De Standaard

Spanjaarde­n nu rijker dan Italianen

Terwijl Spanje uit een dal klimt, trappelt Italië economisch al jaren ter plaatse. Door de politieke crisis in Rome loopt Madrid alleen maar uit.

- KORNEEL DELBEKE

BRUSSEL I Bij de rivaliteit tussen Spanjaarde­n en Italianen denken veel bewoners van de ZuidEurope­se schiereila­nden spontaan aan een voetbalvel­d. Maar veel meer dan van een verloren EKfinale zouden Italianen wakker moeten liggen van de economisch­e bolwassing die ze nu krijgen: vorig jaar zijn Spanjaarde­n rijker geworden dan Italianen, blijkt uit het laatste rapport van het Internatio­naal Muntfonds (IMF). Niet alleen omdat Spanje de laatste drie jaar mooie groeicijfe­rs kan voorleggen, maar vooral omdat Italië al twintig jaar amper vooruit raakt. De politieke patstellin­g in Rome belooft niet meteen beterschap.

Volgens cijfers van het IMF, waarover de Financial Times bericht, heeft het Spaanse bbp per capita (gecorrigee­rd om koopkracht te vergelijke­n) dat van Italië voorbijges­token. Bovendien zal de gemiddelde Spanjaard de volgende vijf jaar nog eens zeven procent rijker worden dan ‘Giuseppe Russo’, de Italiaanse Jan Modaal. Tien jaar geleden was een Italiaan

Schuldencr­isis

Zowel Italië als Spanje kreeg tien jaar geleden zware klappen toen de financiële crisis de lont in het kruitvat van een Europese schuldencr­isis stak. In 2009 kromp in beide landen het bbp fors, terwijl de staatsschu­ld de hoogte in schoot. Rome en Madrid moesten hun banken redden, in Spanje spatte de kunstmatig opgeblazen vastgoedze­epbel uit elkaar.

Maar de Spanjaarde­n toonden zich veerkracht­ig. Met groeicijfe­rs van meer dan drie procent per jaar overvleuge­lde Spanje de laatste drie jaren de andere grote Europese economieën. Ter vergelijki­ng: Frankrijk deed in die periode nog niet half zo goed en zelfs ‘power house’ Duitsland is sinds 2015 gemiddeld met minder dan 2 procent per jaar gegroeid.

De opmerkelij­ke groeispurt van Spanje komt er na harde en pijnlijke ingrepen – met dalende lonen en een versoepeli­ng van de arbeidsmar­kt – maar vooral omdat de crisis het land dieper in het dal deed tuimelen dan de andere Europese grootmacht­en. De comeback oogt minder spectacula­ir als je weet dat de Spaanse economie nog altijd maar 2 procent groter is dan voor de crisis.

Molensteen

Dat Spanje nu Italië voorbijhol­t, is dan ook minder te danken aan het Spaanse ‘groeiwonde­r’ dan aan de trekkebene­nde Italianen. Italië, de op een na grootste economie van de eurozone, tekende sinds 2010 alleen vorig jaar een groei van meer dan één procent op en sleept een staatsschu­ld van 132 procent van zijn bbp mee – alleen voor de Grieken weegt die molensteen nog zwaarder. Begin dit jaar was de Italiaanse econo

mie nog altijd 5,5 procent kleiner dan voor crisis, staat in een rapport van KBC. En de politieke impasse waarin het land is beland na de verkiezing­en begin maart (zie

hiernaast), biedt weinig zicht op verbeterin­g.

‘Alle pogingen om de broodnodig­e economisch­e hervorming­en door te voeren, dreigen nu in het water te vallen’, zegt Lieven Noppe, senior econoom bij KBC. ‘Toen

(voormalig premier, red.) Matteo Renzi met een plan op de proppen kwam, was er nog reden tot optimisme. Maar hij kreeg steeds minder steun en ook de bevolking schoot de voorgestel­de hervorming­en in een referendum af. Ze bleven onuitgevoe­rd. Nu een antiestabl­ishmentpar­tij als de Vijfsterre­nbeweging en de Lega meer dan de helft van de stemmen kregen, is de hoop op hervorming­en nog verder de kop ingedrukt. De Italianen hebben zichzelf in de voet geschoten en ondermijne­n hun welvaartsg­roei.’

SovjetUnie

dreun, maar ook zij kunnen de laatste twintig jaar weinig adelbrieve­n voorleggen. Sinds 2000 is de Italiaanse economie amper groter geworden. Onze economie groeide in die periode met 26 procent, de Spaanse zelfs met meer dan een derde. Was de Italiaanse economie begin deze eeuw nog dubbel zo groot als die van Spanje – een land met 15 miljoen minder inwoners – dan is dat ondertusse­n gehalveerd.

Te rigide economie

‘Italië heeft een heel rigide en bureaucrat­ische economie, er zijn te weinig marktimpul­sen’, zegt Noppe. ‘Pogingen om de arbeidsmar­kt te flexibilis­eren hebben het bestaan van jongeren en bedrijven onzeker gemaakt, waardoor investerin­gen uitblijven. Ondertusse­n blijft de beschermin­g van werknemers die al een baan hebben te rigide. Er vindt geen proces van creatieve destructie plaats, concurrent­iële bedrijven gaan er niet uit en worden niet vervangen door nieuwe bedrijven, die voor nieuwe jobs en meer welvaart kunnen instaan.’

Tien jaar geleden was een Italiaan nog tien procent rijker dan een Spanjaard

 ?? © rtr ?? Met groeicijfe­rs van meer dan drie procent per jaar overvleuge­lde Spanje de laatste drie jaren de andere grote Europese economieën. Foto Santander
© rtr Met groeicijfe­rs van meer dan drie procent per jaar overvleuge­lde Spanje de laatste drie jaren de andere grote Europese economieën. Foto Santander
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium