‘Jeugdhuizen zijn broodnodig’
Op Lokale Helden spelen meer dan 1.000 artiesten op 390 podia in Vlaanderen. Het is de hoogdag van de speelkansen voor beginnende artiesten. Maar daarbuiten is dat niet altijd evident.
‘Meedoen aan al die rockrally’s: we doen dat niet voor het prijzengeld’, zeiden de leden van postpunkband Laguna vorig weekend in deze krant, vlak voor ze tweede werden op Humo’s Rock Rally. ‘We doen dat vooral om optredens te vinden. Dat is in de loop der jaren alleen maar moeilijker geworden omdat het niet bepaald goed gaat met het jeugdhuizencircuit. Dat bood vroeger veel kansen aan beginnende artiesten. Vandaag boeken ze liever vier dj’s dan één rockband.’
Op die nood wil het Poppuntinitiatief Lokale Helden vandaag een antwoord bieden. De adviesorganisatie voor muzikanten stimuleert (amateur)organisatoren in 200 Vlaamse en Brusselse steden en gemeenten om vandaag optredens te organiseren voor lokaal talent. Met succes: de derde editie kan rekenen op 1.050 optredens op 390 podia in Vlaanderen.
‘25 procent van onze deelnemende organisatoren zijn jeugdhuizen’, zegt Luc Nowé van Pop punt. ‘Maar we hebben ook allerhande cafés, jeugd en cultuurdiensten, gemeenschapscentra en onderwijsinstellingen. We willen vooral organisatoren aanmoedigen om concerten te organiseren, om op die manier meer schwung te geven aan het lokale circuit.’
Geluidsnormen
Dat lokale circuit kan de injectie goed gebruiken, klinkt het bij de boekingskantoren L&S en Busker. ‘De tijd dat je met een beginnende band langs twintig à dertig jeugdhuizen kon toeren is weg’,
‘Veel jeugdhuizen haken af omdat ze niet de gevraagde professionele setting kunnen bieden, zowel qua techniek, gages als promotie’
weet Werner Dewachter van Busker, dat onder meer Brihang, Milo Meskens en Steak Number Eight onder zijn hoede heeft. ‘Jeugdhuizen waren tien jaar geleden goed voor meer dan de helft van onze boekingen’, zegt Mark Strauven van L&S, dat onder andere optredens fixt voor Fleddy Melculy, The Lighthouse en De Jeugd van Tegenwoordig. ‘Nu is dat circuit herleid tot een twintigste. Dat is jammer, want daar maalt een jonge band broodnodige kilometers: je leert er de stiel en kweekt er podiumvastheid.’
Waar zijn al die speelgelegenheden dan naartoe? Het aantal jeugdhuizen is alvast niet gedaald, zegt Tom Willox van sectorkoepel Formaat. Die telt nu 430 leden, waaronder 100 nieuwkomers in de laatste tien jaar. Momenteel organiseren zo’n 70 jeugdhuizen maandelijks één of meer concerten – de organisatie heeft geen zicht op hoe dat vroeger was. ‘Maar we hadden wel het gevoel dat er nood was aan meer
begeleiding voor jeugdhuizen die met muziek willen beginnen. Wie nu iets probeerde, mislukte vaak. En we maakten ons zorgen: als we nu niets doen, dooft het misschien uit.’
Dus zet Formaat nu een nieuw project op waarin twintig jeugdhuizen samenwerken. Zij moeten aanspreekpunten worden voor beginnende artiesten die een speelplek zoeken buiten de grote steden. ‘Jeugdhuizen zijn uit zichzelf al meer gaan specialiseren’, zegt Willox. ‘Neem het jeugdhuis op Linkeroever in Antwerpen: ze hebben er een muziekstudio voor opnames, maar organiseerden de voorbije vijf jaar geen enkel concert. De reden is simpel: als je in die buurt iets organiseert, hou je de hele wijk wakker.’ Ook de boekers beseffen de moeilijkere werkomstandigheden, zegt Dewachter. ‘Er zijn strengere geluidsnormen en brandveiligheidsregels, en lastigere buren. Er zijn zeker meer hindernissen dan vroeger.’
Streaming als breekijzer
Toch speelt ook iets anders mee, weet Dewachter. ‘De smaak van jongeren is verschoven. De hiphopartiesten in onze stal zijn momenteel makkelijker te slijten dan singersongwriters. Brusselse rappers als Le 77 en Blu Samu worden amper gespeeld op de radio. Vroeger was het onmogelijk die dan te verkopen. Maar nu ze leven op Spotify en Youtube lukt dat wel. De kosten liggen ook lager: met wat djmateriaal en twee micro’s ben je vertrokken.’
Daarin zien veel artiesten ook de oplossing. Vroeger was optreden onontbeerlijk voor naamsbekendheid in de muziekwereld – dat was toegankelijker dan cd’s verkopen. Nu zijn die rollen omgedraaid. ‘Online activiteit is nu de snelste weg geworden naar de top van de piramide’, weet Strauven. ‘Als je opgepikt wordt met de nodige streams en views kan je dat gebruiken als breekijzer naar wie wel nog programmeert.’
Want het professionelere circuit is net uitgebreid, weet Dewachter. ‘Het Depot, de AB en Trix betekenen veel voor de lokale muziekscene. Ze bieden residenties aan, begeleiding en kansen als voorprogramma. Het cafécircuit kan dan weer de vruchten plukken van nieuwe initiatieven als Lokale Helden of de Stoempconcerten, die voor organisatoren begeleiding en promotionele ondersteuning voorzien.’ Met soms blijvende gevolgen: het jeugdhuis en CC van Lier organiseerden voor Lokale Helden 2015 voor het eerst samen het festival Broeihaard. Sindsdien bleven ze dat doen, zij het buiten het kader van Lokale Helden – dit jaar was het op 14 en 15 april.
Toch moeten de boekers ook de hand in eigen boezem steken, vindt Willox. ‘Ook de muzieksector is geprofessionaliseerd. Veel jeugdhuizen haken af omdat ze niet de gevraagde professionele setting kunnen bieden, zowel qua techniek, gages als promotie. Vroeger gaven de provincies subsidies waarmee je al eens een grotere naam kon boeken voor je jeugdhuis, maar die zijn weggevallen. Daardoor zijn iet of wat professionele bands zowat onhaalbaar voor jeugdhuizen. En dat kan snel gaan: zodra een band er wat bovenuit steekt, gaat hij door de molen van de rockconcoursen en verliest het jeugdhuizencircuit er zijn grip op.’