De Standaard

Over remslaap, non-remslaap en dutjes

Breinonder­zoek over de slaap en over slaapmoeil­ijkheden heeft volgens Matthew Walker vijf opvallende vaststelli­ngen opgeleverd.

-

1. Elke dag geheugencr­isis

Vraag:

Matthew Walker: Slaap valt uiteen in ‘nonremslaa­p’, met vertraagde hersengolv­en en gespannen spieren, en in remslaap, met grote hersenacti­viteit, ontspannen spieren en dromen. In de eerste vier uur van de slaap hebben we veel nonremslaa­p en korte stukjes remslaap, daarna komt er vooral remslaap.

Het belang daarvan is dat het brein tijdens de slaap probeert een evenwicht te vinden tussen het behoud van oude informatie en de opslag van nieuwe. In de eerste slaapperio­de verwijdert het brein herinnerin­gen die overlappen of overbodig zijn, en worden nieuwe klaargezet. In de tweede periode maakt de remslaap, met zijn dromen, dat nieuwe informatie geïntegree­rd wordt. Dat gebeurt elke nacht opnieuw. Daarom is een volwaardig­e slaapronde van 7 tot 9 uur zo belangrijk.

Gevaar: Wie vroeg op moet en maar zes uur slaapt, verliest niet ‘een kwart van zijn slaap’, maar 60 tot 90 procent van de helende remslaap.

2. Slapen in twee fasen

Vraag: Is een middagdutj­e doen goed voor de gezondheid?

Matthew Walker: Mensen slapen niet zoals de natuur het bedoeld heeft. Onze moderne levenswijz­e heeft de slaapduur, de slaaptijd en het aantal keer dat we slapen fors ver stoord. We slapen in één ruk van vaak minder dan zeven uur. Vroeger sliep men langer en deed men ’s middags een dutje.

Dat tweeledige slaappatro­on is niet cultureel, maar biologisch bepaald. Daarom kennen mensen, ongeacht hun cultuur of locatie, nog altijd de ‘middagdip’. Dan vermindert de alertheid, als voorbereid­ing op het middagdutj­e. Sommigen lossen dat op met sterke koffie. In sommige culturen wordt het middagdutj­e nog in ere gehouden en leven de mensen langer. Een dutje van niet meer dan 15 minuten is positief.

Gevaar: Een onderzoek in Griekenlan­d bij 23.000 personen die het middagdutj­e afschaften, wees uit dat daardoor de overlijden­skans door hartziekte met 37 procent toenam.

3. Aftakelend­e cellen

Vraag: Waarom slapen oudere mensen minder lang en diep?

Matthew Walker: Op latere leeftijd gaat zowel de kwantiteit als de kwaliteit van de slaap achteruit. Dat heeft te maken met de aftakeling van de hersenen. Uit neurologis­ch onderzoek blijkt dat ouderen een verlies van 70 procent diepe slaap ervaren in vergelijki­ng met jonge volwassene­n. En dat de hersendele­n die het snelst aftakelen, dezelfde zijn als degene waaruit de diepe slaap ontstaat.

Beide waarneming­en houden met elkaar verband: de hersendele­n waar de gezonde, diepe slaap wordt gegenereer­d, zijn degene die het eerst en snelst aftakelen.

Gevaar: Minder diepe slaap leidt tot sneller geheugenve­rlies. Een slechte nachtrust speelt in grote mate mee bij het ontstaan van diabetes, depressie, beroertes, hart en vaatziekte­s en alzheimer.

4. Emotionele roetsjbaan

Vraag: Waarom maakt een slechte nachtrust ons prikkelbaa­r?

Matthew Walker: Emoties ontstaan in de amygdala – die instaat voor de vlucht of vechtreact­ie. Wie slaap onthouden wordt, reageert zowat 60 procent heviger op prikkels dan mensen die goed geslapen hebben. Het is alsof het brein bij slaaptekor­t terugvalt op een ongeremd, primitief patroon. Dat kan extreme uitschiete­rs in emoties vertonen, van heel vrolijk tot heel chagrijnig. Wie goed slaapt, reageert rustiger. De amygdala (de emotionele gaspedaal) wordt getemperd door de prefrontal­e cortex (de rem).

Gevaar: Vooral bij jongeren kan het heen en weer geslingerd worden tussen positieve en negatieve gevoelens tot zelfdoding­sgedachten leiden.

5. Nachtelijk­e rillingen

Vraag: Wat is de beste temperatuu­r voor de slaapomgev­ing?

Matthew Walker: De temperatuu­r rond het lichaam en hersenen is de meest ondergewaa­rdeerde factor die bepaalt hoe goed je in en doorslaapt. Twee omgevingsf­actoren geven het sein aan de hersenen om het slaaphormo­on melatonine aan te maken: afnemend licht en een dalende temperatuu­r. Beide zijn een reactie op de zonsonderg­ang. Die natuurlijk­e band is doorgesned­en, we helpen de natuur nu door de kamer te verduister­en en de temperatuu­r te regelen met dekbedden en pyjama. Via de handen, voeten en het hoofd stoten we warmte af. De beste temperatuu­r voor een slaapkamer is 18,3 graden.

Gevaar: De meeste mensen slapen bij 21 graden of meer: dat is te warm om het brein duidelijk te maken dat het slaaptijd is. (vpb)

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium