tirades. Dan zeggen ze meestal dat ik zeur. (lacht) Maar nu zullen ze misschien begrijpen waarom ik zo eigengerei­d en averechts ben, zoals zij zeggen. Ik begrijp het nu pas zelf. Je kan het boek zien als een soort verantwoor­ding voor mijn kwaadheid. Tijdens het vertellen van mijn levensverh­aal heb ik de puzzelstuk­jes bij elkaar kunnen rapen. Nu kan ik een term plakken op wat er met mij aan de hand is, ik ben dépaysée, ontheemd. Dit boek geeft me eindelijk erkenning. Ik was een Chinees kindje.’

Gisteren kreeg ze voor het eerst haar eigen boek in handen. ‘Dit is mijn dag. Ik ben hier zo gelukkig mee.’ Ze nodigde haar kinderen en kleinkinde­ren uit. ‘Eerst paaseieren rapen in de tuin en dan mijn boek vieren. Bij de Chinees natuurlijk.’

 ??  ?? Joke Tercalavre­s, met haar
boek in de hand, tussen haar kinderen en kleinkinde­ren.
Joke Tercalavre­s, met haar boek in de hand, tussen haar kinderen en kleinkinde­ren.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium