GRINTA MET DASH
Al eind 2016 kon het vermoeden rijzen dat de fut eruit was in de coalitie, vooral in de federale regering, die tenslotte haast van bij haar ontstaan al de aanblik van een kibbelkabinet had gegeven. Het vermoeden bleek nog sterker bij het Zomerakkoord van vorig jaar, dat pas rond de jaarwisseling zijn afwikkeling kreeg, en dan nog slechts gedeeltelijk. In februari had een groots investeringspact het bewijs moeten leveren dat het in de regering nog sprankelde van daadkracht, grinta, dash en goesting. Maar spoedig bleek dat dit pact slechts al eerder besliste plannen recycleerde en vooral moest dienen als excuus tegenover de Europese Commissie om wat dieper in het rood te kunnen gaan in de begroting. Veel is daar verder ook niet meer over vernomen.
Het almaar zichtbaarder falende budgettaire beleid werd er niet minder de olifant in de kamer door: een onderwerp dat geen onderwerp van gesprek, laat staan van zelfkritiek bij de meerderheid mocht worden en dat de regering dus maar voor zich uit bleef duwen – nu al heeft ze vastgelegd hoeveel miljarden de volgende regering zal moeten besparen.
Maar de coalitie troostte zich – en ze zei dat ook hardop – met de gedachte dat de bevolking toch niet wakker ligt van de begroting. Wat misschien waar is, toch zolang die bevolking in het ongewisse wordt gehouden over wat dat falen van de regering kan betekenen voor bijvoorbeeld de publieke dienstverlening, de sociale zekerheid of de fiscaliteit.
Het is des te makkelijker om die olifant te laten staan waar hij staat, als de politieke agenda beheerst blijft door andere onderwerpen. En dan is het niet moeilijk om met het ene déjà vu na het andere te worden geconfronteerd.
Zes jaar geleden, op 26 maart 2012, raakte een idee bekend van de toenmalige Gentse OCMWvoorzitter Geert Versnick (Open VLD). Die vond dat leefloners die hun kinderen niet naar de kleuterschool sturen, financieel moesten worden gestraft. Het voorstel lokte een heftig mediadebatje uit. Daar moest Europarlementslid, nu Europees commissaris Marianne Thyssen (CD&V), toen eens diep van zuchten. Ze vond het voorstel en de opwinding errond een verspilling van politieke energie. ‘Los van de pro’s en contra’s van dit voorstel,’ schreef ze op haar blog, weet iedereen ‘dat het nooit meer zal worden dan wat het nu is: een ideetje van één politicus. Met even grote zekerheid kunnen we voorspellen dat deze discussie binnen de 48 uur uit de media verdwijnt.’
De tijd gaf Thyssen volkomen gelijk. Het voorstel bleef welgeteld drie dagen sudderen en verdween daarna volledig uit de aandacht. Tot het dit weekend weer opdook, in een bijna analoog voorstel in het lokale verkiezingsprogramma van de Antwerpse NVA.
Wat Thyssen slechts kon aanzien als de waan van die dag eind maart 2012, blijkt wel degelijk recycleerbaar te zijn. Maar het geval bewijst ook dat wat toen al een probleem leek te zijn dat alleen met een drastische ingreep kon worden aangepakt – ‘korting’ op een leefloon is voor de betrokkenen hoe dan ook ingrijpend – vandaag nog altijd onopgelost is (DS 7 mei). En dat het gebrek aan politieke fantasie zo groot is, dat nu dezelfde kaduke oplossing ervoor weer op tafel ligt.
Veel politieke energie is er intussen dus niet aan besteed. Idem met de zogeheten handweigeraars, een volgend déjà vu. Die kwestie broeit al sinds eind 2016, toen een Brusselse schepen liet weten dat hij weigert huwelijken te voltrekken als het trouwende koppel hem om religieuze redenen niet de hand wil drukken – hij had met zowel christelijke, joodse als islamitische handweigeraars te maken.
In februari 2017 bracht minister van Justitie Koen Geens (CD&V) er in de Kamer uitsluitsel over: de wet zegt daar niets over, handweigering is geen reden om mensen het recht om te trouwen te ontzeggen. ‘De denkoefening moet worden voortgezet’, besloot de minister. Maar van die voor onze normen en waarden kennelijk zo cruciale denkoefening is niets in huis gekomen. Zodat het wachten was op wie er nog eens een incident van wilde maken. Dat gebeurde, zoals bekend, maandag in Mechelen (DS 8 mei).
De discrepantie is groot tussen het belang dat een kwestie toegeschreven krijgt en de inertie van politieke verantwoordelijken om daar met degelijk wetgevend werk wat aan te doen. Ideetjes genoeg, realisaties des te minder, en daar blijft het bij. Alsof strovuur al kan volstaan – wat des te treuriger is als ook de onderwijskansen van kleuters alleen moeten dienen om een debat uit te lokken over normen en waarden en identiteit. Dan is het verleidelijk om te denken dat het ene gebrek aan grinta een goed excuus is om het niet te moeten hebben over een ander gebrek aan dash.
De coalitie lost de begroting op zoals ze culturele problemen oplost: niet
Marc Reynebeau is redacteur van deze krant. Zijn column verschijnt wekelijks op woensdag.