Britten worstelen met hun Dreamers
Kinderen van Caribische gastarbeiders voelen zich geviseerd door de Britse overheid.
‘Ik wil me vandaag bij jullie verontschuldigen voor de onrust die we veroorzaken.’ Het was een uiterst nederige Theresa May die gisteren de leiders van de Caribische landen toesprak. Zij zijn deze week in Londen samen voor een bijeenkomst van de Commonwealth.
De knieval van de Britse premier heeft alles te maken met de ophef die in GrootBrittannië ontstaan is over het lot van de zogenaamde ‘Windrushmigranten’, mensen die de Britten na de Tweede Wereldoorlog in de Cariben gingen ‘ronselen’ om te komen werken in Engeland. De eerste gastarbeiders arriveerden op 22 juni 1948 in de haven van Tilbury, nabij Londen, aan boord van de Empire Windrush.
Omdat ook Engeland kampte met een acuut tekort aan werkkrachten, werden ze met open armen ontvangen. Veel vragen en eisen over ‘de juiste papieren’ werden niet gesteld. Veel migranten hadden hun kinderen mee en die reisden gewoon op de paspoorten van de ouders. Hun situatie was dus een beetje vergelijkbaar met de Dreamers in de VS.
Meedogenloos
Maar in 1971 kwam er een einde aan het systeem. Het Britse Lagerhuis stemde de Immigration Act. Wie daarna nog naar Engeland wilde komen om te werken, moest een Brits paspoort kunnen voorleggen, een arbeidsvergunning hebben en kunnen aantonen dat een ouder of grootouder in het Verenigd Koninkrijk was geboren.
De naar schatting 500.000 Windrushmigranten die sinds 1948 waren aangekomen, kregen wel de garantie dat ze onbeperkt konden blijven. Zij hadden immers hun plaats verworven op de arbeidsmarkt. Velen werkten in de bouw en de zorg. Problemen waren er nauwelijks. De Caribische immigranten van de werden met open armen verwelkomd.
Daar kwam de jongste jaren verandering in. Onder druk van de immigratiegolf uit OostEuropa, de groeiende kritiek daarop van Ukip en het Brexitreferendum, begon het ministerie van Binnenlandse Zaken – Theresa May was de verantwoordelijke minister – de procedures en controles aan te scherpen. Het Home Office ging daarbij vrij meedogenloos en vooral slordig te werk. In The Guardian vertelde een voormalig ambtenaar dat het ministerie in 2010 besloten had duizenden ‘bewijzen van aankomst’ te vernietigen. Dat maakte het vooral kinderen van Windrushmigranten erg moeilijk de juiste papieren voor te leggen.
Net zij kregen steeds vaker te horen dat ze niet konden blijven als ze niet konden aantonen dat ze met hun ouders waren meegereisd. Ze konden ook geen beroep meer doen op de gratis gezondheidszorg.
‘Vanaf 2013 kregen we steeds meer kinderen van Windrushmigranten over de vloer die vroegen naar een bewijs dat ze rend leiderschap. rote met hun ouders waren meegereisd’, aldus de ambtenaar. ‘Ze hadden nooit een paspoort nodig gehad, maar plots werd er wel naar gevraagd en kregen ze te horen dat ze geen Brit waren omdat er nergens een bewijs van hun aankomst was.’
De woede daarover groeide snel. Een petitie om hen amnestie te geven, is ondertussen 160.000 keer ondertekend. En daarom trok de regering het dossier naar zich toe. De nieuwe minister van Binnenlandse Zaken, Amber Rudd, richtte maandag een werkgroep op die de problemen moet oplossen.
Maar David Lammy, een Labourparlementslid dat zich het lot van kinderen zonder papieren aantrekt, liet gisteren weten dat een oudere vrouw zich bij hem gemeld had omdat haar zoon vandaag het land uitgewezen zou worden. Lammy eiste dat May tussenbeide kwam. Dat gebeurde ook.
‘Ik wil me vandaag bij jullie verontschuldigen voor de onrust die we veroorzaken’
THERESA MAY
Premier Verenigd Koninkrijk