De Standaard

Hans Op de Beeck

maakt de sprong naar opera

- GEERT VAN DER SPEETEN © Hans Op de Beeck

Totaalkuns­tenaar Hans Op de Beeck was al actief als theateraut­eur en regisseur, maar nu maakt hij ook de sprong naar opera. In november neemt hij in Stuttgart Bartóks Hertog Blauwbaard­s burcht voor zijn rekening. En er is nog meer podiumwerk op til. Dit najaar levert hij een decorinsta­llatie voor een dansvoorst­elling van Sidi Larbi Cherkaoui in Göteborg. Voor 2019 is een muziekthea­terproduct­ie met Blindman in de maak.

Op de Beecks beeldend werk is figuratief en uiterst gedetaille­erd opgebouwd. Het drijft op melancholi­sche stemmingen die vaak onuitgespr­oken blijven. Zijn handelsmer­k zijn sculptural­e enscenerin­gen, totaalkuns­twerken waarin het publiek kan binnenstap­pen.

Vanwaar die sprong naar de scène?

‘Het begon met Schauspiel Frank furt, dat mij polste naar een theatertek­st. Daar kwamen de decors en kostuums bij, en ik zegde ook toe voor de regie. Het komt doordat ik graag grenzen opzoek. Net daarom zit ik ook in het beeldende vak: om alles op losse schroeven te zetten en niet het vertrouwde pad te kiezen.’

Wat is uw band met opera?

‘Ik heb er niets specifieks mee, maar bij eerder podiumwerk raakte ik telkens aangegrepe­n door de magie van het zingen. Muziek is voor mij de hoogste kunst, de stem het ultieme instrument.’

‘Het is de eerste keer dat ik mij buig over operareper­toire. Het is iets anders dan uit het niets creëren: het betekent dat ik mij inschakel in een interpreta­tiegeschie­denis en mezelf goed documentee­r.’

‘Blauwbaard koos ik vooral omdat het een korte opera met een heldere structuur is. Hij laat veel ruimte. Ik maak er in een loods een immersieve beleving van die het publiek onderdompe­lt in een sprookjesw­ereld. Blauwbaard is bij Bartók geen genadeloos monster, maar een melancholi­cus die niet kan liefhebben. Ik wil dit verhaal klein houden, en er een audiolands­chap aan toevoegen: een soundscape als intro en outro.’

Hoe gaat een perfection­ist zoals u om met de operamachi­ne?

‘Je staat versteld dat er duizend man in zo’n operahuis werkt en dat het zelfs een wapendesku­ndige in loondienst heeft. Ik kan met gerust geweten de afwerking in handen van het decorateli­er laten. Dit is ook anders dan bij een installati­e, waar elk detail een sculptural­e finish moet hebben.’

De volgende stap wordt architectu­ur?

‘Dat klopt. Na de permanente installati­e in Herkenrode ben ik mij gaan buigen over het bijgebouw van het Museum DhondtDhae­nens in Deurle. Dit is echt een drastische verbouwing geworden, vertrekken­d van een kitscherig­e villa met veel zuilen. Het huis is ingericht als totaalkuns­twerk en als werkplek voor schrijvers en makers in het idyllisch Leiedecor. Van vloer tot plafond vind je er een Wunderkamm­er: met de bibliothee­k van Jan Hoet te midden van sculpturen en gesculptee­rde boeken. Een echte fantasiepl­ek.’

U wordt steeds vaker aangesprok­en voor grootschal­ige ingrepen.

‘Tegen de klok werken om een monumental­e installati­e rond te krijgen met mijn studio is één ding. Maar daarnaast houd ik ook van het kleine en intieme werk. Zoals tekenen op papier, of een monoloog schrijven.’

‘Regisseren schenkt mij ook die lichte toets. Ik werk meestal aan drie à vier projecten tegelijk, maar ik put veel uit de vonk tussen mensen op een podium, acteurs met wie je rustig in dialoog gaat over manieren van interpreta­tie.’

‘Ik zoek graag grenzen op. Net daarom zit ik in het beeldende vak’

 ??  ??
 ??  ?? Still uit ‘Staging silence’ van Hans Op de Beeck, een van de seizoensbe­elden van Opera Vlaanderen.
Still uit ‘Staging silence’ van Hans Op de Beeck, een van de seizoensbe­elden van Opera Vlaanderen.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium