‘De wedstrijd van mijn leven was de aanslagen overleven’
Op 22 maart 2016 raakte exbasketbalspeler bij Antwerp Giants en de nationale ploeg Sebastien Bellin ernstig gewond bij de aanslag op Zaventem. Straks, op 22 april 2018, loopt hij de Antwerp 10 Miles. ‘Opnieuw op de 22ste dus. De dag had niet symbolischer
ANTWERPEN I Uit elke Vlaamse gemeente loopt zondag minstens één deelnemer mee op de AG Antwerp 10 Miles & Marathon. Met de deelname van de BelgischBraziliaanse Sebas tien Bellin (39) is ook de gemeente Tervuren gedekt. Twee jaar en een maand geleden leek die loopuitdaging onmogelijk, toen de tweede bom op Brussels Airport op een paar meter van hem ontplofte.
Hoe vorderen je trainingen voor de 10 Miles, ben je er klaar voor? Sebastien Bellin:
‘Ik doe mijn uiterste best. Elke zondag loop ik met een groep mensen van Sportoase in de Antwerpse parken. Eén keer liep ik tien kilometer, maar meestal train ik een zevental kilometer. Een week gele den trok ik voor een paar dagen naar onze woonplaats in Michigan. Vroeger liep ik daar drie of vier keer per week rond het meer achter ons huis. Vorige week heb ik die exacte route voor de eerste keer sinds de aanslagen opnieuw kunnen lopen.’
Hoe moeilijk is lopen geworden voor jou?
‘De explosie in Zaventem gebeurde op een twintigtal meter van mij. Mijn benen zijn toen heel ernstig geraakt. Ondertussen heb ik een tiental operaties ondergaan, maar heb ik nog steeds geen gevoel in de onderkant van mijn linkerbeen. Dat maakt het lopen lastig. Maar ik zie mijn handicap niet als een belemmering, wel als een extra uitdaging. De dokters zeiden me dat ik anderhalf jaar niet zou wandelen. Na vier maanden, op 22 juli, de verjaardag van mijn oudste dochter, wandelde ik voor het eerst zelfstandig. De 10 Miles uitlo pen is de eerste grote uitdaging. In ju ni staat nog een zenuwoperatie gepland, waarbij de dokters proberen me opnieuw gevoel te geven in mijn been.’
In een vroeger interview zei je dat je goede vriend en basketbalspeler Pieter Loridon met je mee zou lopen.
‘Dat had ik nogal impulsief gezegd, maar ik denk dat zijn knieën te slecht zijn. Pieter is het eerste gezicht dat ik zag, toen ik na de aanslagen wakker werd in het ziekenhuis. Hij vertelde wat er gebeurd was.’
‘Ik kijk ernaar uit om in Antwerpen te lopen, want tijdens mijn periode bij de Antwerp Giants leerde ik de stad goed kennen. Michaël Schouwaerts, de ceo van Sportoase, zal met mij meelopen. Wie dat wil, mag zich bij ons voegen onderweg. Al zal mijn tempo laag liggen en weet ik niet of ik tijdens het lopen nog veel zal kunnen praten. Een beoogde tijd heb ik niet. Ik ben ongelooflijk dankbaar dat ik opnieuw kan lopen en zowel mijn dochters als de dokter kan laten zien dat alles mogelijk is als je hard genoeg werkt.’
Niet alleen met die snelle revalidatie, maar ook met het overlevingsinstinct op 22 maart heb je de dokters verbaasd.
‘Ik handelde heel concreet, toen ik in de luchthaven op de grond lag. Wanneer er iemand voorbijkwam, vroeg ik die persoon om me te helpen door bijvoorbeeld een sjaal aan te reiken om mijn been af te binden. Later sleepte iemand me op een bagagekar om me naar de voorkant van de luchthaven te brengen. Dat ik de hele tijd bij bewustzijn ben gebleven, heeft waarschijnlijk te maken met de drie borden pasta carbonara die ik de avond voordien op restaurant kreeg.’
Wanneer het interview op zijn einde loopt, kijkt Bellin op zijn horloge. Hij moet nog naar de gevangenis van Charleroi.
‘Ik ben er al een tijdje aan de slag als vrijwilliger. Twee keer per maand geef ik de gedetineerden lessen basketbal en sport. Ik heb een ongelooflijk kwaad van dichtbij meegemaakt, maar ik heb geleerd om het goede te zien in alles, ook in de gedetineerden. Ik heb ook geen wraakgevoelens tegenover de daders van de aanslag. Ik begin de dag in de gevangenis altijd met een gesprek rond een bepaald thema. Onlangs ging het over “aanvaarding”. Ik aanvaard dat ik voor de rest van mijn leven een beperking heb, ik aanvaard dat mijn been er bijna was afgeblazen door de aanslagen. Tegen die feiten
vechten heeft geen zin.’
‘Ook de gedetineerden moeten accepteren dat ze zaken gepleegd hebben. In de gevangenis kunnen ze leren zo veel mogelijk uit hun situatie te halen. Dat deed ik ook. In alle nederigheid, ik overleefde de dood op 22 maart 2016. Dat was de wedstrijd van mijn leven. Ik bekijk wat er gebeurd is, als een geschenk. Vuur alles op me af, ik vind wel een manier om eroverheen te komen. Die ingesteldheid wil ik delen met zo veel mogelijk mensen.’
‘Ik aanvaard dat mijn been er bijna afgeblazen was door de aanslagen en ik voor de rest van mijn leven een beperking heb’