Topsportcentrum als potgrond voor medailleoogst
‘De Belgische topsport uitzicht bieden op sterkere resultaten.’ Dat is het opzet van de nog grotendeels te realiseren European Sports Academy.
Twee leden van het Franse volleybalteam aan de slag in het Nederlandse sporters kunnen in Papendal hun prestaties laten
BRUSSEL I Nederland heeft het Centrum voor Topsport en Onderwijs Papendal, Frankrijk het Institut National du Sport, de l’Expertise et de la Performance. En België? Dat heeft helemaal geen groot nationaal topsportcentrum. In opdracht van Beliris, het federaal fonds voor Brussel, hebben consultancybedrijf Deloitte, planningsbureau ARUP en de VUB onderzocht wat de wenselijkheid en haalbaarheid zouden zijn van zo’n centrum in de hoofdstad. Die studie kon De Standaard inkijken.
De ‘Europese Sportacademie’ zou bestaan uit twee componenten. De eerste is een kenniscentrum om medische, wetenschappelijke en technische kennis met elkaar te verbinden over alle sporten heen. De tweede is de ontwikkeling van infrastructuur op hoog niveau, die beantwoordt aan de wensen van topsporters uit binnen en buitenland.
Bakala Academy
‘Dit initiatief zou Belgische topatleten de mogelijkheid bieden om zich ten volle te ontwikkelen en zou de Belgische topsport als geheel uitzicht bieden op sterkere resultaten dan het gemiddelde van de voorbije decennia’, blijkt uit een begeleidende brief van de drie hoofdonderzoekers aan federaal vicepremier Didier Reynders (MR), die verantwoordelijk is voor Beliris.
Vlaanderen kent met onder meer de Bakala Academy in Leuven en Energy Lab in Paal en Gent al waardevolle initiatieven om topsporters te begeleiden. Volgens de onderzoekers moet de sportacademie vooral een aanvulling zijn op die werking, niet zozeer een vervanging.
In het rapport van 213 pagina’s schetsen de onderzoekers hoe het topsportcentrum in verschillende fases kan groeien. Op korte termijn zien ze de sportacademie als ‘een virtueel en fysiek ontmoetingscentrum, een ontwikkelingscentrum voor sporttechnologie en een kleinschalig en intelligent geintegreerd multifunctioneel sport en topsporttrainingscentrum’. In dat centrum zouden onder meer een indooratletiekpiste, een zwembad en een hockeyveld een plaats krijgen.
Op middellange termijn kan daar een Huis van de Sport bij, waar verschillende sportfederaties gevestigd zouden zijn. Op lange termijn moet er een multifunctionele evenementenhal komen, met trainingsfaciliteiten voor topsport en een sport en technologieincubator.
29 locaties in het Brussels Gewest zijn onderzocht om het topsportcentrum te huisvesten. Voor de initiatieven op korte termijn komt SportCity in SintPietersWoluwe als meest geschikte locatie uit de bus. Het nabijgelegen Fallonstadion zou dan met een renovatie van de piste en de tribunes de verschillende disciplines uit de atletiek kunnen huisvesten.
Op middellange en lange termijn komt de Heizelvlakte als voorkeurslocatie uit de bus. Het
‘Dit initiatief zou Belgische topatleten de mogelijkheid bieden om zich ten volle te ontwikkelen’
Op lange termijn moet er een multifunctionele evenementenhal komen, met trainingsfaciliteiten en een sporten technologieincubator
BOIC en de voetbalbond hebben daar nu al hun hoofdkwartier en in het kader van Neo zouden er ook uitgebreide sportfaciliteiten gebouwd worden.
De Borlées (en Coucke?)
Jacques Borlée, vader van de succesvolle atletiekfamilie, is de grote trekker van het project. Maar hij staat niet alleen. In het verleden zegden prominenten van voetbalclub Anderlecht al hun medewerking toe, al is niet duidelijk hoe nieuwe eigenaar Marc Coucke tegenover het initiatief staat.
Vanuit de politiek lijkt er vooralsnog minder animo, schrijft Le Soir. Het eerdere debacle van het Eurostadion maakt van deze sportacademie geen makkelijk dossier.
Volgens de eerste berekeningen bedragen de geschatte investeringskosten op korte termijn bijna 16 miljoen euro. Voor het scenario op lange termijn, met de bouw van een multifunctionele indoorhal, lopen de investeringskosten op tot 64 miljoen euro.