De Standaard

Eén huis op tien heeft geen vaste bewoner

België telt 10 procent meer woningen dan huishouden­s, meestal (vakantie)verblijven.

- VAN ONZE REDACTEUR JOHAN RASKING

BRUSSEL I Het aantal wooneenhed­en op het grondgebie­d van België (huizen plus appartemen­ten) is in de periode tussen 1995 en 2017 met 22,1 procent toegenomen, tot 5,41 miljoen. Tegelijk nam het aantal huishouden­s (alleenstaa­nden en gezinnen) toe met 19 procent, tot 4,87 miljoen. Er zijn dus meer woningen bijgekomen dan potentiële bewoners.

Dat overschot aan woningen blijkt uit een gedetaille­erde studie door Philippe Defeyt, exparlemen­tslid van Ecolo en momenteel bestuurder bij het Franstalig­e Institut pour un Développem­ent Durable (IDD). Volgens Defeyt was er vorig jaar voor 90,1 procent van alle woningen in ons land ook een permanente bewoner. Anders gezegd: 9,9 procent van de woningen – of bijna een op de tien – staat leeg of wordt slechts een beperkte tijd gedurende het jaar be woond. Het gaat dan om tweede verblijven, zoals vakantiehu­izen maar ook studentenk­oten.

Dat ‘overschot’ aan woningen is het meest uitgesprok­en in Vlaanderen, met slechts 87,9 procent vaste bewoning (en dus 12,1 procent tweede verblijven of leegstand). Experte Sien Winters van het Steunpunt Wonen aan de KU Leuven ziet geen grote toename van de leegstand in Vlaanderen. ‘Er zijn geen data die daarop wijzen.’ Toch enig voorbehoud:

‘De officiële gegevens uit het leegstands­register dat de Vlaamse gemeenten moeten bijhouden, zijn niet erg accuraat.’

Investeren in vastgoed

Volgens Winters ligt de verklaring vooral in de toegenomen popularite­it van tweede verblijven, als eigen vakantiewo­ning maar meer nog als investerin­g en opbrengste­igendom (om te verhuren).

Die thesis wordt onderschre­ven door de notarisfed­eratie. Die noteerde in 2016 een toename van de vastgoedac­tiviteit aan de Kust met maar liefst 18 procent. De kustgemeen­ten zijn de regio bij uitstek voor veel Belgen om een tweede verblijf te kopen, vaak een appartemen­t.

De popularite­it van vastgoedin­vesteringe­n is de voorbije jaren fel toegenomen door het bijzonder lage rendement op klassieke belegginge­n, zoals spaarboekj­es of kasbons. Dat blijkt ook uit data van BNP Paribas Fortis, de grootste bank van het land. Vorig jaar was een op de vijf van alle nieuwe hypothecai­re leningen bij BNP Paribas Fortis bestemd voor de aankoop van een tweede woning; in de helft van de gevallen om te verhuren.

Scheeftrek­king aan Kust

In de kustgemeen­ten leidt die trend tot een erg grote scheeftrek­king tussen vaste en tijdelijke bewoners. Uit de data van Philippe Defeyt blijkt dat amper 30 procent van de wooneenhed­en in De Haan en Middelkerk­e permanent bewoond is. In buurgemeen­ten als Nieuwpoort of Knokke is die verhouding al niet veel beter (zie grafiek).

Het fenomeen van de tweede verblijven geldt ook voor Ardense toeristisc­he centra als VressesurS­emois of Durbuy. Opvallend: in de top dertig van gemeenten met het hoogste aantal tijdelijke bewoners prijkt bijvoorbee­ld ook de Limburgse gemeente Diepenbeek als buitenbeen­tje. De reden? Daar zitten veel studenten op kot.

‘Er zijn geen data die wijzen op een toename van leegstand’

SIEN WINTERS Steunpunt Wonen (KU Leuven)

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium