TROP IS TE VEEL, OOK VANDAAG VAKBONDSACTIES BIJ LIDL
De werknemers van discounter Lidl zijn boos. Er is te veel werk voor te weinig handen, vinden ze, en dus gaat het blok erop. ‘Ik betwijfel of ik het hier nog vijf jaar volhoud.’
SMEERMAAS I ‘Ik moet maar een kwartier op mijn werk zijn, en ik denk soms al: is dit nu mijn leven?’ De vrouw zucht. Ze is een van het twintigtal werknemers dat postvat voor de Lidl van Smeermaas, bij het Limburgse Lanaken. Die is al voor de tweede dag op rij dicht. In totaal sloten gisteren 128 vestigingen over het hele land de deuren.
Haar collega houdt een blad vast. Daarop hebben ze allemaal samen hun grieven genoteerd. Die komen op één punt neer: de werkdruk bij Lidl is onhoudbaar geworden. ‘Vroeger deden we de winkel ’s ochtends open met negen mensen’, klinkt het. ‘Vandaag zijn dat er nog vier. We hebben meer handen nodig.’
Altijd vriendelijk zijn
De werkneemsters – het zijn allemaal vrouwen – zeggen dat ze almaar meer opdrachten krijgen, maar dat het personeelsbestand niet volgt. Van verse broodjes afbakken over bloemen water geven tot de parking schoon houden: het is er de voorbije jaren allemaal bovenop gekomen. En probeer maar eens een pallet voeding in minder dan 20 minuten uit te laden – lan ger mag het niet duren – terwijl je continu wordt weggeroepen voor tientallen andere taken.
‘Intussen hamert de directie er nog op dat je altijd vriendelijk moet zijn tegen de klanten’, klinkt het. ‘Maar als een klant me aanspreekt, wil ik soms zeggen: “Laat me gerust of ik krijg mijn werk niet gedaan.”’
Wat daarbij zeker niet helpt, is dat de directie personeel in het midden van de dag naar huis stuurt als blijkt dat een winkel zijn voorspelde dagomzet niet zal halen. Zo wil Lidl de productiviteit op peil houden, maar volgens medewerkers komt daardoor alleen maar meer werk op de schouders van de achterblijvers terecht.
Sommige taken worden daardoor wel eens op de lange baan geschoven. Zoals de cafetaria poetsen. ‘Die is soms niet meer om aan te zien’, zegt Merola Mariana, vak bondsafgevaardigde bij BBTK. ‘Of de toilet ten’, zegt een werkneemster. ‘Wanneer een klant naar het toilet gaat, schaam ik me al nog voor die binnen is.’
Het groepje vrouwen heeft samen al be hoorlijk wat jaren op de teller. De meesten werken er al meer dan tien jaar. Iemand zelfs achttien. ‘Ik nog maar vijf’, zegt een jonger meisje. ‘Maar ik betwijfel of ik het nog vijf jaar volhoud.’
Het gezelschap klinkt bijzonder combattief. Ze zijn vastberaden om tot en met maandag te staken. Vooral die dag moet de directie pijn doen. Want met de feestdag van 1 mei die erop volgt, is komende maandag een topdag. Maar hoe gebeten ook, op de vakbondslui na wil niemand met naam in de krant. De schrik voor represailles zit er diep in.
Centen!
Er doen onder het personeel verschillende ideeën de ronde over die toegenomen werkdruk. ‘Zijn wij de dupe van het feit dat Lidls expansie in Amerika niet loopt zoals gepland?’, vraagt Steven Bosmans, ook vakbondsafgevaardigde voor BBTK. ‘Is de directie zenuwachtig omdat ze maar geen groter marktaandeel dan Aldi haalt?’
Maar volgens de werkneemsters is Lidl intussen simpelweg te groot aan het worden. Het kleinschalige, familiale sfeertje van ooit heeft plaats geruimd voor een machine die almaar sneller moet draaien. ‘Weet je wat het enige is dat telt? Centen!’, zegt een vrouw, haar vinger woedend in de lucht zwierend. ‘Schrijf dat maar op!’
Centen die Lidl bovendien liever aan marketing uitgeeft dan aan de eigen wer king, vinden ze. ‘Voor Tom Boonen en onnozele reclamespots hebben ze wel geld’, klinkt het, verwijzend naar de sponsordeal met Quick Step, de vroegere wielerploeg van Boonen. ‘Maar voor ons?’
‘Als een klant me aanspreekt, denk ik soms: laat me gerust, of ik krijg mijn werk niet gedaan’ MEDEWERKER LIDL
Het roept de vraag op waarom de dames niet gewoon een andere job zoeken. ‘Ik heb rekeningen te betalen’, zegt eentje. ‘En deze job bezorgt me nog steeds een inkomen.’
‘Ik heb hier altijd graag gewerkt’, zegt een andere. ‘Het is steeds erger geworden, maar intussen zit ik hier al tien jaar ingebunkerd. Trouwens, bij Aldi is het net hetzelfde. Waarom zou ik naar daar gaan?’